SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
30 septembre 2011 30 september 2011
________________
Question écrite n° 5-3273 Schriftelijke vraag nr. 5-3273

de Elke Sleurs (N-VA)

van Elke Sleurs (N-VA)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________________
Expérimentations sur la personne humaine - Loi du 7 mai 2004 - Comité de bioéthique - Bonnes pratiques cliniques - Chiffres Experimenteren op de menselijke persoon - Wet van 7 mei 2004 - Bio-ethisch Comité - Goede klinische praktijken - Cijfers 
________________
expérimentation humaine
recherche médicale
répartition par âge
statistique officielle
bioéthique
Comité consultatif de bioéthique
proefneming met mensen
medische research
leeftijdsverdeling
officiële statistiek
bio-ethiek
Raadgevend Comité voor bio-ethiek
________ ________
30/9/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
30/9/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten
________ ________
Réintroduite comme : question écrite 5-4254 Réintroduite comme : question écrite 5-4254
________ ________
Question n° 5-3273 du 30 septembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-3273 d.d. 30 september 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La loi du 7 mai 2004 relative aux expérimentations sur la personne humaine a créé un cadre légal clair pour l'ensemble de ces expérimentations. Le nécessaire consentement préalable du patient occupe une position centrale dans cette loi. Ce consentement peut difficilement être obtenu auprès des mineurs et des personnes atteintes de démence. Ils doivent pourtant aussi faire l'objet d'un examen responsable. C'est à cette seule condition que pourront être développés, par exemple, les médicaments adéquats.

J'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1) Le Comité de bioéthique a-t-il déjà été sollicité pour un avis en matière de « bonnes pratiques cliniques » lors d'expérimentations médicales ?

2) Où en est l'arrêté d'exécution qui réglemente les « bonnes pratiques cliniques » lors d'expérimentations sur l'être humain ?

3) La ministre estime-t-elle que conformément à l'exemple néerlandais, les comités d'éthique locaux doivent faire rapport de leurs activités auprès d'une instance centrale ?

4) Combiens d'individus font-ils, par an, l'objet d'expérimentations médicales ? J'aimerais obtenir une pyramide d'âge de ces patients pour les trois dernières années pour lesquelles des données chiffrées sont disponibles, avec une ventilation par an, par région et par pathologie.

5) La ministre a-t-elle une idée du nombre de personnes incapables (mineurs, mineurs prolongés et personnes atteintes de démence) qui ont fait l'objet d'expérimentations médicales depuis l'entrée en vigueur de la loi du 7 mai 2004 ? Peut-elle donner un aperçu de l'identité des personnes qui ont signé l'accord pour ces patients ?

6) Combien d'études cliniques ont-elles, en Belgique, été effectuées sur des enfants au cours des cinq dernières années ? Quels médicaments et combien de patients étaient-ils concernés en l'occurrence ? Quel pourcentage d'études avait-il trait à des études également menées dans d'autres pays ?

 

De wet van 7 mei 2004 inzake experimenten op de menselijke persoon, creëerde een duidelijk wettelijk kader voor alle experimenten. Centraal in deze wet staat de noodzaak dat de patiënt zijn voorafgaande geïnformeerde toestemming geeft, alvorens het onderzoek van start gaat. Deze toestemming kan moeilijk zijn bij minderjarigen en dementerende personen. Toch is verantwoord onderzoek ook bij hen nodig. Enkel op deze manier kan men bijvoorbeeld adequate geneesmiddelen voor hen ontwikkelen.

Geachte Minister, graag had ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Werd het Bio-ethisch Comité reeds gevraagd naar een advies inzake "goede klinische praktijken" bij medische experimenten?

2) Wat is de stand van zaken van het uitvoeringsbesluit dat de "goede klinische praktijken" bij experimenten op de mens regelt?

3) Is de geachte minister van mening dat naar Nederlands voorbeeld, de lokale ethische comités hun werkzaamheden moeten rapporteren aan een centrale instantie?

4) Op hoeveel unieke personen worden per jaar medische experimenten uitgevoerd? Graag had ik een leeftijdspiramide van deze patiënten verkregen voor de afgelopen drie jaar waarvoor cijfermateriaal beschikbaar is, opgesplitst per jaar, per gewest en per pathologie.

5) Heeft zij een idee op hoeveel wilsonbekwamen (minderjarigen, verlengd minderjarigen en dementerenden) er sinds de inwerkingtreding van de wet van 7 mei 2004 medische experimenten werden uitgevoerd? Kan zij me een overzicht bezorgen van wie de instemming voor deze patiënten tekende?

6) Hoeveel klinische studies werden er in België reeds uitgevoerd op kinderen de laatste 5 jaar? Welke geneesmiddelen betrof dit en om hoeveel patiënten ging het hier? Hoeveel procent van deze studies betroffen studies die ook in andere landen werden uitgevoerd?