SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
1 février 2011 1 februari 2011
________________
Question écrite n° 5-1107 Schriftelijke vraag nr. 5-1107

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen
________________
Dette publique - Part des autorités provinciales - Evolution Staatsschuld - Aandeel van de provinciale overheden - Evolutie 
________________
dette publique
finances locales
province
régions et communautés de Belgique
overheidsschuld
lokale financiën
provincie
gewesten en gemeenschappen van België
________ ________
1/2/2011Verzending vraag
1/3/2011Antwoord
1/2/2011Verzending vraag
1/3/2011Antwoord
________ ________
Question n° 5-1107 du 1 février 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-1107 d.d. 1 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La dette publique totale équivaut au cumul de la dette de l'État fédéral et de toutes les institutions qui y sont liées, avec celles des régions, des communautés, des provinces et des communes.

Je voudrais poser les questions suivantes au sujet de la dette des administrations provinciales :

1) Comment la dette des autorités provinciales a-t-elle évolué année après année entre 2001 et 2010 ? Comment se caractérise cette évolution pour les deux régions ? Comment le ministre évalue-t-il et explique-t-il cette évolution ? Comment évalue-t-il les disparités observées par région entre les administrations provinciales ?

2) Quelle est l'importance de la part des provinces dans la dette publique totale en Belgique ? Quelles sont les prévisions en la matière pour les prochaines années ? Procède-t-on à une concertation avec les régions ? Des efforts peuvent-ils encore être attendus et fournis ?

 

De totale Staatsschuld is samengesteld uit de gecumuleerde schulden van de federale overheid en al de instellingen daaraan verbonden, deze van de gewesten en gemeenschappen en de van deze gemeenten en provincies.

Over de schulden van de provinciebesturen heb ik de volgende vragen:

1) Hoe evolueerden de schulden van de provinciale overheden jaar na jaar in de periode van 2001 tot en met 2010? Hoe is deze evolutie voor de twee gewesten? Hoe evalueert en duidt de geachte minister deze evolutie in tijd en omvang? Hoe evalueert hij de verschillen tussen de provinciebesturen per gewest?

2) Hoe groot is het aandeel van de schulden van de provinciebesturen in de totale overheidsschuld van België? Wat zijn de verwachtingen daarover voor de volgende jaren? Wordt hierover overlegd met de gewesten? Kunnen hier nog inspanningen worden geleverd en verwacht?

 
Réponse reçue le 1 mars 2011 : Antwoord ontvangen op 1 maart 2011 :

J’informe l’honorable membre que je ne dispose pas de l’information demandée. Les pouvoirs provinciaux sont soumis à la tutelle des Régions. Par conséquent, ce sont ces derniers qui disposent de l’information demandée.

Ik moet het geachte lid antwoorden dat ik de gevraagde informatie niet kan leveren. De provinciale overheden staan onder de voogdij van de Gewesten. Bijgevolg zijn zij het die over deze informatie beschikken.