SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Session 2008-2009 | Zitting 2008-2009 | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
11 aôut 2009 | 11 augustus 2009 | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Question écrite n° 4-3905 | Schriftelijke vraag nr. 4-3905 | ||||||||
de Christine Defraigne (MR) |
van Christine Defraigne (MR) |
||||||||
au ministre des Affaires étrangères |
aan de minister van Buitenlandse Zaken |
||||||||
________ | ________ | ||||||||
Cour pénale internationale (CPI) - Coopération des pays africains | Internationaal Strafhof Samenwerking van de Afrikaanse landen | ||||||||
________ | ________ | ||||||||
Cour pénale internationale Union africaine Soudan crime de guerre crime contre l'humanité |
Internationaal Strafhof Afrikaanse Unie Soedan oorlogsmisdaad misdaad tegen de menselijkheid |
||||||||
________ | ________ | ||||||||
|
|
||||||||
________ | ________ | ||||||||
Question n° 4-3905 du 11 aôut 2009 : (Question posée en français) | Vraag nr. 4-3905 d.d. 11 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Frans) | ||||||||
Le 2 juillet, à la faveur du treizième sommet de l'Union africaine (UA), une quinzaine de chefs d'Etat ont décidé à Syrte de ne pas coopérer avec la CPI dans le dossier Omar El Béchir. Autrement dit, la Cour pénale internationale ne peut pas compter sur eux pour arrêter le président soudanais, alors que ce dernier est accusé de crimes de guerre et de crimes contre l'humanité. Comment comprendre cette décision puisque ce sont surtout les pays africains qui ont demandé avec insistance la création de cette Cour ? De plus, la signature du statut de Rome oblige les pays à en respecter les clauses, dont l'une a trait, justement, à la coopération en matière de poursuite de criminels de guerre. N'y a-t-il pas alors une violation flagrante de la part de ces pays des obligations imposées par le Traité ? Luis Moreno-Ocampo, procureur de la CPI, a fait appel afin que le chef d'inculpation de génocide soit retenu à l'encontre du président soudanais Omar El Bachir. La chambre d'appel va maintenant devoir trancher dans les mois à venir. Ce nouvel épisode de la procédure devant la CPI ne doit-il pas être une source de motivation supplémentaire pour mettre fin aux agissements du Président soudanais ? |
Op 2 juli, ter gelegenheid van de dertiende top van de Afrikaanse Unie, heeft een vijftiental staatshoofden te Syrte beslist om niet met het Internationaal Strafhof samen te werken in het dossier Omar al-Bashir. Anders gezegd, het Internationaal Strafhof kan niet op hen rekenen om de Soedanese president te arresteren, terwijl die wordt beschuldigd van oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Hoe moet die beslissing worden begrepen, aangezien het vooral Afrikaanse landen waren die met aandrang de oprichting van dat Hof hebben gevraagd? Bovendien verplicht de ondertekening van het Statuut van Rome de landen de clausules ervan te eerbiedigen. Een daarvan heeft juist betrekking op de samenwerking inzake vervolging van oorlogsmisdadigers. Is er dan geen sprake van een flagrante schending door die landen van de door het Verdrag opgelegde verplichtingen? Luis Moreno-Ocampo, procureur van het Internationaal Strafhof, heeft opgeroepen om de beschuldiging van genocide te handhaven ten laste van de Soedanese president Omar al-Bashir. De beroepskamer gaat daarover in de komende maanden een standpunt moeten innemen. Moet deze nieuwe episode in de procedure voor het Internationaal Strafhof geen bijkomende motivering zijn om een einde te maken aan de machinaties van de Soedanese president? |
||||||||
Réponse reçue le 25 septembre 2009 : | Antwoord ontvangen op 25 september 2009 : | ||||||||
Dans sa réponse du 8 juillet dernier à la question orale de madame la députée Lieve Van Daele sur « la résolution de l'Union Africaine concernant l'inculpation du président du Soudan » (n° 14280), le ministre de la Coopération au Développement a une nouvelle fois confirmé la position belge concernant la Cour pénale internationale: « La Belgique soutient totalement le tribunal pénal international, comme il ressortira clairement des forums internationaux et de nos relations bilatérales ». La résolution du treizième Sommet de l’Union Africaine témoigne en effet d’une attitude peu coopérative à l’égard de la Cour pénale internationale dans l’affaire concernant le président soudanais Omar Al-Bashir. Il est partiellement imputable à la manière selon