SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2013-2014 Zitting 2013-2014
________________
13 janvier 2014 13 januari 2014
________________
Question écrite n° 5-10854 Schriftelijke vraag nr. 5-10854

de Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

à la ministre de l'Emploi

aan de minister van Werk
________________
Chômeurs - Situation familiale - Contrôles - Infractions - Différences régionales Werklozen - Gezinssituatie - Controles - Inbreuken - Regionale verschillen 
________________
assurance chômage
inspection du travail
travail au noir
statistique officielle
disparité régionale
Office national de l'emploi
chômeur
werkloosheidsverzekering
arbeidsinspectie
zwartwerk
officiële statistiek
regionale verschillen
Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening
werkloze
________ ________
13/1/2014Verzending vraag
17/2/2014Antwoord
13/1/2014Verzending vraag
17/2/2014Antwoord
________ ________
Question n° 5-10854 du 13 janvier 2014 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-10854 d.d. 13 januari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

En réponse à la question parlementaire écrite n° 573 du député Guy D'Haeseleer, la ministre transmit un tableau reprenant le nombre d'enquêtes effectuées, le nombre d'infractions constatées et les montants récupérés dans le cadre des contrôles de l'Onem concernant l'exactitude des situations familiales déclarées par les chômeurs.

On peut tirer des données fournies quelques constats remarquables. En Flandre, en moyenne, on constate nettement plus d'infractions par rapport au nombre de contrôles exécutés (2011 : 8,6 pour cent en Flandre, 2,8 pour cent en Wallonie et 0,7 pour cent à Bruxelles ; 2012 : 21,8 pour cent en Flandre, 16,9 pour cent en Wallonie et 15,5 pour cent à Bruxelles). En revanche, le montant moyen récupéré par infraction est en Wallonie bien supérieur à celui récupéré en Flandre (2011 : 4114 euros en Flandre, 6895 en Wallonie et 1117 à Bruxelles ; 2012 : 4038 euros en Flandre, 7110 en Wallonie et 8704 à Bruxelles). Si l'on combine les deux séries de données, on peut avoir l'impression que le contrôle est plus strict en Flandre qu'en Wallonie et à Bruxelles. Cela donne également le sentiment qu'en Flandre les infractions prises en considération sont moins graves alors qu'en Wallonie seules des infractions graves sont recherchées. Mais il y a peut-être d'autres explications à ces différences ?

1) Comment la ministre explique-t-elle les différences tout de même remarquables entre la Flandre et la Wallonie (et Bruxelles) en ce qui concerne le nombre d'infractions constatées et le montant moyen récupéré ?

2) Peut-elle me transmettre les données correspondantes pour 2013 ?

 

In antwoord op de parlementaire schriftelijke vraag nr. 573 van kamerlid Guy D'haeseleer verstrekte de minister een tabel over het aantal ingestelde onderzoeken, het aantal vastgestelde inbreuken en de ingevorderde bedragen in het kader van de controles die door de Rijksdienst voor de Arbeidsvoorziening (RVA) werden verricht voor wat betreft de correctheid van de opgegeven gezinssituatie van werklozen.

Uit deze cijfergegevens blijken enkele merkwaardige vaststellingen. In Vlaanderen worden gemiddeld merkelijk meer inbreuken vastgesteld in verhouding tot het aantal verrichte controles (2011: 8,6 % in Vlaanderen, 2,8 % in Wallonië en 0,7 % in Brussel; 2012: 21,8 % in Vlaanderen, 16,9 % in Wallonië en 15,5 % in Brussel). Daar staat tegenover dat het gemiddelde ingevorderde bedrag per inbreuk in Wallonië een stuk hoger ligt dan in Vlaanderen (2011: 4114 € in Vlaanderen, 6585 € in Wallonië en 1117 € in Brussel; 2012: 4038 € in Vlaanderen, 7110 € in Wallonië en 8074 € in Brussel). Combineert men die twee gegevens, dan zou men de indruk kunnen krijgen dat er in Vlaanderen strenger wordt gecontroleerd dan in Wallonië en Brussel. Het geeft de indruk dat in Vlaanderen ook minder ernstige vergrijpen als inbreuk in aanmerking worden genomen, terwijl in Wallonië enkel ernstigere inbreuken worden aangepakt. Maar mogelijk zijn er voor die verschillen andere verklaringen.

