SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2007-2008 Zitting 2007-2008
________________
3 avril 2008 3 april 2008
________________
Question écrite n° 4-656 Schriftelijke vraag nr. 4-656

de Helga Stevens (CD&V N-VA)

van Helga Stevens (CD&V N-VA)

à la vice-première ministre et ministre de l'Emploi et de l'Egalité des chances

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen
________________
Gardiens d’enfants - Chômage - Indemnités Onthaalouders - Werkloosheid - Uitkeringen 
________________
chômage
garde d'enfants
répartition géographique
Office national de sécurité sociale
revenu
prestation sociale
werkloosheid
kinderoppas
geografische spreiding
Rijksdienst voor Sociale Zekerheid
inkomen
sociale uitkering
________ ________
3/4/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008)
29/7/2008Antwoord
3/4/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008)
29/7/2008Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-328 Réintroduction de : question écrite 4-328
________ ________
Question n° 4-656 du 3 avril 2008 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-656 d.d. 3 april 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L’arrêté royal du 26 mars 2003 portant exécution de l’article 7, §1er, alinéa 3, q, de l’arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs, relatif aux gardiens d’enfants, a instauré, à partir du 1er avril 2003, une indemnité pour les gardiens d’enfants. Cette indemnité consiste en une compensation partielle de la perte de revenus qu’un gardien ou une gardienne d’enfants subit par la suite de circonstances indépendantes de sa volonté en raison de l’absence temporaire d’enfants qu’il ou elle accueille habituellement.

1. Quel est le montant total des indemnités par an et par région ?

2. Combien de gardiens d’enfants sont-ils inscrits comme « travailleur salarié » à l’ONSS, par an et par région ?

3. Combien de gardiens d’enfants ont-ils demandé l’indemnité, par an et par région ?

 

Op 26 maart 2003 werd er bij het koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 7, §1, derde lid, q, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, betreffende de onthaalouders vanaf 1 april 2003 een opvanguitkering voor onthaalouders gecreëerd. Deze vergoeding voorziet een gedeeltelijke compensatie van het inkomensverlies dat de onthaalouders door omstandigheden buiten zijn of haar wil lijdt ingevolge de tijdelijke afwezigheid van kinderen die hij of zij normaal ontvangt.

1. Wat zijn de totaalbedragen van opvanguitkeringen per jaar en per gewest?

2. Hoeveel onthaalouders zijn er bij de RSZ ingeschreven als “werknemer” per jaar en per gewest?

3. Hoeveel onthaalouders hebben er beroep gedaan op opvanguitkeringen per jaar en per gewest?

 
Réponse reçue le 29 juillet 2008 : Antwoord ontvangen op 29 juli 2008 :

En ce qui concerne les questions 1 et 3 : voir le tableau ci-après.

En ce qui concerne la question 2, l'Office national de sécurité sociale me signale que le nombre d'accueillantes inscrites est de 6 396 (moyenne de 20 trimestres), dont 3 776 ETP.

En outre, il est impossible de donner le nombre d'accueillantes par région.

En effet, les accueillantes de la Communauté flamande peuvent assurer l'accueil aussi bien en Flandre qu'à Bruxelles; or l'endroit précis où cet accueil est exercé n'est pas mentionné sur la déclaration.

Il en va de même pour les accueillantes de la Communauté française qui peuvent aussi bien exercer en Wallonie qu'à Bruxelles.

Quant à la Région bruxelloise, tant les accueillantes de la Communauté française que celles de la Communauté flamande y sont actives.

Certes, une ventilation régionale peut avoir lieu en ce qui concerne les indemnités d'accueil, dans la mesure où ces indemnités sont payées aux accueillantes sur base de leur adresse.

Cependant, la déclaration à l'ONSS est effectuée par l'employeur fictif et leur adresse ne mentionne pas l'endroit où l'accueil est effectué.

PARENTS D'ACCUEIL — ALLOCATIONS DE GARDE
AnnéeRégion flamandeRégion wallonneRégion Bruxelles CapitalePays
Moyennes mensuellesDépensesMoyennes mensuellesDépensesMoyennes mensuellesDépensesMoyennes mensuellesDépenses
20031 9322 457 068524497 75188 1962 4632 963 014
20043 1273 728 8871 029947 2262829 0114 1844 705 125
20053 1903 476 7691 1641 074 6233635 8264 3904 587 218
20063 0163 405 7831 2561 265 3353433 0784 3064 704 196
20072 8083 153 3851 2461 294 8323341 7394 0874 489 956

Wat de vragen 1 en 3 betreft : zie de bijgaande tabel.

Wat de vraag 2 betreft heeft de Rijksdienst voor sociale zekerheid mij de volgende cijfers meegedeeld (gemiddelde van 20 kwartalen) : aantal individuen : 6 396 waarvan 3 776 voltijdse equivalenten.

Bovendien is het onmogelijk het aantal onthaalouders per gewest te geven.

Immers kunnen de onthaalouders van de Vlaamse Gemeenschap zowel in Vlaanderen als in Brussel opvang verzekeren; waar het precies gebeurt is niet uit de aangifte op te maken.

Hetzelfde geldt ook voor de onthaalouders van de Franse gemeenschap : ze kunnen zowel in Wallonië als in Brussel opvang verzekeren.

In het Brusselse Gewest zijn zowel onthaalouders van de Vlaamse als van de Franse gemeenschap werkzaam.

Voor de opvanguitkeringen kan dit onderscheid wel worden gemaakt : deze uitkeringen worden uitbetaald aan de onthaalouders zelf en op basis van hun adres kan worden opgesplitst in gewesten.

De aangifte bij de RSZ gebeurt door de fictieve werkgevers en hun adres zegt niets over de plaats waar de opvang gebeurt.

ONTHAALOUDERS — OPVANGUITKERINGEN
JaarVlaams GewestWaals GewestBrussels Hoofdstedelijk GewestLand
Maand- gemiddeldenUitgavenMaand- gemiddeldenUitgavenMaand- gemiddeldenUitgavenMaand- gemiddeldenUitgaven
20031 9322 457 068524497 75188 1962 4632 963 014
20043 1273 728 8871 029947 2262829 0114 1844 705 125
20053 1903 476 7691 1641 074 6233635 8264 3904 587 218
20063 0163 405 7831 2561 265 3353433 0784 3064 704 196
20072 8083 153 3851 2461 294 8323341 7394 0874 489 956