SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2007-2008 Zitting 2007-2008
________________
3 juin 2008 3 juni 2008
________________
Question écrite n° 4-1011 Schriftelijke vraag nr. 4-1011

de Marleen Temmerman (sp.a+Vl.Pro)

van Marleen Temmerman (sp.a+Vl.Pro)

au ministre de la Coopération au développement

aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking
________________
Alliance mondiale pour les vaccins et la vaccination (GAVI) - Aide financière GAVI (Global Alliance for Vaccines and Immunisation) - Financiële steun 
________________
aide financière
vaccin
vaccination
éducation sanitaire
politique de la santé
mortalité infantile
aide au développement
aide bilatérale
soins de santé
financiële hulp
vaccin
vaccinatie
hygiëneonderwijs
gezondheidsbeleid
kindersterfte
ontwikkelingshulp
bilaterale hulp
gezondheidsverzorging
________ ________
3/6/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 3/7/2008)
3/7/2008Antwoord
3/6/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 3/7/2008)
3/7/2008Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 4-310 Requalification de : demande d'explications 4-310
________ ________
Question n° 4-1011 du 3 juin 2008 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-1011 d.d. 3 juni 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

L’Alliance mondiale pour les vaccins et la vaccination (GAVI) est un partenaire privé-public mondial en matière de santé. Elle a été créée en 2000. L’organisation s’emploie à réduire la mortalité infantile et à protéger la santé dans le monde par le biais de la promotion et de la distribution de vaccins. Elle est actuellement soutenue par quinze gouvernements (États-Unis, Royaume-Uni, France, Pays-Bas, Luxembourg, etc.) et la Commission européenne.

En novembre 2006, le prédécesseur du ministre avait déjà promis de réserver une contribution financière dans la coopération belge pour l’Alliance GAVI. Dans sa note de politique générale, il a écrit à propos des objectifs du Millénaire 4 et 5 : « Indépendamment de la poursuite de ses programmes traditionnels dans ces domaines, le Gouvernement étudie une possible contribution financière à des initiatives innovantes en la matière, telle le programme de la Global Alliance for Vaccination and Immunisation (GAVI). »

Malheureusement, ce sont des paroles creuses. Même après la réponse à une question posée à la Chambre, où le ministre concerné a de nouveau confirmé le soutien financier, le subside en faveur de l’Alliance GAVI se fait attendre.

En octobre 2007, il était dit dans le rapport d’avancement des objectifs du Millénaire du gouvernement en affaires courantes qu’une contribution était consacrée à la réduction de la mortalité infantile par le renforcement des systèmes globaux de santé. Mais il n’y a encore aucune action ciblée sur la lutte contre la mortalité infantile dans les pays en développement, malgré l’impérieux besoin d’aide.

Dans la note de politique générale, le ministre souligne également l’importance des objectifs du Millénaire. En outre, il consacre un chapitre entier aux droits de l’enfant. À l’article 24 de la Convention des droits de l’enfant, le droit aux soins de santé est défini comme suit : le droit de jouir du meilleur état de santé possible et le droit d’accès aux infrastructures de santé et médicales, avec un accent particulier sur les soins de santé primaires et les soins de santé préventifs, l’information sur la santé, l’éducation à la santé et la réduction de la mortalité infantile. La lutte contre la mortalité infantile devrait donc faire l’objet d’une attention spéciale dans la politique du ministre, en particulier la prévention des maladies à l’aide de vaccins.

Il convient donc maintenant de libérer les moyens nécessaires à cet effet, en respectant par exemple la promesse de subsides pour l’Alliance GAVI.

Celle-ci dispose, avec les vaccins, d’un moyen simple et peu onéreux de protéger des enfants, pendant toute leur vie, contre des maladies mortelles. En outre, il est prouvé que la vaccination est, dans le domaine de la santé, une des interventions présentant le meilleur rapport coût-efficacité. Si chaque donneur occidental procédait séparément à l’achat et à la distribution de vaccins dans un cadre bilatéral, le système serait complexe et inefficace car les coûts seraient plus élevés. En l’occurrence, le canal multilatéral est beaucoup plus approprié, et l’Alliance GAVI fait pression sur les prix en combinant des négociations avec l’industrie pharmaceutique et des achats en grandes quantités. De plus, l’Alliance GAVI contribue simultanément au système global de santé en fournissant des vaccins et en oeuvrant, avec les pays en développement, au renforcement du système sous-jacent afin d’atteindre le maximum d’enfants.

Le ministre a déjà fait part de son intention de discuter avec l’Alliance GAVI. J’aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes :

Dans la note de politique générale du ministre, je vois peu d’actions concrètes concernant l’amélioration des soins de santés et encore moins concernant la distribution de médicaments, comme des vaccins. Le ministre est-il néanmoins disposé à intégrer ces domaines importants dans sa politique ? Comment s’y prendra-t-il concrètement ?

Peut-il donner des explications sur les moyens qu’il avait promis, l’année dernière, de réserver dans la coopération belge pour l’Alliance GAVI ? Compte-t-il tenir ses promesses et apporter un soutien financier à l’Alliance GAVI ?

Quel est le montant des moyens qui seront libérés ?

 

Global Alliance for Vaccines and Immunisation (GAVI) is een publiek-private mondiale gezondheidspartner die in 2000 werd opgericht. De organisatie zet zich in voor het verminderen van de kindersterfte en voor de bescherming van de gezondheid in de wereld via promotie en verspreiding van vaccins. Op dit moment wordt GAVI gesteund door vijftien regeringen (Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Nederland, Luxemburg, enz.) en de Europese Commissie.

