SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
12 septembre 2011 12 september 2011
________________
Question écrite n° 5-3073 Schriftelijke vraag nr. 5-3073

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au Premier Ministre

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste Minister
________________
Aéroport national de Zaventem - Manutention des bagages - Traitement des personnes à mobilité réduite Nationale luchthaven Zaventem - Bagageafhandeling - Behandeling van mensen met beperking 
________________
aéroport
bien personnel
manutention
transport aérien
assistance en escale
handicapé physique
luchthaven
privé-bezit
goederenverplaatsing
luchtvervoer
gronddiensten op luchthavens
lichamelijk gehandicapte
________ ________
12/9/2011Verzending vraag
27/10/2011Antwoord
12/9/2011Verzending vraag
27/10/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-3073 du 12 septembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-3073 d.d. 12 september 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

À la mi-août 2011, l'avion de M. Bryan Vantornhout atterrissait à l'aéroport national de Zaventem. Le jeune homme souffre de la maladie de Becker, une myopathie grave et surtout fort douloureuse qui le rend presque entièrement dépendant de son fauteuil roulant électrique. Celui-ci ayant été placé dans la soute à bagages, le jeune homme a passé les quatre heures et demie de vol sur un simple siège d'avion, laps de temps pénible mais inévitable. Après l'atterrissage, Bryan a été installé dans un simple fauteuil roulant en attendant que son fauteuil électrique lui soit rendu. Au bout d'une demi-heure, celui-ci n'était pas encore disponible, ce qui occasionna à l'intéressé une douleur croissante devenue, entre-temps, insupportable. Selon les informations obtenues, les bagagistes refusaient de déclarger le fauteuil roulant en raison de son poids, supérieur à 30 kilos. Lorsque l'accompagnateur (et père) de Bryan a proposé de décharger lui-même le fauteuil, il essuya également un refus. Enfin, au terme de deux longues heures, un employé de l'aéroport les a secourus en allant chercher lui-même le fauteuil au moyen d'un élévateur. Les voyageurs avaient pourtant indiqué préalablement les dimensions et le poids du fauteuil roulant. Cela n'a posé aucun problème lors du départ ni dans les aéroports étrangers.

Cette situation ne pose également aucun problème sur le plan légal car la réglementation internationale fait une exception, pour les fauteuils roulants, au maximum prévu de 32 kilos. Des élévateurs spécifiques sont à disposition dans tous les aéroports pour charger et décharger les avions.

D'où les questions suivantes :

1) Comment le secrétaire d'État interprète-t-il ce témoignage ?

2) Rappellera-t-il à l'ordre les responsables de la manutention des bagages de Zaventem ?

3) Quelles mesures peut-il prendre pour prévenir de telles situations fâcheuses ?

 

Medio augustus 2011 landde dhr. Bryan Vantornhout in de nationale luchthaven Zaventem. De jonge man lijdt aan de ziekte van Becker, een ernstige en vooral erg pijnlijke spieraandoening. Dit maakt dat hij quasi volledig is aangewezen op het gebruik van zijn elektrische rolstoel. Deze rolstoel werd in het vliegtuig gestockeerd bij de bagage, de jonge man bracht de vlucht van vier en een half uur door op een gewone vliegtuigstoel; een erg oncomfortabele maar onvermijdelijke tijdsspanne. Bij de landing werd Bryan in een gewone rolstoel gezet, in afwachting van het vrijkomen van zijn elektrische stoel. Na een halfuur bleek de stoel nog niet beschikbaar, met stijgende en ondertussen ondraaglijke pijn als gevolg. Bij navraag bleek dat de bagagebehandelaars weigerden om de rolstoel te lossen, omdat het gewicht meer dan 30 kilo bedroeg. Toen de begeleider (en vader) van Bryan voorstelde om de stoel zelf te lossen, werd dit geweigerd. Uiteindelijk, na twee lange uren, depanneerde iemand van het luchthavenpersoneel hen door met een liftbus de stoel zelf te gaan halen. Nochtans hadden de reizigers bij voorbaat de maten en het gewicht van deze rolstoel opgegeven. Bij vertrek en in buitenlandse luchthavens stelden zich geen problemen.

Wettelijk blijkt er ook geen probleem, voor het gewicht van rolstoelen maakt het internationaal reglement een uitzondering op het limiet van 32 kg. In alle luchthavens zijn er specifieke liftsystemen om vliegtuigen te laden en te lossen beschikbaar.

Hierover de volgende vragen:

1) Hoe interpreteert de geachte staatssecretaris deze getuigenis?

2) Zal hij de verantwoordelijken voor de bagageafhandeling op Zaventem te orde roepen?

3) Welke maatregelen kan hij treffen om dit soort onverkwikkelijke gebeurtenissen te voorkomen?

 
Réponse reçue le 27 octobre 2011 : Antwoord ontvangen op 27 oktober 2011 :

La Direction Inspection de la Direction générale Transport aérien (DGTA), qui est l’instance belge responsable pour le suivi des plaintes des personnes handicapées et des personnes à mobilité réduite effectuant un voyage aérien, n’a pas encore reçu de plainte concernant l’incident signalé par l’honorable membre. La Direction Inspection examinera cet incident et contactera à cet effet les responsables de l’aéroport.

Les plaintes reçues et les incidents comme celui décrit par l’honorable membre sont utilisés par la Direction Inspection comme base pour effectuer des audits et des inspections relatives au respect des dispositions du Règlement (CE) 1107/2006.

De Directie Inspectie van het Directoraat-generaal Luchtvaart (DGLV), die de Belgische instantie is die verantwoordelijk is voor de opvolging van klachten van gehandicapten en personen met beperkte mobiliteit die per luchtvervoer reizen, heeft nog geen klacht ontvangen met betrekking tot het door het geachte lid aangehaalde voorval. De Directie Inspectie zal dit voorval onderzoeken en daartoe contact opnemen met de verantwoordelijken van de luchthaven.

De ontvangen klachten en voorvallen zoals datgene beschreven door het geachte lid, worden door de Directie Inspectie tevens gebruikt als basis voor het uitvoeren van audits en inspecties op de correcte naleving van de bepalingen van Verordening (EG) 1107/2006.