| SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Session 2010-2011 | Zitting 2010-2011 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| 1 février 2011 | 1 februari 2011 | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question écrite n° 5-1122 | Schriftelijke vraag nr. 5-1122 | ||||||||
de Bert Anciaux (sp.a) |
van Bert Anciaux (sp.a) |
||||||||
au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles |
aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Dette publique - Part des autorités communales - Évolution | Staatsschuld - Aandeel van de gemeentelijke overheden - Evolutie | ||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| dette publique finances locales commune CPAS |
overheidsschuld lokale financiën gemeente OCMW |
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
|
|
||||||||
| ________ | ________ | ||||||||
| Question n° 5-1122 du 1 février 2011 : (Question posée en néerlandais) | Vraag nr. 5-1122 d.d. 1 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||
La dette publique totale équivaut au cumul de la dette de l'État fédéral et de toutes les institutions qui y sont liées, avec celles des régions, des communautés, des provinces et des communes. Je voudrais poser les questions suivantes au sujet de la dette des administrations communales : 1) Comment la dette des autorités locales (communes et centres publics d'action sociale) a-t-elle évolué année après année entre 2001 et 2010 ? Comment se caractérise cette évolution par région ? Comment le ministre évalue-t-il et explique-t-il cette évolution ? Comment évalue-t-il les disparités observées par région entre les administrations locales ? 2) Quelle est l'importance de la part des autorités locales dans la dette publique totale en Belgique ? Quelles sont les prévisions en la matière pour les prochaines années ? Procède-t-on à des concertations avec les régions ? Des efforts peuvent-ils encore être attendus et fournis ? |
De totale Staatsschuld is samengesteld uit de gecumuleerde schulden van de federale overheid en al de instellingen daaraan verbonden, deze van de gewesten en gemeenschappen en de van de gemeenten en provincies. Over de schulden van de gemeentebesturen heb ik de volgende vragen: 1) Hoe evolueerden de schulden van de lokale overheden (gemeenten en openbare centra voor maatschappelijk welzijn) jaar na jaar in de periode van 2001 tot en met 2010? Hoe is deze evolutie per gewest? Hoe evalueert en duidt de geachte minister deze evolutie in tijd en omvang? Hoe evalueert hij de verschillen tussen de lokale besturen per gewest? 2) Hoe groot is het aandeel van de schulden van de lokale overheden in de totale overheidsschuld van België? Wat zijn de verwachtingen daarover voor de volgende jaren? Wordt hierover overlegd met de gewesten? Kunnen hier nog inspanningen worden geleverd en verwacht? |
||||||||
| Réponse reçue le 1 mars 2011 : | Antwoord ontvangen op 1 maart 2011 : | ||||||||
J’informe l’honorable membre que je ne dispose pas de l’information demandée. Les pouvoirs locaux sont soumis à la tutelle des Régions. Par conséquent, ce sont ces dernières qui disposent de l’information demandée. |
Ik moet het geachte lid antwoorden dat ik de gevraagde informatie niet kan leveren. De lokale overheden staan onder de voogdij van de Gewesten. Bijgevolg zijn zij het die over deze informatie beschikken. |