1) Hoe verklaart de geachte minister de toch wel merkelijke verschillen tussen Vlaanderen en Wallonië (en Brussel) wat het aantal vastgestelde inbreuken en de gemiddelde teruggevorderde bedragen betreft?

2) Kan zij mij de overeenkomstige cijfers voor het jaar 2013 geven?

 
Réponse reçue le 17 février 2014 : Antwoord ontvangen op 17 februari 2014 :

1. La sélection des dossiers à examiner se fait par croisement des banques de données de l’Office nationale de l’Emploi (ONEM) avec d’autres banques de données contenant des données sociales, notamment le Registre national. Les critères de sélection sont les mêmes pour toute la Belgique et les contrôles sont toujours effectués de la même manière, que le dossier soit traité en Flandre, en Wallonie ou à Bruxelles.

L’augmentation considérable des enquêtes (et des infractions constatées, ainsi que des montants à récupérer) en 2012 s’explique par un meilleur croisement des banques de données de l’ONEM avec d’autres banques de données, notamment avec le Registre national. De cette manière, les dossiers sont encore mieux sélectionnés.

L’approche de l’ONEM en matière de contrôle est identique pour l’ensemble du pays. Il est normal qu’il y ait des différences tant absolues que relatives entre les Régions en ce qui concerne le nombre d’infractions et les montants à récupérer, en effet les populations de chômeurs varient d’une Région à l’autre.

Ainsi, il y a des différences au niveau du nombre d’allocataires et du type d’allocations (chômage, allocations d’interruption). En outre, le nombre d’allocataires diffère aussi suivant le régime d’allocations (travailleurs avec complément d’entreprise, chômage complet, chômage temporaire). Par ailleurs, il y a des différences liées aux personnes tant pour ce qui concerne la catégorie d’âge et la catégorie familiale auxquelles appartiennent les allocataires qu’au niveau des périodes pendant lesquelles les allocations sont octroyées.

Tous ces facteurs varient en fonction de la Région et ont une influence sur le nombre d’infractions constatées, ainsi que sur la fixation des montants à récupérer qui en découlent.

2. L’ONEM n’est actuellement pas encore en mesure de fournir des chiffres pour l’année 2013.

1. De selectie van de te onderzoeken dossiers gebeurt door kruising van de databanken van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) met andere databanken met sociale gegevens en met het Rijksregister in het bijzonder. De selectiecriteria zijn voor gans België dezelfde en de controles worden steeds op dezelfde manier uitgevoerd, ongeacht of het dossier in Vlaanderen, Wallonië of Brussel wordt behandeld.

De sterke toename van onderzoeken (en vastgestelde inbreuken en terug te vorderen bedragen) in 2012 is te verklaren door de betere kruising van de databanken van de RVA met andere databanken, in het bijzonder met het Rijksregister. Op deze manier worden de dossiers nog beter geselecteerd.

De controleaanpak door de RVA is identiek voor het ganse land. Het is normaal dat er zowel absolute als relatieve verschillen zijn tussen de gewesten qua aantal inbreuken en qua de terug te vorderen bedragen, de werklozenpopulaties verschillen immers van gewest tot gewest.

Zo zijn er verschillen inzake het aantal uitkeringsgerechtigden en inzake de aard van de uitkeringen (werkloosheid, onderbrekingsuitkeringen). Er zijn verder ook verschillen inzake het aantal gerechtigden volgens het uitkeringsstelsel (werknemers met bedrijfstoeslag, volledige werkloosheid, tijdelijke werkloosheid). Daarnaast zijn er de persoonsgebonden verschillen inzake de leeftijdsklasse, de gezinscategorie waartoe de uitkeringsgerechtigden behoren en de periodes gedurende dewelke de uitkeringen worden toegekend.

Al deze factoren verschillen per gewest en hebben hun invloed op het aantal vastgestelde inbreuken en op de vaststelling van de terug te vorderen bedragen die er het gevolg van zijn.

2. De RVA kan momenteel nog geen cijfers voor het jaar 2013 verstrekken.