SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
7 décembre 2009 7 december 2009
________________
Question écrite n° 4-5967 Schriftelijke vraag nr. 4-5967

de Dirk Claes (CD&V)

van Dirk Claes (CD&V)

à la ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Dotations communales aux services d'incendie - Clé de répartition - Conséquences Gemeentelijke brandweerdotaties - Verdeelsleutel - Gevolgen 
________________
lutte anti-incendie
commune
budget local
budget
brandbestrijding
gemeente
gemeentebegroting
begroting
________ ________
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
17/2/2010Antwoord
7/12/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/1/2010)
17/2/2010Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-3706 Réintroduction de : question écrite 4-3706
________ ________
Question n° 4-5967 du 7 décembre 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-5967 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Les futures zones de services d'incendie seront essentiellement financées par des dotations communales et fédérales. Pour définir la répartition des dotations entre les différentes communes, la loi du 15 mai 2007 prévoit qu'en premier lieu, les zones elles-mêmes doivent s'entendre sur une clé de répartition. En cas d'échec, c'est alors le pouvoir fédéral qui fixe une clé de répartition.

Une formule a été élaborée sur la base des cinq critères prévus par la loi. Grâce à cette formule, les conséquences ont été simulées pour les différentes communes. Ces simulations n'ont toutefois pas encore été diffusées. C'est pourtant important, parce que les pré-conseils zonaux peuvent s'en inspirer pour élaborer leur propre clé de répartition.

Dans la formule, les critères “population” et “risques” occupent une place importante. Il importe également de savoir que par “risques”, l'on entend les risques récurrents, à savoir risques se vérifiant couramment. Cela peut toutefois générer quelques surprises. Pour en saisir pleinement la portée, il importe que les différences avec la situation antérieure ne soient pas seulement exprimées en pourcentage, mais que l'on tienne également compte des chiffres absolus. Ainsi, une somme de 20 000 euros peut représenter un montant facile à dégager pour une commune, alors que pour une autre, elle signifie un sérieux trou dans son budget. Il faudra donc en tenir compte lorsqu'on plafonnera à un certain pourcentage l'augmentation annuelle et totale de la dotation communale.

En outre, la dotation fédérale tient compte des risques récurrents, mais ceux-ci se voient attribuer une pondération bien plus élevée. En d'autres termes, les zones caractérisées par des complexes industriels et une forte densité de population recevront une très grande part du gâteau. Reste toutefois à savoir comment combiner cela avec une répartition 50/50 des coûts.

2) La ministre a-t-elle l'intention de diffuser rapidement parmi les pré-conseils zonaux les résultats des simulations des conséquences pour les différentes zones sur la base de la formule relative aux dotations communales ? Quand envisage-t-elle de le faire ?

2) Est-elle prête à introduire des mesures de transition si le choix se porte sur une clé de répartition fédérale ? A-t-elle déjà pris certaines initiatives à cet égard ?

3) Juge-t-elle nécessaire d'étudier l'effet d'une formule exacte pour la répartition fédérale et communale ?

 

De toekomstige brandweerzones zullen voornamelijk gefinancierd worden door gemeentelijke en federale brandweerdotaties. Om de verdeling van de dotaties tussen de verschillende gemeenten te bepalen, voorziet de wet van 15 mei 2007 dat in de eerste plaats de zones zelf tot een verdeelsleutel moeten komen. Lukt dit niet, dan voorziet de federale overheid in een verdeelsleutel.

Op basis van de vijf criteria die in de wet voorzien zijn, is er een formule uitgewerkt. Met behulp van deze formule zijn de gevolgen voor de verschillende zones gesimuleerd. Deze simulaties zijn echter nog niet verspreid geworden. Nochtans is dit belangrijk omdat de pre-zoneraden op basis hiervan aan een eigen verdeelsleutel kunnen werken.

In de formule hebben de criteria bevolking en risico een belangrijke plaats. Belangrijk te weten is wel dat met risico de recurrente risico's worden bedoeld, dat wil zeggen de veel voorkomende risico's. Dat kan echter enkele verrassingen tot gevolg hebben. Om de draagwijdte daarvan ten volle te kunnen vatten, is het belangrijk dat de verschillen met de vroegere toestand niet alleen in percentages wordt uitgedrukt, maar dat men ook met de absolute cijfers rekening houdt. Zo is 20 000 euro voor de ene gemeente een bedrag dat ze gemakkelijk opzij kunnen zetten, terwijl het voor andere gemeenten een meer dan serieuze hap uit hun budget betekent. Men dient hiermee rekening te houden als men de jaarlijkse en totale stijging van de gemeentelijke dotatie wil plafonneren met een bepaald percentage.

