SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
4 février 2009 4 februari 2009
________________
Question écrite n° 4-2915 Schriftelijke vraag nr. 4-2915

de Dirk Claes (CD&V)

van Dirk Claes (CD&V)

au ministre de l'Intérieur

aan de minister van Binnenlandse Zaken
________________
Services de police - Règlement disciplinaire - Réforme Politiediensten - Tuchtreglement - Hervorming 
________________
police
procédure disciplinaire
statut du fonctionnaire
politie
tuchtprocedure
statuut van de ambtenaar
________ ________
4/2/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 5/3/2009)
13/3/2009Antwoord
4/2/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 5/3/2009)
13/3/2009Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 4-689 Requalification de : demande d'explications 4-689
________ ________
Question n° 4-2915 du 4 février 2009 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-2915 d.d. 4 februari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Durant la séance plénière du 4 décembre 2008, j'ai adressé au prédécesseur du ministre la demande d'explications n° 4-579 (Annales, n° 4-51, p. 86) sur l'état d'avancement de l'éventuelle réforme du règlement disciplinaire des services de polices. Il est en effet tout à fait indispensable d'adapter celui-ci. De nombreux bourgmestres estiment que la procédure disciplinaire est trop fastidieuse et dès lors quasiment inapplicable. Pour lancer la procédure disciplinaire, il faut en outre disposer de compétences (techniques) spécifiques.

La mise en œuvre d'une telle réforme passe nécessairement par une analyse approfondie du règlement et de la procédure actuels. Le ministre précédent en était conscient mais n'avait pas encore entamé les travaux à ce sujet. Cette analyse permettra ensuite de procéder à une réforme en accord avec quelques partenaires, comme, par exemple, la Justice.

Je souhaiterais poser les questions suivantes :

1) Le ministre est-il convaincu de l'importance d'une réforme du règlement disciplinaire de la police ?

2) Sait-il qu'une telle réforme nécessite au préalable une analyse approfondie ? Les travaux en vue de la réalisation de cette analyse ont-ils commencé ?

3) Quelle forme une adaptation éventuelle du règlement disciplinaire revêtira-t-elle ? Quelles sont, selon le ministre, les orientations possibles ?

4) Quand la réforme pourra-t-elle être lancée ? Quel calendrier le ministre envisage-t-il ?

5) Qui consultera-t-il pour élaborer la réforme la plus appropriée possible ?

 

Tijdens de plenaire vergadering van 4 december 2008 stelde ik aan de voorganger van de geachte minister de vraag om uitleg nr. 4-579 (Handelingen nr. 4-51, blz. 86) over de stand van zaken van de mogelijke hervorming van het tuchtreglement van de politiediensten. Er bestaat immers een grote nood aan een aanpassing ervan. Volgens veel burgemeesters is de tuchtprocedure te omslachtig en te ingewikkeld waardoor ze in de praktijk quasi onwerkbaar is. Het inzetten van de tuchtprocedure vereist verder ook een specifieke (technische) deskundigheid.

Om een degelijke hervorming door te voeren, is het noodzakelijk dat er eerst een grondige analyse komt van het huidige reglement en van de huidige procedure. De voormalige bevoegde minister zag het belang daarvan in, maar had de werkzaamheden hieromtrent nog niet opgestart. Op basis van deze analyse kan men dan nadien in samenspraak met enkele partners, zoals bij voorbeeld Justitie, tot een hervorming komen.

Hieromtrent had ik graag de volgende vragen gesteld :

1) Is de geachte minister overtuigd van het belang van een hervorming van het tuchtreglement voor de politie ?

2) Is hij op de hoogte dat hiervoor eerst een diepgaande analyse noodzakelijk is ? Zijn de werkzaamheden voor het uitvoeren van deze analyse reeds opgestart ?

3) Hoe zal een eventuele aanpassing van het tuchtreglement eruit zien ? In welke richting ziet hij mogelijkheden ?

4) Wanneer zal er gestart kunnen worden met de hervorming ? Welke planning heeft hij daarbij in zijn hoofd ?

5) Wie zal hij consulteren om tot een zo optimaal mogelijke hervorming te komen ?

 
Réponse reçue le 13 mars 2009 : Antwoord ontvangen op 13 maart 2009 :

En réponse à sa question, je peux communiquer à l’honorable membre ce qui suit :

Il n’aura pas échappé à l’honorable membre que le Conseil fédéral de police mène en ce moment une évaluation et une analyse relatives aux “10 ans de réforme des polices”. À cet égard, divers éléments entrent en ligne de compte, parmi lesquels le statut disciplinaire actuel.

Aussi bien la Commission permanente de la police locale (CPPL) que la Police fédérale et les représentants des Villes et Communes Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten – Union des Villes et des Communes de Wallonie – Association de la Ville et des Communes de la Région Bruxelles-Capitale (VVSG – UVCW – AVCB) estiment nécessaire une révision du statut disciplinaire, surtout au vu de la charge administrative engendrée par une procédure disciplinaire.

C’est pourquoi j’ai demandé au Conseil fédéral de police de pouvoir disposer de leurs conclusions générales en mars 2009. Comme il a déjà été annoncé, ce rapport sera ensuite soumis au Parlement.

Lorsque le débat parlementaire aura permis de conclure qu’une réforme du statut disciplinaire est indiquée, je consentirai des efforts en ce sens. Les pistes proposées pourront alors être prises en considération.

In antwoord op zijn vraag kan ik het geachte lid het volgende meedelen:

Het zal het geachte lid niet ontgaan zijn dat de Federale Politieraad momenteel een evaluatie en analyse uitvoert inzake “10 jaar politiehervorming”. Diverse items komen hier aan bod, waaronder het huidige tuchtstatuut.

Zowel de Vaste Commissie van de lokale politie (VCLP) als de federale politie en de vertegenwoordigers van de Steden en Gemeenten Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten – Union des Villes et des Communes de Wallonie – Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (VVSG – UVCW – VSGB) vinden een herziening van het tuchtstatuut noodzakelijk, vooral gelet op de administratieve last die een tuchtprocedure met zich meebrengt.

Ik heb daarom de Federale Politieraad verzocht om in maart 2009 over hun algemene conclusies te kunnen beschikken. Zoals reeds aangekondigd zal dit verslag vervolgens worden voorgelegd aan het Parlement.

Wanneer uit het parlementair debat wordt geconcludeerd dat een hervorming van het tuchstatuut aangewezen is, zal ik mij hiervoor inspannen. De voorgestelde pistes kunnen dan in overweging worden genomen.