SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
7 décembre 2009 7 december 2009
________________
Question écrite n° 4-6258 Schriftelijke vraag nr. 4-6258

de Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

van Anke Van dermeersch (Vlaams Belang)

au secrétaire d'État à l'Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, chargée de l'Intégration sociale

aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________________
Centre public d'action sociale (CPAS) d'Anvers - Bénéficiaires de l'aide sociale originaires de l'étranger - Pression financière - Mesures Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW) Antwerpen - Steuntrekkers afkomstig uit het buitenland - Financiële druk - Maatregelen 
________________
CPAS
migrant
asile politique
ressortissant étranger
statistique officielle
demandeur d'asile
OCMW
migrant
politiek asiel
buitenlandse staatsburger
officiële statistiek
asielzoeker
________ ________
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
9/2/2010Antwoord
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
9/2/2010Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-4412 Réintroduction de : question écrite 4-4412
________ ________
Question n° 4-6258 du 7 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-6258 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Il ressort des statistiques relatives à l'origine des bénéficiaires de l'aide sociale octroyée par le centre public d'action sociale (CPAS) d'Anvers que 67% des personnes qui, en mars 2009, recevaient une aide financière du CPAS anversois – plus d'un tiers des personnes émargeant à ce CPAS – étaient nées à l'étranger. 32,72% des allocataires sont nés en Belgique, 9,16% au Maroc, 7,92% dans un des pays de l'ancienne URSS, 6,49% dans l'ancienne Yougoslavie, 3,12% en Irak, 2,86% en Turquie, 2,29% en Chine, 1,99% au Ghana et 1,77% en Afghanistan.

Nombre de ces allocataires sont des étrangers régularisés, des réfugiés ou des “regroupements familiaux”. Parmi les 7 085 dossiers ayant donné lieu à l'octroi d'une aide financière, on dénombre 760 étrangers ayant obtenu une régularisation définitive, 503 régularisés temporairement, 61 dont la régularisation est encore pendante, 193 qui ont obtenu un statut de séjour médical, 143 qui ont demandé un statut de protection subsidiaire, 791 reconnus comme réfugiés et 620 qui sont venus en Belgique dans le cadre d'un regroupement familial.

Les allocations octroyées à des illégaux dans le cadre de l'intervention pour l'aide médicale urgente ne sont pas incluses dans les chiffres précités. Durant le premier trimestre de 2009, 1 837 illégaux ont bénéficié d'une aide financière pour leurs soins médicaux urgents.

Le nombre des demandes d'aide auprès du CPAS d'Anvers pourrait augmenter fortement au cours des prochains mois et des prochaines années après la décision de l'ancienne ministre de l'Intégration sociale, des Pensions et de la Politique des Grande villes de ne plus octroyer aux illégaux une aide matérielle mais bien à nouveau une aide financière parce que les centres d'asile sont saturés.

Le CPAS d'Anvers doit de plus en plus jouer les CPAS pour le monde entier car les milliers de régularisaions d'étrangers illégaux lui coûtent beaucoup d'argent, ce qui déstabilise ses finances et, partant, celles de la ville.

1. La ministre est-elle consciente de ce problème? Quel est son point de vue à ce sujet?

2. Peut-elle m'indiquer si ce problème se pose également dans d'autres villes et communes? Si c'est le cas, j'aimerais recevoir la liste des villes et communes concernées, avec mention de statistiques concrètes. Si elle ne dispose pas de ces derniers, n'estime-t-elle pas nécessaire de commander une étude sur le sujet?

3. Envisage-t-elle de prendre des mesures pour s'attaquer à ce problème? Si c'est le cas, lesquelles?

 

Uit de statistieken over de herkomst van de Antwerpse Openbaar Centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW)-steuntrekkers blijkt dat 67 % van de personen die in maart 2009 financiële hulp ontving van het Antwerpse OCMW - meer dan een derde van de steuntrekkers van het Antwerpse OCMW - geboren is in het buitenland. 32,72 % van de steuntrekkers is geboren in België, 9,16 % in Marokko, 7,92 % in een van de landen van de voormalige USSR, 6,49 % in voormalig Joegoslavië, 3,12 % in Irak, 2,86 % in Turkije, 2,29 % in China, 1,99 % in Ghana en 1,77 % in Afghanistan.

