Regelmatig duiken er in de media meldingen op van de vondst van een ongeïdentificeerd lijk of soms ook van delen van lichamen.

Ook tijdens een hittegolf of tijdens een uiterst strenge winter moet men soms overgaan tot begraven zonder identificatie of afscheid.

Nochtans is het voor een maatschappij uiterst belangrijk dat iedere overledene geïdentificeerd wordt en op een menswaardige manier wordt begraven.

Identificatie is prioritair zodat de familie van de overledene op de hoogte zou kunnen gebracht worden.

1. Hoeveel niet geïdentificeerde lichamen of lichaamsdelen zijn er momenteel gekend bij politie en parket? Graag uitgesplitst per gerechtelijk arrondissement, vermoedelijke leeftijd en geslacht.

2. Hoeveel lichamen heeft men de laatste vijf jaar kunnen identificeren? Graag uitgesplitst per gerechtelijk arrondissement.

3. Hoeveel personen zijn er momenteel als vermist opgegeven? Graag uitgesplitst per gerechtelijk arrondissement, leeftijd en geslacht.

4. Hoeveel dossiers van vermiste personen zijn er de voorbije vijf jaar opgelost? Graag uitgesplitst per gerechtelijk arrondissement.

U gelieve hierna het antwoord op uw vraag met betrekking tot vermiste personen en ongeïdentificeerde lijken te willen vinden. De diverse elementen van antwoord werden verstrekt door de federale politie. De meest recente data hebben betrekking op het jaar 2006.

1. Onrustwekkende vermissingen

In 2006 werden er door de cel Vermiste Personen van de federale politie 1 172 dossiers geopend, waarvan 1 131 voor vermissingen, 26 zogenaamde cold cases (vroegere vermissingen waarvoor in 2006 een nieuw dossier werd geopend) en 15 parentale ontvoeringen.

Er werden, in 2006, 1 034 personen teruggevonden, waarvan 937 levend en 117 dood. Dit betekent dat 90 % van de 1 172 dossiers kon worden gesloten.

Speurders van de federale politie zoeken nog naar 118 personen die in 2006 verdwenen en die tot op de dag waarop deze analyse werd gemaakt spoorloos bleven. De ervaring leert dat, naarmate de tijd verstrekt, een aanzienlijk deel van deze personen nog kan worden ontseind. Enerzijds omdat sommigen van hen alsnog opduiken, anderzijds omdat ze in een aantal gevallen als (niet-geïdentificeerd) stoffelijk overschot worden aangetroffen.

2. Leeftijd van de vermisten

Van de 1 172 vermiste personen in 2006 zijn er 790 meerderjarig en 382 minderjarig. De grootste groep vermisten (203) situeert zich, zoals de voorgaande jaren, in de leeftijdscategorie van 13 tot 18 jaar. Het betreft vooral dossiers van weglopers, maar met een onrustwekkend karakter.

3. Redenen van overlijden van de vermisten

In 117 van de 1 172 dossiers is de vermiste persoon omgekomen tijdens zijn of haar verdwijning. De oorzaken van het overlijden zijn zelfmoord (79), moord (7), natuurlijk overlijden (11), ongevallen (17) of een verdacht overlijden (3).

4. Identificatie van stoffelijke resten

In 2006 werd een beroep gedaan op de cel Vermiste Personen voor 79 lichamen, lichaamsdelen of voorwerpen die in België werden aangetroffen en die niet konden worden geïdentificeerd. De doelstelling van de cel Vermiste Personen is de identiteit van de stoffelijke resten te bepalen zodat familieleden zekerheid krijgen over het lot van hun dierbare en er waardig afscheid kan worden genomen.

In de meeste gevallen kunnen stoffelijke resten vrij snel worden geïdentificeerd. De leden van de cel Vermiste Personen werken daarbij samen met verschillende partners zoals het Disaster Victim Identification Team (DVI) van de federale politie, wetsdokters en andere deskundigen.

In 59 van de 79 betrokken dossiers is er een identificatie gebeurd; op het ogenblik van de analyse van de dossiers van 2006 stonden nog 20 dossiers met betrekking tot niet-geïdentificeerde stoffelijke resten of voorwerpen open. In de cijfers voor het jaar 2006 werden ook cijfers opgenomen van amnesiepatiënten. Deze personen werden gevonden zonder identiteitsdocumenten, kunnen niet zeggen wie ze zijn (door geheugenverlies of omdat ze te jong zijn), en werden nog niet als vermist opgegeven.

5. Buitenland

Met betrekking tot de identificatie van stoffelijke resten heeft de cel Vermiste Personen in 2006 143 vragen van buitenlandse autoriteiten of diensten ontvangen. Het betreft lichamen die buiten België werden aangetroffen en waarbij aan de cel wordt gevraagd om de Belgische documentatie met betrekking tot vermiste personen na te kijken.

De leden van de cel Vermiste Personen werken nauw samen met verschillende buitenlandse diensten en zetelen als expert in een werkgroep van Interpol. Deze werkgroep behandelt onder meer de oprichting van een databank voor vermiste personen op Europees niveau. De toename van het aantal vragen van buitenlandse instanties (143 in 2006 tegenover 54 in 2005) is het resultaat van deze nauwe samenwerking.

6. Samenwerking

De politiemensen van de cel Vermiste Personen hebben in 2006 937 personen levend teruggevonden. Door een intense samenwerking met een groot aantal diensten en organisaties werden vele families verlost van de onzekerheid over het lot van een naaste. De samenwerking met de lokale politiezones, de federale gerechtelijke politie in de arrondissementen en met de magistratuur is sterk verbeterd, onder meer dankzij de organisatie van informatiesessies over de aanpak van verdwijningen.

Tabel 1 : Aantal dossiers geopend/afgesloten

Tabel 2 : Aantal teruggevonden personen levend/overleden

Tabel 3 : Aantal vermisten in 2006 per leeftijdsgroep

Tabel 4 : Aantal geïdentificeerde stoffelijke resten in 2006