laquelle le dirigeant libyen Kadhafi, l’un des principaux bailleurs de fonds de cette organisation régionale, a conduit la réunion. L’appel libyen à quitter la Cour pénale internationale n’a toutefois pas été suivi. En outre, un certain nombre de pays africains ont pris des distances vis-à-vis de cette position. Un mois plus tôt, à Addis Abeba, durant une réunion des trente pays africains qui ont adhéré au Statut de Rome de la Cour pénale internationale, ce groupe d'États avait adopté une position plutôt positive par rapport à la question de la lutte contre l’impunité et du rôle de la Cour. Dans un contexte plus large, il convient également de relever plusieurs démarches positives entreprises à ce niveau par l’Union africaine au cours des dernières années. Par exemple, en ce qui concerne spécifiquement la situation d’impunité qui prévaut au Darfour, un « Panel de Haut Niveau » a été mis sur pied. Son rapport est attendu dans les prochaines semaines et ses recommandations devraient inspirer la future position de l’Union africaine. Compte tenu du fait que cette thématique fait l’objet d’une discussion intra-africaine, la Belgique, de concert avec les autres partenaires de l’Union européenne, a décidé de s’abstenir de toute déclaration publique concernant cette résolution de l’Union africaine. Toutefois, comme par le passé, la Belgique continuera à soutenir pleinement la Cour pénale internationale, notamment dans les forums internationaux et dans le cadre de nos relations bilatérales. Indépendamment des actions sur lesquelles la Cour pénale internationale se prononce en pleine autonomie, la Belgique continuera à soutenir les initiatives visant à faire émerger une solution politique durable aux violences qui meurtrissent le Darfour, ainsi qu’à appuyer la mise en œuvre totale et pacifique de « l’Accord Global de Paix » sur la question Nord – Sud. |
In zijn antwoord van 8 juli laatstleden op de mondelinge vraag van kamerlid mevrouw Lieve Van Daele betreffende "de resolutie van de Afrikaanse Unie wat betreft de aanklacht tegen de president van Soedan" (nr. 14280), heeft de minister van Ontwikkelingssamenwerking het Belgische standpunt ten aanzien van het Internationaal Strafhof herbevestigd: “België steunt het Internationaal Strafhof volledig, dat zullen we ook duidelijk maken op internationale fora en in onze bilaterale relaties”. De beslissing van de dertiendeTop van de Afrikaanse Unie getuigt inderdaad van een weinig coöperatieve houding ten aanzien van het Internationaal Strafhof in de zaak betreffende de Soedanese president Omar Al-Bashir. Onder meer de manier waarop de Libische leider Kadhafi, één der voornaamste financiers van deze regionale organisatie, de vergadering voorzat, heeft hierbij een belangrijke rol gespeeld. De Libische visie om over te gaan tot terugtrekking uit het Internationaal Strafhof werd echter niet gevolgd. Bovendien hebben een aantal Afrikaanse landen zich van dit standpunt gedistantieerd. Eén maand eerder, tijdens een vergadering in Addis Abeba van de dertig Afrikaanse landen die zich hebben aangesloten bij het Strafhof, stelde deze groep zich veeleer positief op met betrekking tot de strijd tegen de straffeloosheid en de rol van het Internationaal Strafhof. In een ruimere context dient men eveneens oog te hebben voor een aantal positieve stappen die de Afrikaanse Unie in de loop van de voorbije jaren heeft gezet in de strijd tegen de straffeloosheid. Zo werd specifiek met betrekking tot de situatie van straffeloosheid in Darfour een “Panel op Hoog Niveau” opgericht. Het rapport van dit Panel wordt in de loop van de komende weken verwacht en zal adviserend zijn voor de toekomstige houding van de Afrikaanse Unie. Rekening houdende met de intern-Afrikaanse discussie rond dit thema, heeft België samen met de overige EU partners ervoor geopteerd om geen publieke verklaring af te leggen betreffende deze beslissing van de Afrikaanse Unie. Wel zal België, zoals in het verleden, het Internationaal Strafhof volledig blijven steunen, onder meer op internationale fora en in het kader van de bilaterale relaties. Los van de acties waarover het Internationaal Strafhof in volledige autonomie beslist, zal België steun blijven geven aan initiatieven die streven naar het vinden van een duurzame politieke oplossing voor het geweld in Darfour, alsook ter ondersteuning van een vreedzame en volledige implementatie van het “Globaal Vredesakkoord” met betrekking tot de kwestie Noord – Zuid. |