Veel van deze steuntrekkers zijn geregulariseerde vreemdelingen, vluchtelingen of gezinsherenigers. Bij de 7 085 dossiers waar er financiële hulp werd verleend zijn er 760 vreemdelingen die een definitieve regularisatie verkregen, 503 die een tijdelijke regularisatie verkregen, 61 wiens regularisatie nog hangend is, 193 die een verblijfsstatuut hebben verkregen op basis van medische redenen, 143 die een zogenaamd subsidiair beschermingsstatuut hebben, 791 die werden erkend als vluchteling en 620 die naar België kwamen in het kader van de gezinshereniging.

In bovenvermelde cijfers zijn de toelagen aan illegalen in het kader van de tussenkomst inzake dringende medische zorg niet eens inbegrepen. In het eerste kwartaal van 2009 ontvingen 1 837 illegalen financiële steun voor hun dringende medische zorg.

Het aantal steunaanvragen bij het Antwerpse OCMW zou de komende maanden en jaren bovendien nog wel eens fors kunnen toenemen na de beslissing van de voormalig minister van Maatschappelijke Integratie, Pensioenen en Grote Steden om asielzoekers niet langer materiële, maar opnieuw financiële steun te geven omdat de asielcentra overvol zitten.

Het Antwerpse OCMW moet in toenemende mate OCMW spelen voor gans de wereld doordat de vele duizenden regularisaties van illegale vreemdelingen het Antwerpse OCMW veel geld kosten waardoor de financiën van het OCMW en dus van de Stad verder worden ontwricht.

1. Is de geachte minister zich bewust van deze problematiek en wat is zijn standpunt dienaangaande?

2. Kan hij mij meedelen of deze problematiek zich ook in andere steden en eventueel gemeenten voordoet? Zo ja, kreeg ik graag een concreet overzicht van de steden en gemeenten waar dit het geval is, met vermelding van concrete cijfergegevens. Indien hij hier geen concreet zicht over heeft, vindt hij het dan niet noodzakelijk daar eens een studie over te laten verrichten?

3. Overweegt hij maatregelen te nemen om deze problematiek aan te pakken en zo ja, welke?

 
Réponse reçue le 9 février 2010 : Antwoord ontvangen op 9 februari 2010 :

En réponse à vos questions, je peux vous communiquer les informations suivantes.

1. Je suis bien entendu conscient de la problématique. J'ai personnellement visité le CPAS d'Anvers afin de m'assurer de la situation. Il est trop tôt pour tirer des conclusions concernant la procédure de régularisation. Cela vaut pour toutes les communes.

2. Des statistiques très intéressantes se trouvent sur le site web de mon administration (www.mi-is.be). Vous y trouverez ainsi, par exemple, un tableau de tous les bénéficiaires d'un revenu d'intégration, par commune et par groupe de nationalité (Belges, ressortissants de l'Union européenne et bénéficiaires étrangers à l'Union européenne).

3. Une concertation avec les CPAS des plus grandes villes est prévue afin de chercher ensemble des solutions ciblées.

Je tiens également à souligner que les autorités fédérales peuvent d'ores et déjà intervenir jusqu' à. 100 % dans l'aide octroyée par les CPAS.

In antwoord op uw vragen, kan ik u het volgende meedelen.

1. Uiteraard ben ik mij bewust van de problematiek. Ik heb ook persoonlijk een bezoek gebracht aan het OCMW van Antwerpen om me van de toestand te vergewissen.

Het is te vroeg om conclusies te trekken i.v.m. de regularisatieprocedure. Dat geldt voor alle gemeenten.

2. Op de website van mijn administratie (www.mi-is.be) zijn heel wat interessante statistieken terug te vinden. Zo vindt u daar bijvoorbeeld een tabel van alle leefloonbegunstigden, opgesplitst per gemeente en per nationaliteitsgroep (Belgen, Europese Unie-burgers en begunstigden van buiten de Europese Unie).

3. Er is overleg met de OCMW's van de grootste steden voorzien om samen te zoeken naar gerichte oplossingen.

Ik hou er aan nog even te onderlijnen dat de Federale overheid nu al tot 100 % kan tussenkomen in de door OCMW's veerleende steun.