SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
18 février 2011 18 februari 2011
________________
Question écrite n° 5-1395 Schriftelijke vraag nr. 5-1395

de Elke Sleurs (N-VA)

van Elke Sleurs (N-VA)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________________
Réforme du formulaire d'enregistrement utilisé pour l'interruption de grossesse de hervorming van het registratieformulier gebruikt bij zwangerschapsafbreking 
________________
avortement
Commission nationale d'évaluation en matière d'interruption de la grossesse
abortus
Nationale Evaluatiecommissie inzake zwangerschapsafbreking
________ ________
18/2/2011Verzending vraag
23/3/2011Antwoord
18/2/2011Verzending vraag
23/3/2011Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-113 Requalification de : demande d'explications 5-113
________ ________
Question n° 5-1395 du 18 février 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-1395 d.d. 18 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il y a quelques semaines, la Commission nationale d'évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l'interruption de grossesse a remis son rapport, dont voici la conclusion :

« Peut-être une modification de la loi pourrait-elle, en permettant de recueillir des données plus complètes sur les femmes qui recourent à l'IVG, contribuer à mieux cibler le travail spécifique de prévention. On songe à des données plus précises sur la situation de fait, plutôt que d'état civil [...] ».

Il est ironique que cette conclusion importante revienne dans chaque rapport. On ne peut tout simplement pas travailler à une politique préventive, responsable, scientifique et efficace avec les données actuelles recueillies par cette commission nationale. La commission le reconnaît elle-même chaque année.

Par le passé, l'organe de coordination flamand Luna vzw a déjà beaucoup œuvré pour une réforme de ce formulaire d'enregistrement.

À maintes reprises, le Sénat a également tenté de remédier à ces défauts. Ainsi, mon parti a déposé une proposition de loi à ce sujet lors de la précédente législature.

Outre la nécessité absolue de remodeler la commission d'évaluation afin d'obtenir une structure qui se rattache davantage aux communautés et aux régions, je demande instamment à la ministre de convoquer la commission d'évaluation à court terme afin de permettre un meilleur enregistrement. Lors de la réunion d'installation de la commission d'évaluation du 22 février 2010, la ministre a annoncé qu'elle consacrerait plus d'attention à la loi cette année. Je ne pense pas qu'un gouvernement en affaires courantes soit de nature à empêcher la commission d'évaluation de se réunir.

C'est pourquoi je voudrais poser les questions suivantes :

En vertu de l'article 2 de la loi du 13 août 1990 visant à créer une commission d'évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l'interruption de grossesse, la commission doit elle-même établir un formulaire d'enregistrement, qui doit comporter certains éléments. La loi ne prévoit toutefois pas que le formulaire ne peut pas comporter d'informations complémentaires. Autrement dit, est-il exact que la commission d'évaluation ne doit pas attendre une modification de la loi et qu'elle peut entreprendre elle-même des actions pour adapter ce formulaire ?

Quoi qu'il en soit, je l'espère. Étant donné que ce pays a déjà fait preuve d'un peu de créativité à l'égard de la loi relative à l'interruption de grossesse, il me semble indiqué de soutenir les éventuelles initiatives relatives à l'établissement du formulaire d'enregistrement par la commission nationale d'évaluation.

Si une modification de la loi ne s'avère effectivement pas nécessaire, quelles actions la ministre entreprendra-t-elle pour informer la commission d'évaluation qu'elle peut établir un formulaire comprenant des données complémentaires ?

Cette question parlementaire préoccupante et essentielle ne fait pas obstacle au débat qui suivra sans aucun doute à la Chambre et au Sénat au sujet du rapport de la Commission nationale d'évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l'interruption de grossesse.

 

Enkele weken geleden diende de Nationale commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking haar rapport in. Het rapport besluit als volgt:

"Misschien zou een wetswijziging, die toelaat meer omvattende gegevens in te zamelen omtrent de vrouwen die overgaan tot zwangerschapsafbreking, er toe kunnen bijdragen zich meer specifiek op preventie te richten. Men denkt hierbij aan meer exacte gegevens over de feitelijke situatie, eerder dan over de burgerlijke staat [..]."

Het is ironisch dat dit belangrijk besluit in elk rapport terugkomt. Met het huidig cijfermateriaal dat deze nationale commissie verzamelt kan simpelweg niet aan een doelmatig wetenschappelijk verantwoord preventief beleid worden gedaan. Dat erkent deze commissie overigens zelf, jaarlijks.

