| SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Session 2010-2011 | Zitting 2010-2011 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| 29 juin 2011 | 29 juni 2011 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question écrite n° 5-2651 | Schriftelijke vraag nr. 5-2651 | ||||||||
de Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) |
van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang) |
||||||||
à la ministre des PME, des Indépendants, de l'Agriculture et de la Politique scientifique |
aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Indépendants - Nuisances dues aux travaux sur le domaine public - Indemnité compensatoire de pertes de revenus - Montants alloués - Montant élevé pour la province de Hainaut | Zelfstandigen - Hinder door werken op het openbaar domein - Inkomenscompensatievergoedingen - Uitgekeerde bedragen - Hoog bedrag voor de provincie Henegouwen | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| province du Hainaut profession indépendante indemnisation perte financière travaux publics commerce indépendant commerce de détail |
provincie Henegouwen zelfstandig beroep vergoeding financieel verlies openbare werken zelfstandig winkelbedrijf detailhandel |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
|
|
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question n° 5-2651 du 29 juin 2011 : (Question posée en néerlandais) | Vraag nr. 5-2651 d.d. 29 juni 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||
Depuis 2007, les indépendants victimes de nuisances dues à la réalisation de travaux sur le domaine public peuvent obtenir une indemnité compensatoire de pertes de revenus. La réponse à la question écrite n° 132 (Chambre des représentants, Questions et Réponses, QRVA 53 032, p. 39) cite des chiffres relatifs aux demandes et aux indemnités allouées. Il en ressort notamment qu'on fait davantage appel à cette disposition dans certaines provinces que dans d'autres. On est particulièrement frappé de constater que l'indemnité moyenne accordée en province de Hainaut s'élève à 5 806 euros, alors que la moyenne pour l'ensemble des provinces n'est que 1 811 euros. Autrement dit, cette province ne représente que 9 % des demandes, mais obtient 33 % des indemnités allouées. C'est curieux, car l'indemnité journalière est en principe la même dans tout le pays. Je souhaiterais une réponse aux questions suivantes : 1) La ministre peut elle m'indiquer, par année, le nombre de demandes et le nombre d'indemnités accordées ? Je souhaiterais une ventilation par province. 2) Comment explique t elle qu'en province de Hainaut, et dans une moindre mesure en province de Namur, le montant alloué excède sensiblement celui des autres provinces ? Le cas échéant, des mesures sont elles prises pour mettre fin à cette différence ? |
Sinds 2007 kunnen zelfstandigen die hinder ondervinden ingevolge werken op het openbaar domein een beroep doen op een inkomenscompensatievergoeding. In het antwoord op de schriftelijke vraag nr. 132 (Kamer van volksvertegenwoordigers, Vragen en Antwoorden, QRVA 53 032, blz. 39) , worden enige cijfers gegeven over het aantal aanvragen en verstrekte vergoedingen. Hieruit blijkt onder meer dat er in bepaalde provincies meer gebruik wordt gemaakt van deze regeling dan in andere. Zeer opvallend is echter de vaststelling dat bij de uitkering van vergoedingen in de provincie Henegouwen het gemiddelde bedrag 5 806 euro bedraagt, terwijl dit voor alle provincies samen gemiddeld slechts 1 811 euro bedraagt. Anders gesteld, deze provincie is goed voor slechts 9% van de aanvragen, maar voor 33% van de verstrekte vergoedingen. Dat is merkwaardig omdat de verstrekte dagvergoeding in principe over heel het land dezelfde is. Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen: 1) Kan de geachte minister mij meedelen hoeveel aanvragen er op jaarbasis werden ingediend en hoeveel vergoedingen daarvoor werden uitbetaald? Graag kreeg ik daarbij een opsplitsing per provincie. 2) Hoe verklaart zij dat in de provincie Henegouwen, en in mindere mate in de provincie Namen, het uitgekeerde bedrag stukken hoger ligt dan in de andere provincies? Worden er desgevallend maatregelen genomen om dit verschil weg te werken? |
||||||||
| Réponse reçue le 28 novembre 2011 : | Antwoord ontvangen op 28 november 2011 : | ||||||||
1) Nombre de dossiers : Bruxelles : 118 Anvers : 252 Brabant flamand : 124 Flandre occidentale : 1 012 Flandre orientale : 341 Limbourg : 202 Hainaut : 217 Liège : 114 Luxembourg : 17 Namur: 37 Brabant wallon : 7 Les chiffres ci-dessus sont donnés à partir du 1er janvier 2007: en effet la loi est entrée en vigueur le 1er juillet 2006 à l'exception des articles concernant l'introduction des demandes d'indemnisation au Fonds. Ce volet-là est entré en vigueur 6 mois plus tard soit le 1er janvier 2007 : ce n'est donc qu'à partir de ce moment-là que les indépendants ont pu introduire leur demande d'indemnisation au Fonds. Montants des indemnisations : Bruxelles : 181 254,81 euros Anvers : 234 747,09 euros Brabant flamand : 220 600,37 euros Flandre occidentale : 1 450 480,59 euros Flandre orientale : 438 990,32 euros Limbourg : 380 193,02 euros Hainaut : 1 259 941,99 euros Liège : 122 457,52 euros Luxembourg : 16 799,23 euros Namur : 105 658,29 euros Brabant wallon : 9 725,87 euros 2) L'indemnisation est automatique lorsque les conditions de fermetures sont réunies, sans contrôle des autorités fédérales sur l'opportunité des travaux réalisés par les communes. |
1) Aantal dossiers: Brussel : 118 Antwerpen : 252 Vlaams Brabant : 124 West-Vlaanderen : 1 012 Oost-Vlaanderen : 341 Limburg : 202 Henegouwen : 217 Luik : 114 Luxemburg : 17 Namen : 37 Waals Brabant : 7 De bovenstaande cijfers worden gegeven vanaf 1 januari 2007: de wet is immers in werking getreden op 1 juli 2006 met uitzondering van de artikels betreffende de indiening van de aanvragen tot vergoeding bij het Fonds. Dat luik is 6 maanden later in werking getreden, namelijk op 1 januari 2007. Het is dus pas vanaf die datum dat de zelfstandigen hun aanvraag voor een vergoeding hebben kunnen indienen bij het Fonds. Bedrag vergoedingen : Brussel : 181 254,81 euro Antwerpen : 234 747,09 euro Vlaams-Brabant : 220 600,37 euro West-Vlaanderen : 1 450 480,59 euro Oost-Vlaanderen : 438 990,32 euro Limburg : 380 193,02 euro Henegouwen : 1 259 941,99 euro Luik : 122 457,52 euro Luxemburg : 16 799,23 euro Namen : 105 658,29 euro Waals-Brabant : 9 725,87 euro 2) Automatische vergoeding wanneer de sluitingsvoorwaarden zijn voldaan, zonder controle van de federale overheid over de geschiktheid van de werken uitgevoerd door de gemeentes. |