SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2010-2011 Zitting 2010-2011
________________
27 janvier 2011 27 januari 2011
________________
Question écrite n° 5-1020 Schriftelijke vraag nr. 5-1020

de Elke Sleurs (N-VA)

van Elke Sleurs (N-VA)

à la ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Délaissement ou abandon d'enfants - Chiffres Verlaten of te vondeling leggen van kinderen - Aantallen 
________________
enfant
enfant abandonné
protection de l'enfance
petite enfance
statistique officielle
mortalité infantile
répartition par âge
répartition par sexe
kind
vondeling
kinderbescherming
vroegste kinderjaren
officiële statistiek
kindersterfte
leeftijdsverdeling
verdeling naar geslacht
________ ________
27/1/2011Verzending vraag
22/2/2011Antwoord
27/1/2011Verzending vraag
22/2/2011Antwoord
________ ________
Aussi posée à : question écrite 5-1019 Aussi posée à : question écrite 5-1019
________ ________
Question n° 5-1020 du 27 janvier 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-1020 d.d. 27 januari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Selon l'article 423 du Code pénal, le « délaissement et l'abandon d'enfants ou d'incapables dans le besoin » est punissable. L'abandon d'un enfant en Belgique tombe dès lors sous le coup de la loi.

Par le passé, on s'est déjà interrogé, dans ce parlement, sur le nombre d'enfants abandonnés chaque année dans notre pays (question écrite n° 4-2552). Il ressortait de la réponse du ministre que le nombre d'abandons n'est pas répertorié chez nous. Le journal De Standaard faisait état, en octobre 2010, de quinze abandons (quatre enfants avaient été trouvés dans la boîte à bébés de l'asbl Moeders voor moeders).

De plus, selon les statistiques les plus récentes de la police en matière de criminalité, 202 enfants ont été délaissés ou abandonnés en 2009 et 195 enfants, abandonnés dans le besoin. Si ces chiffres sont ventilés en fonction de l'âge, il doit être possible de connaître le nombre d'abandons.

Je suis consciente que recueillir de telles statistiques n'est pas une sinécure. J'attire cependant l'attention du ministre de la Justice sur le fait que cette information est d'une importance capitale si l'on veut mener une politique en faveur des personnes les plus vulnérables de notre société.

J'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes:

1) Je souhaiterais connaître la pyramide des âges des victimes de ce qui concerne la définition « enfants ou personnes incapables, délaissés ou abandonnés » et la définition « abandon d'un enfant dans le besoin », enregistrées par la police fédérale au cours des dix dernière années.

2) Dans combien de cas les auteurs étaient-ils le père ou la mère ? Je souhaiterais une ventilation selon l'âge, le sexe et la nationalité des auteurs.

3) Dans combien de cas les auteurs étaient-ils d'autres membres de la famille ? Je souhaiterais une ventilation selon l'âge, le sexe et la nationalité des auteurs.

4) Dans combien de cas les auteurs étaient-ils inconnus ?

5) Dans combien de cas des enfants délaissés ou abandonnés ont-ils été retrouvés morts au cours des dix dernières années ?

 

Volgens artikel 423 van het Strafwetboek wordt het "verlaten of in behoeftige toestand achterlaten van kinderen of onbekwamen" strafbaar gesteld. Een kind te vondeling leggen, is in België dus strafbaar.

In het verleden werd in dit parlement reeds gepeild naar het aantal vondelingen dat jaarlijks in dit land wordt achtergelaten (schriftelijke vraag nr. 4-2552). Uit het antwoord van de minister bleek dat het aantal vondelingen bij ons niet wordt geregistreerd. De krant De Standaard maakte in oktober 2010 gewag van vijftien vondelingen (drie werden gevonden in de vondelingenschuif van de vzw Moeders voor moeders).

Daarenboven zijn in 2009, volgens de meest recente politiële criminaliteitsstatistieken, 202 kinderen verlaten of te vondeling gelegd en werden 195 kinderen in behoeftige toestand achtergelaten. Als die informatie wordt uitgesplitst per leeftijd, moet het mogelijk zijn het aantal vondelingen te kennen.

Ik besef dat het opvragen van deze statistieken geen sinecure is. Toch wil ik er de minister op wijzen dat deze informatie van essentieel belang is voor een beleid dat tegemoetkomt aan de zwaksten in onze samenleving.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Graag kreeg ik de leeftijdspiramide voor de slachtoffers van de omschrijving "kinderen of onbekwamen die werden verlaten of te vondeling werden gelegd" en van de omschrijving "achterlaten van een kind in behoeftige toestand", zoals geregistreerd door de federale politie sinds de afgelopen tien jaar.

2) Hoe vaak was de dader hier de vader of de moeder? Graag kreeg ik een uitsplitsing per leeftijd, geslacht en nationaliteit van de dader.

3) Hoe vaak waren de daders andere leden van de familie? Graag kreeg ik een uitsplitsing per leeftijd, geslacht en nationaliteit van de dader.

4) Hoe vaak was de dader hier onbekend?

5) Hoe vaak werd in de afgelopen tien jaar een verlaten of te vondeling gelegd kind dood teruggevonden?

 
Réponse reçue le 22 février 2011 : Antwoord ontvangen op 22 februari 2011 :

L’honorable membre trouvera ci-dessous réponse à ses questions.

Je vous renvoie à la réponse de mon collègue de la Justice.

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

Ik verwijs u naar het antwoord van mijn collega van Justitie.