De Vlaamse koepelorganisatie VZW Luna investeerde in het verleden al veel energie in het proberen hervormen van dit registratieformulier.

Ook de Senaat heeft in het verleden al verschillende malen gepoogd tegemoet te komen aan dit euvel. Zo heeft mijn eigen partij hieromtrent in de vorige legislatuur een wetsvoorstel over ingediend.

Naast de absolute noodzaak om deze evaluatiecommissie om te vormen tot een structuur die meer als vandaag aansluit bij de gemeenschappen en gewesten, vraag ik u met drang om de evaluatiecommissie op korte termijn samen te roepen teneinde een betere registratie mogelijk te maken. Immers, op 22 februari 2010 deed U dit reeds in het kader van de installatievergadering van deze evaluatiecommissie. Tijdens die vergadering verkondigde U onder andere dat u dit jaar extra aandacht aan de wet ging besteden. Het feit dat de regering zich op dit moment in een staat van lopende zaken bevindt doet hier mijns inziens geen afbreuk aan de mogelijkheid om deze evaluatiecommissie samen te roepen.

Om deze reden had ik de volgende vraag voor u mevrouw de Minister.

Krachtens artikel 2 van de Wet van 13 augustus 1990 betreffende de oprichting van de evaluatiecommissie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking is het aan de Commissie zelf om een registratieformulier op te stellen. Volgens deze wet moet dit formulier bepaalde elementen bevatten. De wettekst schrijft weliswaar niet voor dat het registratieformulier geen aanvullende informatie mag bevatten. Is het met andere woorden correct om te stellen dat de nationale evaluatiecommissie niet moet wachten op een wetsverandering, maar dat ze zelf stappen kan ondernemen om het formulier aan te passen?

Ik hoop althans van wel. Aangezien dit land in het verleden ook al enige creativiteit aan de dag heeft gelegd met betrekking tot de wet op de zwangerschapsafbreking, lijkt mij aangewezen om eventuele initiatieven met betrekking tot het registratieformulier opgesteld door de nationale evaluatiecommissie te steunen.

Indien een wetswijziging inderdaad niet nodig zou blijken, welke stappen zal de minister dan ondernemen om de evaluatiecommissie op de hoogte te stellen dat ze vrij is om een formulier op te stellen die aanvullende gegevens omvat?

Deze prangende en essentiële parlementaire vraag doet geen afbreuk aan het debat dat binnen Kamer en Senaat betreffende het verslag van de nationale commissie voor de evaluatie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking, dat ongetwijfeld zal volgen.

 
Réponse reçue le 23 mars 2011 : Antwoord ontvangen op 23 maart 2011 :

La Commission Nationale d’Évaluation de la loi du 3 avril 1990 relative à l’interruption de grossesse est une commission d’évaluation.

Il ne revient donc pas à cette Commission de se prononcer sur l’opportunité d’une modification de la loi pour permettre l’adaptation du formulaire d’enregistrement. Ceci relève d’un choix politique et n’est pas une compétence de la Commission en tant que telle.

La Commission peut cependant examiner, à la lumière de sa mission d’évaluation, les modifications qu’il serait utile d’apporter au formulaire d’enregistrement. La révision du formulaire d’enregistrement a été reprise dans les différents thèmes des activités prévues pour 2010-2011. Deux réunions consacrées à la révision du formulaire ont eu lieu le 25 janvier et le 1er mars 2011. Une troisième réunion aura lieu le 3 mai 2011 pour finaliser le document.

De Nationale Evaluatiecommissie van de wet van 3 april 1990 betreffende de zwangerschapsafbreking is een evaluatiecommissie.

Het komt de Commissie dus niet toe zich uit te spreken over de opportuniteit of een wetswijziging al dan niet noodzakelijk is voor de aanpassing van het registratieformulier. Dit houdt een politieke keuze in en is geen bevoegdheid van de Commissie als zodanig.

De Commissie kan zich uiteraard wel buigen over de vraag welke wijzigingen aan het registratieformulier in het licht van haar evaluatieopdracht nodig zijn. De herziening van het registratieformulier werd opgenomen in de te behandelen thema’s van de werkzaamheden 2010-2011. Twee vergaderingen werden op 25 januari 2011 en 1 maart 2011gewijd aan de herziening van het registratieformulier. Een derde vergadering zal plaatsvinden op 3 mei 2011 om het document te finaliseren.