SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2013-2014 Zitting 2013-2014
________________
26 novembre 2013 26 november 2013
________________
Question écrite n° 5-10481 Schriftelijke vraag nr. 5-10481

de Martine Taelman (Open Vld)

van Martine Taelman (Open Vld)

à la vice-première ministre et ministre de l'Intérieur et de l'Égalité des Chances

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen
________________
Banques de données ADN - Nombre de profils ADN - Évolution DNA-databanken - Aantal DNA-profielen - Evolutie 
________________
base de données génétiques
ADN
base de données
statistique officielle
genetische database
DNA
gegevensbank
officiële statistiek
________ ________
26/11/2013Verzending vraag
10/2/2014Antwoord
26/11/2013Verzending vraag
10/2/2014Antwoord
________ ________
Aussi posée à : question écrite 5-10482 Aussi posée à : question écrite 5-10482
________ ________
Question n° 5-10481 du 26 novembre 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-10481 d.d. 26 november 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Selon le site web de l'Institut national de criminalistique et de criminologie (INCC), « l’objectif des banques nationales de données ADN est de fournir à l’enquête judiciaire, au vu des correspondances entre profils ADN, des éléments afin d’identifier des personnes concernées par une infraction. »

La gestion des banques nationales de données ADN est réglementée par la loi ADN du 22 mars 1999 mise en exécution par l’arrêté royal du 4 février 2002. La loi ADN prévoit la création de deux banques nationales de données ADN : la banque de données « criminalistique » et la banque de données « condamnés ».

En Belgique, 9 laboratoires sont agréés pour exécuter des analyses ADN en matière pénale (Moniteur belge du 1er juin 2004). Les données de ces laboratoires sont rassemblées au niveau des banques nationales de données ADN.

La banque néerlandaise de données ADN, opérationnelle depuis 1997, a connu une forte extension ces dernières années. Elle contient le profil ADN d'une bonne centaine de milliers de condamnés et de suspects, et du matériel cellulaire de presque autant d'individus.

Voici mes questions à la ministre :

1) Peut-elle indiquer, pour chacune des cinq dernières années, combien de profils ADN et combien de matériels cellulaires ont été enregistrés ? Comment explique-t-elle ces chiffres ?

2) Aux Pays-Bas, le développement des banques de données ADN permet de relier chaque semaine plus de 65 infractions non élucidées avec des personnes connues. La ministre peut-elle indiquer, le cas échéant sur base mensuelle ou annuelle, quels sont les chiffres chez nous ? Peut-elle les expliciter ?

3) La ministre peut-elle dire au total combien de profils ADN ont été enregistrés dans notre pays et quelle est l'origine de ces profils ? D'où proviennent la plupart d'entre eux ?

4) La ministre peut-elle indiquer de combien de personnes en tout du matériel cellulaire est conservé et quelle en est l'origine ? D'où proviennent la plupart des profils de matériel cellulaire ?

 

Het doel van de nationale DNA-gegevensbanken is een bijdrage te leveren aan het gerechtelijk onderzoek om personen die betrokken zijn bij een misdrijf, te identificeren aan de hand van overeenkomsten tussen DNA-profielen, aldus de informatie op de website van het National Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC).

Het beheer van de nationale DNA-databanken wordt bepaald door de DNA-wet van 22 maart 1999, met als uitvoeringsbesluit het koninklijk besluit van 4 februari 2002. De DNA-wet voorziet in de oprichting van twee nationale DNA-gegevensbanken: een gegevensbank "criminalistiek" en een gegevensbank "veroordeelden".

In België zijn negen erkende DNA-laboratoria die DNA-analyses mogen doen in het kader van strafzaken (cf. Belgisch Staatsblad 1 juni 2004). De gegevens van elk van deze laboratoria worden verzameld in de nationale DNA-gegevensbanken.

De Nederlandse DNA-databank die sinds 1997 in gebruik is kent de afgelopen jaren een sterke groei. Inmiddels is van meer dan 100 000 veroordeelden en verdachten het DNA-profiel en celmateriaal van bijna het zelfde aantal personen opgeslagen.

Ik had dan ook volgende vragen voor de geachte minister:

1) Kan de geachte minister en dit respectievelijk voor de laatste vijf jaar op jaarbasis aangeven hoeveel DNA-profielen er worden opgeslagen op nationale basis alsook voor respectievelijk dezelfde jaren van hoeveel op jaarbasis er celmateriaal werd opgeslagen? Hoe verklaart ze deze cijfers?

2) In Nederland blijken er tengevolge de groei van de DNA-databank meer dan 65 matches te zijn op weekbasis tussen onopgeloste misdrijven en bekende personen. Kan de minister aangeven hoe, dit cijfer zich bij ons verhoud desgevallend op maand of jaarbasis? Kunnen deze cijfers worden geduid?

3) Kan de geachte minister aangeven hoeveel DNA-profielen er in het totaal in ons land zijn opgeslagen en wat is de oorsprong van deze profielen? Waar komen de meeste profielen vandaan?

4) Kan u aangeven van hoeveel personen er celmateriaal er in het totaal in ons land is opgeslagen en wat is de oorsprong van ervan ? Waar komen de meeste celmateriaal-profielen vandaan?

 
Réponse reçue le 10 février 2014 : Antwoord ontvangen op 10 februari 2014 :

Cette question parlementaire ne relève pas de mes compétences mais bien de celles de ma collègue, la ministre de la Justice, à qui vous avez également posé ces questions.

Deze parlementaire vraag valt niet onder mijn bevoegdheid, maar onder de bevoegdheden van mijn collega de minister van Justitie, aan wie u de vragen tevens gesteld heeft.