SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
1 aôut 2011 1 augustus 2011
________________
Question écrite n° 5-2919 Schriftelijke vraag nr. 5-2919

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au secrétaire d'État à la Mobilité, adjoint au Premier Ministre

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste Minister
________________
Circulation - Auto-stop - Politique Verkeer - Liften - Beleid 
________________
circulation routière
piéton
wegverkeer
voetganger
________ ________
1/8/2011Verzending vraag
14/9/2011Antwoord
1/8/2011Verzending vraag
14/9/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-2919 du 1 aôut 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-2919 d.d. 1 augustus 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Depuis quelques dizaines d'années, la popularité de l'auto-stop semble nettement régresser. Il est devenu rare de voir des gens levant le pouce le long des routes pour demander aux automobilistes de les prendre. De jeunes Flamands ont récemment organisé " De grootste liftrace van de wereld " : partant entre autres de Gand, d'Anvers et de Louvain, ils se sont rendus à Venise en auto-stop.

Voici mes questions face à ce constat.

1. Le secrétaire d'État trouve t-il que l'auto stop est un bon mode de transport et qu'il convient de l'encourager ?

2. Une pratique plus étendue et plus intensive de l'auto stop peut elle contribuer à améliorer la mobilité ?

3. Une règlementation de roulage spécifique s'applique t elle à l'auto stop ? Y a t il des interdictions et/ou des possibilités particulières ?

4. Le secrétaire d'État constate t il des lacunes, des dangers ou des opportunités qui imposent une modification au code de la route ? Si oui, lesquelles et pourquoi ? Le secrétaire d'État envisage t il des initiatives en la matière ?

5. Une signalisation spéciale indiquant par exemple des zones d'auto stop sur les bretelles d'accès des autoroutes, sur les grands axes à la sortie des villes ou aux grandes stations service le long des routes principales serait elle réalisable et souhaitable ?

 

In tegenstelling tot enkele decennia geleden lijkt het autostoppen (het liften) veel minder populair. Eerder uitzonderlijk ziet men nog mensen die langs de weg, met de duim omhoog, mensen verzoeken om hen mee te nemen. Recent organiseerden een aantal Vlaamse jongeren de "grootste liftrace van de wereld", waarbij ze vertrekkend uit o.a. Gent, Antwerpen en Leuven, naar Venetië reizen met autostop.

In dit verband de volgende vragen.

1. Vindt de Staatssecretaris het liften of autostoppen een positieve en te stimuleren wijze van mobiliteit?

2. Kan een meer verspreid en meer intensief liften of autostoppen bijdragen tot een vlottere mobiliteit?

3. Bestaan er specifieke verkeersregels die het liften of autostoppen regelen? Zijn er specifieke verbodsbepalingen en/of specifieke mogelijkheden?

4. Stelt de Staatssecretaris bepaalde lacunes of gevaren of mogelijkheden vast, die een verandering van het verkeersreglement noodzakelijk maken? Zo ja, welke, waarom? Overweegt de Staatssecretaris initiatieven hieromtrent?

5. Lijkt een specifieke signalisatie die bijv. lift- of autostopzones aan opritten van autostrades of langs uitvalswegen van steden of op grote servicestations langs hoofdwegen en autostrades aanduidt, een haalbare en wenselijke aanpak?

 
Réponse reçue le 14 septembre 2011 : Antwoord ontvangen op 14 september 2011 :

1 et 2. L’auto-stop a toujours été une pratique courante. C’est une forme de transport en commun qui est gratuit pour l’utilisateur mais qui n’offre aucune certitude quant à l’arrivée à destination (dans les délais). Il est donc logique que ce soit surtout les jeunes qui se déplacent de cette manière qui est plus aventureuse.

Bien que nous n’ayons aucune statistique à ce sujet, il est possible que la pratique de l’auto-stop ait actuellement diminué. Ce phénomène peut s’expliquer par une augmentation du niveau de vie, y compris chez les jeunes et une amélioration de l’offre au niveau des transports en commun dont les tarifs sont attractifs, spécialement pour les jeunes. Il est possible que le sentiment d’insécurité qui est plus grand qu’auparavant décourage l’auto-stop.

Par ailleurs, le co-voiturage spontané est actuellement organisé grâce à des initiatives telles Carpool et Eurostop qui permettent aux conducteurs et aux autostoppeurs de se rencontrer pour faire le trajet ensemble (à frais partagés).

3. Le code de la route ne comporte pas de règles spécifiques en ce qui concerne l’auto-stop. L’autostoppeur est soumis aux règles qui s’appliquent aux piétons. Le code de la route interdit aux piétons l’accès aux autoroutes et aux routes pour automobiles de sorte qu’il est interdit de faire de l’auto-stop sur ces routes. Le conducteur qui veut prendre un auto-stoppeur est tenu de respecter les interdictions relatives à l’arrêt (temps requis pour l’embarquement ou le débarquement), ce qui est le cas sur les autoroutes et les routes pour automobile.

4. et 5. Un autostoppeur ne peut se mettre lui-même en danger surtout s’il se trouve sur une route où la circulation est dense et où les véhicules roulent vite. Il augmente ses chances s’il se place à un endroit où les automobilistes ne roulent pas encore trop vite et où ils peuvent s’arrêter. Un automobiliste qui souhaite prendre ou déposer un autostoppeur doit se conformer au code de la route et tenir compte des véhicules qui suivent. Je pense qu’il y a suffisamment de possibilités pour les autostoppeurs de se placer à des endroits stratégiques et sûrs.

1. en 2. Liften of autostoppen is van alle tijden en gebeurt overal. Het is een vorm van gemeenschappelijk vervoer, die voor de gebruiker ervan gratis is maar in feite geen zekerheid biedt om een bestemming (tijdig) te bereiken. Logisch dus dat vooral jonge mensen zich op deze meer avontuurlijke wijze verplaatsen.

Hoewel wij daarover geen statistieken bezitten, is het goed mogelijk dat er tegenwoordig minder gelift wordt dan vroeger. Mogelijke verklaringen daarvoor zijn de gestegen welvaart, ook bij jongeren, en het beter en groter aanbod van openbaar vervoer met aantrekkelijke tarieven, ook voor jongeren. Mogelijks bestaat er nu ook een groter onveiligheidsgevoel dan vroeger en wordt liften daarom afgeraden.

Bovendien kan het spontane meerijden nu op een georganiseerde wijze verlopen via initiatieven zoals Carpool en Eurostop, waarbij autobestuurders en lifters elkaar kunnen vinden om (kostendelend) samen te rijden.

3. In de wegcode zijn er geen specifieke regels opgenomen over autostop. De lifter is van zijn kant onderworpen aan de regels die van toepassing zijn op voetgangers. De wegcode verbiedt voetgangers op autosnelwegen en autowegen, zodat het verboden is om te liften op die wegen. De autobestuurder die een lifter wil meenemen, is gehouden aan de verbodsbepalingen betreffende het stilstaan (= tijd nodig om in- en uit te stappen), wat in elk geval verboden is op autosnelwegen en autowegen.

4. en 5. Een lifter mag zichzelf niet in gevaar brengen, vooral wanneer hij zich op een druk bereden weg bevindt, waar snel wordt gereden. Hij vergroot zijn kansen op een plaats waar automobilisten nog niet te snel rijden en plaats hebben om te stoppen. Een automobilist die een lifter wenst mee te nemen of af te zetten, moet dit doen in overeenstemming met de wegcode en moet daarbij rekening houden met het achteropkomend verkeer. Ik denk dat er voor lifters genoeg mogelijkheden bestaan om zich op een strategische en veilige plaats op te stellen.