SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2013-2014 Zitting 2013-2014
________________
9 janvier 2014 9 januari 2014
________________
Question écrite n° 5-10771 Schriftelijke vraag nr. 5-10771

de Martine Taelman (Open Vld)

van Martine Taelman (Open Vld)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de Beliris et des Institutions culturelles fédérales

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________________
Allocations d'assistance - Pays-Bas - Norme de pondération des allocations d'assistance (Kostendelersnorm) - Cohabitants - Nombre d'allocataires par ménage Bijstandsuitkeringen - Nederland - Kostendelersnorm - Samenwonenden - Aantal uitkeringsbegunstigden per huishouden 
________________
Pays-Bas
prestation sociale
ménage
Nederland
sociale uitkering
huishouden
________ ________
9/1/2014Verzending vraag
23/1/2014Antwoord
9/1/2014Verzending vraag
23/1/2014Antwoord
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10772
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10773
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10772
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10773
________ ________
Question n° 5-10771 du 9 janvier 2014 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-10771 d.d. 9 januari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Dans le cadre du renforcement de la loi sur le travail et l'assistance, les Pays-Bas utiliseront dorénavant une norme de pondération des allocations d'assistance, la « kostendelersnorm ». Ensemble, les personnes qui cohabitent doivent en effet supporter moins de coûts. L'allocation qu'elles perçoivent est dès lors adaptée dans la loi renforcée. On envisage également de fixer un maximum pour le nombre d'allocations accordées à un même ménage. Dans la pratique, il est en effet possible que six ou sept personnes vivant sous un même toit perçoivent une allocation.

Je voudrais dès lors poser les questions suivantes à la ministre.

1) Comment réagissez-vous à cette norme introduite aux Pays-Bas ? Pouvez-vous indiquer si notre pays est enclin à prendre une initiative semblable ? Si oui, pouvez-vous apporter des explications ? Si non, pourquoi ?

2) Pouvez-vous communiquer le nombre de ménages qui, au cours de chacune des trois dernières années, comptent plus de cinq bénéficiaires d'allocations ? Comment réagissez-vous à ces chiffres ?

3) Êtes-vous favorable à la fixation d'un maximum pour le nombre de bénéficiaires d'un revenu de remplacement au sein d'un même ménage et/ou à la même adresse ? Pouvez-vous apporter des explications détaillées quant aux avantages et aux inconvénients ?

 

In het kader van de aangescherpte wet Werk en Bijstand zal Nederland voortaan een zogenaamde "kostendelersnorm" hanteren wat de bijstandsuitkeringen betreft. Mensen die samenwonen hebben immers samen minder kosten. De uitkering die ze ontvangen wordt in de aangescherpte wet daarom aangepast. Men overweegt tevens om een maximumgrens te stellen aan het aantal uitkeringen binnen één huishouden. In de praktijk is het namelijk mogelijk dat zes, zeven mensen onder één dak een uitkering ontvangen.

Ik heb dan ook volgende vragen voor de geachte minister:

1) Hoe reageert u op de kostendelersnorm die in Nederland wordt ingevoerd en kan u aangeven of u een gelijkaardig initiatief in ons land genegen bent? Zo ja, kan u toelichten? Zo neen, waarom niet?

2) Kan u cijfermatig aangeven hoeveel huishoudens de laatste drie jaar, op jaarbasis, meer dan vijf uitkeringsbegunstigden tellen? Hoe reageert u op deze cijfers?

3) Bent u voorstander van het stellen van een maximumgrens op het aantal begunstigden van een vervangingsinkomen binnen één huishouden en/of op één adres? Kan u uitvoerig toelichten wat de voordelen en de nadelen zijn?

 
Réponse reçue le 23 janvier 2014 : Antwoord ontvangen op 23 januari 2014 :

En réponse à votre question, je puis vous informer que son contenu relève de la compétence de ma collègue, madame Monica De Coninck, ministre de l’Emploi.

In antwoord op uw vraag kan ik u mee te delen dat de inhoud ervan onder de bevoegdheid valt van die van mijn collega, mevrouw Monica De Coninck, minister van Werk.