SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2007-2008 Zitting 2007-2008
________________
3 avril 2008 3 april 2008
________________
Question écrite n° 4-547 Schriftelijke vraag nr. 4-547

de Wouter Beke (CD&V N-VA)

van Wouter Beke (CD&V N-VA)

à la vice-première ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________________
Hôpital militaire - Inscription à l’Ordre des médecins - Comité d’éthique Militair hospitaal - Inschrijving Orde van de Geneesheren - Commissie voor ethiek 
________________
déontologie professionnelle
armée
ordre professionnel
établissement hospitalier
soins de santé
droits du malade
médecin
beroepsdeontologie
krijgsmacht
beroepsorde
ziekenhuis
gezondheidsverzorging
rechten van de zieke
dokter
________ ________
3/4/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008)
29/4/2008Antwoord
3/4/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008)
29/4/2008Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 4-357 Réintroduction de : question écrite 4-357
________ ________
Question n° 4-547 du 3 avril 2008 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-547 d.d. 3 april 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L’Ordre des médecins jette un regard très critique sur l’hôpital militaire de Neder-over-Heembeek. Il dénonce en particulier le statut particulier des médecins militaires qui exercent des fonctions médicales à l’hôpital et qui ne sont pas tous inscrits auprès de l’Ordre. L’absence de comité d’éthique pour l’hôpital de Neder-over-Heembeek ajoute encore à l’insatisfaction de l’Ordre des médecins.

Comme l’hôpital militaire relève de la compétence du ministre de la Défense et n’est donc pas soumis à la loi sur les hôpitaux, il échappe à l’obligation d’instaurer un comité d’éthique et un conseil médical.

Quelles actions la ministre envisage-t-elle d’entreprendre concernant la création d’un comité d’éthique et l’inscription à l’Ordre des médecins ? S’efforcera-t-elle d’organiser une concertation avec le ministre de la Défense ?

 

De Orde van Geneesheren stelt het militair hospitaal van Neder-Over-Heembeek in een slecht daglicht. Meer bepaald het aparte statuut van de “militaire” artsen, die daar hun functie als geneesheer uitoefenen en niet allemaal ingeschreven zijn bij de Orde. Ook het gebrek aan een Commissie voor ethiek voor het ziekenhuis van Neder-Over-Heembeek doet het ongenoegen bij de Orde van Geneesheren alleen maar toenemen.

Doordat het militair hospitaal onder de bevoegdheid van Defensie valt, dus niet onder de ziekenhuiswet, ontsnapt zij aan de verplichting om een commissie voor ethiek en een medische raad te hebben.

Welke acties is de geachte minister van plan te nemen, met betrekking tot de oprichting van een Commissie voor ethiek en over de inschrijving bij de Orde van Geneesheren? Overweegt zij aan te sturen op een overleg met de minister van Defensie?

 
Réponse reçue le 29 avril 2008 : Antwoord ontvangen op 29 april 2008 :

La question relève évidemment aussi au premier chef de la compétence du ministre de la Défense et toute modification devra faire l'objet d'une concertation avancée avec mon collègue.

Je n'ai aucun tabou sur cette question mais je suis d'avis que toute modification dans ce domaine doit, d'une part, être motivée par des motifs de santé publique et, d'autre part, veiller au respect des spécificités des forces armées.

C'est pour cette raison que j'ai demandé à mon administration de me transmettre une analyse de différents aspects — d'ordre juridique, budgétaire, et de santé publique — liés cette problématique.

Pour ce qui concerne plus précisément l'inscription au Tableau de l'Ordre, s'il est vrai qu'il ne relève pas pour l'ensemble de leur activité de l'Ordre des médecins, il n'en demeure pas moins qu'ils sont tenus de respecter des règles déontologiques strictes définies par l'hôpital militaire en concertation avec le ministère de la Défense. Ces règles sont basées sur le Code de déontologie médicale de l'Ordre des médecins.

Quant à l'instauration d'un Comité d'éthique, d'une part, en ce qui concerne les aspects liés à la protection du patient, je rappelle que tous les praticiens relevant de l'arrêté royal nº 78 du 10 novembre 1967 relatif à l'exercice des professions des soins de santé, qu'ils soient militaires ou non, sont tenus de respecter la loi du 22 août 2002 relative aux droits du patient. Par ailleurs, je précise qu'en vertu de l'arrêté ministériel du 12 juillet 2007, le financement du Centre des grands brûlés est subordonné au respect des normes qui sont d'application pour les hôpitaux soumis à la loi sur les hôpitaux, et notamment la mise en place d'un Comité d'éthique.

De vraag behoort uiteraard in de eerste plaats ook tot de bevoegdheid van de minister van Defensie en elke wijziging zal het voorwerp moeten zijn van verder overleg met mijn collega.

Ik heb geen enkel taboe inzake deze vraag, maar ik ben van mening dat elke wijziging in dit domein enerzijds moet gemotiveerd zijn door redenen van volksgezondheid en dat men anderzijds moet waken over het respect van de eigenheid van de strijdkrachten.

Om die reden heb ik mijn administratie gevraagd me een analyse te bezorgen van de diverse aspecten — van juridische en budgettaire aard en inzake volksgezondheid — van deze problematiek.

Wat meer bepaald de inschrijving op het Tableau van de Orde betreft, is het juist dat ze niet voor al hun activiteit onder de Orde van geneesheren vallen, maar ze moeten niettemin de strikte deontologische regels respecteren die door het militair hospitaal opgesteld zijn in overleg met de ministerie van Defensie. Deze regels zijn gebaseerd op de Code van geneeskundige plichtenleer van de Orde van geneesheren.

Wat de oprichting van een Ethisch Comité betreft herinner ik er enerzijds aan dat, inzake de aspecten in verband met de bescherming van de patiënt, alle geneesheren die onder het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de geneeskunst vallen, de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënten moeten respecteren, ongeacht of ze militair zijn of niet. Anderzijds preciseer ik dat, krachtens het ministerieel besluit van 12 juli 2007, de financiering van een Brandwondencentrum ondergeschikt is aan het respecteren van de normen die van toepassing zijn voor de ziekenhuizen die onderworpen zijn aan de ziekenhuiswet, onder meer de oprichting van een Ethisch Comité.