Verder maakt ook de federale dotatie gebruik van de recurrente risico's, maar deze krijgen hier een veel grotere wegingsfactor. Dit betekent dat zones met industriële complexen en grote bevolkingsconcentraties een zeer groot deel van de koek zullen krijgen. De vraag is echter hoe dit combineerbaar is met de 50/50-kostenverdeling.

1) Is de geachte minister van plan de resultaten van de simulaties van de gevolgen voor de verschillende zones op basis van de formule voor de gemeentelijke dotaties, snel te verspreiden onder de pre-zoneraden? Wanneer denkt hij dit te doen?

2) Is hij bereid overgangsmaatregelen in te voeren bij een keuze voor een federale verdeelsleutel? Heeft hij hieromtrent reeds bepaalde initiatieven genomen?

3) Acht hij het noodzakelijk te onderzoeken wat het effect is van een exacte formule voor de federale en gemeentelijke verdeling?

 
Réponse reçue le 17 février 2010 : Antwoord ontvangen op 17 februari 2010 :

L’honorable membre trouvera ci-après la réponse à sa question :

J'ai fourni récemment des explications relatives au déroulement de la réforme et à la réorientation de ses priorités. Eu égard aux travaux de la réforme, mais également au contexte budgétaire, je souhaite opter avant tout pour une entrée en vigueur progressive.

Les priorités auront avant tout une incidence sur les investissements dans le matériel, la formation et la prévention.

Au cours de la phase qui suivra, des prézones opérationnelles seront mises sur pied afin de préparer de manière optimale le fonctionnement des zones de secours. La mission de ces prézones consistera dans un premier temps à tester les normes et les moyens, qui constituent le fondement de la réforme, en vue d'en assurer sa concrétisation. Il s'agit notamment de l'analyse des risques, des normes opérationnelles fédérales minimales et des procédures opérationnelles standards. Celles-ci seront ainsi confrontées à la réalité du terrain.

En raison du contexte budgétaire et des raisons susmentionnées, la fixation d'une clé de répartition pour la dotation communale des services d'incendie n'est pas encore à l'ordre du jour actuellement.

En ce qui concerne les dotations, je souhaite néanmoins souligner que la loi vise à faire jouer au maximum l'autonomie locale pour la dotation communale, en accordant la priorité au consensus entre les communes, avec un recours à la formule prévue par la loi uniquement si aucun consensus ne se dégage entre les représentants locaux de la zone.

Il est vrai que des exercices préparatoires et des simulations ont déjà eu lieu afin de pouvoir évaluer correctement les effets des différentes pistes théoriques possibles. Toutefois, eu égard à l'évolution rapide de la situation sur le terrain et au fait que le système des dotations ne sera appliqué que lors de l'entrée en vigueur des zones, ces exercices devront être corrigés dans un avenir proche. Et ce n'est qu'après que des chiffres (simulations) concrets pourront être fournis.

Het geachte lid kan hieronder het antwoord vinden op zijn vraag:

Recent heb ik enige toelichting gegeven bij het verloop van de hervorming en de heroriëntatie van haar prioriteiten. Gelet op de werkzaamheden van de hervorming, maar ook gelet op de budgettaire context, wens ik vooreerst te opteren voor een geleidelijke inwerkingtreding.

De prioriteiten vinden in de eerste plaats hun neerslag in investeringen in materiaal, opleiding en preventie.

In de fase die nu volgt zullen een aantal operationele prezones opgericht worden teneinde de werking van de hulpverleningszones optimaal voor te bereiden. De taak van de prezones zal er in eerste instantie op gericht zijn de normen en middelen, waarop de hervorming berust, te testen en tot uitvoering te brengen. Het gaat met name om de risicoanalyse, de federale minimale operationele normen en de operationele standaardprocedures. Deze moeten met andere woorden de toets aan de werkelijkheid doorstaan.

Omwille van de budgettaire context en omwille van bovenstaande redenen is het vastleggen van een verdeelsleutel voor de gemeentelijke brandweerdotaties heden nog niet aan de orde is.

Met betrekking tot de dotaties wens ik niettemin te benadrukken dat het de bedoeling van de wet is om voor de gemeentelijke dotatie maximaal de lokale autonomie te laten spelen, door voorrang te geven aan de consensus tussen de gemeenten, en de door de wet voorziene formule enkel te gebruiken indien er geen consensus tussen de lokale vertegenwoordigers van de zone mogelijk blijkt.

Het klopt dat reeds enkele voorbereidende oefeningen en simulaties werden gemaakt teneinde de effecten van verschillende mogelijke theoretische pistes correct te kunnen inschatten. Gelet echter op de zich snel evoluerende realiteit van het terrein, en het gegeven dat het dotatiesysteem slechts een aanvang zal nemen bij de inwerkingtreding van de zones, zullen deze oefeningen in de nabije toekomst bijgestuurd te worden. Slechts nadat dit is kunnen gebeuren zullen er concrete cijfers (simulaties) kunnen worden vrijgegeven.