Reeds in november 2006 beloofde de voorganger van de geachte minister om een financiële bijdrage uit te trekken vanuit de Belgische samenwerking voor GAVI. In zijn beleidsnota schreef hij met betrekking tot Millenniumdoelstelling 4 en 5: “Onafhankelijk van de voortzetting van haar traditionele programma’s in deze domeinen, bestudeert de regering een mogelijke financiële bijdrage voor vernieuwende initiatieven in deze materie, zoals het programma van de Global Alliance for Vaccinisation and Immunisation (GAVI).”

Jammer genoeg bleken dit holle woorden. Zelfs na het antwoord op een vraag in de Kamer, waarin de betrokken minister de steun opnieuw bevestigde, bleef subsidiëring voor GAVI uit.

In oktober 2007 stond in het vooruitgangsverslag omtrent de Millenniumdoelstellingen van de regering van lopende zaken dat een bijdrage wordt geleverd aan het terugdringen van kindersterfte door het versterken van de algemene gezondheidssystemen. Er is echter nog steeds geen gerichte actie om kindersterfte in ontwikkelingslanden tegen te gaan, ondanks de hoge noodzaak aan hulp.

Ook in de beleidsnota onderstreept de geachte minister het belang van de Millenniumdoelstellingen. Bovendien besteedt hij een volledig hoofdstuk aan kinderrechten. In artikel 24 van het Verdrag van de rechten van het kind wordt het recht op gezondheidszorg gedefinieerd als: “het recht op de hoogste graad van gezondheid en het recht op toegang tot gezondheidszorg en medische voorzieningen met bijzondere nadruk op een eerstelijnsgezondheidszorg en preventieve gezondheidszorg, op gezondheidsvoorlichting en -educatie en op de vermindering van de kindersterfte.” Het bestrijden van kindersterfte zou dus eveneens bijzondere aandacht moeten krijgen in zijn beleid, in het bijzonder de preventie van ziekte met behulp van vaccins.

Het komt er nu op aan daar ook de nodige middelen voor vrij te maken. Dit kan door opnieuw de subsidiebelofte voor GAVI ter harte te nemen.

GAVI heeft met de vaccins een simpel en goedkoop middel in handen om kinderen levenslang tegen dodelijke ziektes te beschermen. Bovendien is bewezen dat vaccinatie een van de meest kosten-effectieve interventies op het gebied van gezondheid is. Het is omslachtig en inefficiënt als elke westerse donor afzonderlijk de inkoop en distributie van vaccins bilateraal gaat regelen want dit zal zorgen voor een hogere kostprijs. Het multilaterale kanaal is hiervoor veel beter geschikt en GAVI drukt de prijzen door een combinatie van onderhandelingen met de farmaceutische industrie en aankopen in grote hoeveelheden. Bovendien levert GAVI tegelijkertijd een bijdrage aan het algemene gezondheidssysteem door naast het leveren van vaccins met ontwikkelingslanden samen te werken aan het versterken van het onderliggende system om zoveel mogelijk kinderen te bereiken.

De geachte minister heeft al aangekondigd te willen praten met GAVI. Graag had ik van alvast een antwoord gekregen op volgende vragen:

In de beleidsnota van de geachte minister lees ik weinig concrete acties in verband met het verbeteren van de gezondheidszorg en nog minder met betrekking tot de verspreiding van medicatie, zoals vaccins. Is hij toch bereid deze belangrijke domeinen in zijn beleid aan bod te laten komen? Hoe zal hij dit concreet aanpakken?

Kan hij toelichting geven bij de vorig jaar beloofde middelen vanuit de Belgische ontwikkelingssamenwerking voor GAVI? Zal hij deze beloftes waarmaken en GAVI financieel ondersteunen?

Hoeveel middelen zullen worden uitgetrokken?

 
Réponse reçue le 3 juillet 2008 : Antwoord ontvangen op 3 juli 2008 :

Trois des huit objectifs du millénaire auxquels la Belgique a souscrit sont orientés vers les soins de santé, faisant de facto de ce dernier secteur une des priorités de la coopération belge.

L'évaluation de l'assistance belge au secteur de la santé a démontré que, par notre approche locale dans les districts sanitaires, notre contribution visant à rendre les soins de santé primaires accessibles à l'ensemble de la population était de qualité. Pour viser une amélioration durable, il est toutefois indiqué, outre l'approche locale par projet, d'offrir également un appui structurel à la politique nationale de santé et aux systèmes de santé. C'est pourquoi, à l'avenir, les projets « santé » seront axés en premier lieu sur une amélioration structurelle et durable de la qualité des systèmes de santé, et particulièrement des soins dans le cadre de la santé reproductive. Cela signifie : assurer une bonne éducation et formation du personnel, contribuer à la prévention en matière de santé au moyen de campagnes de vaccination, d'éducation sexuelle des jeunes, etc. La Note stratégique Santé de 2002 fait en ce moment-même l'objet d'une réactualisation qui devra tenir compte de ces nouveaux défis.

Les interventions bilatérales de la coopération belge dans le secteur de la santé sont nombreuses. Les campagnes de vaccination ne sont pas oubliées. Je citerai deux projets à titre d'exemple : l'appui financier apporté au SIS (Système intégral de santé), créé par le ministère de la Santé péruvien, qui finance les soins préventifs, en ce compris les vaccinations, et curatifs en faveur des populations les plus démunies et l'appui apporté au Programme national intégré de lutte contre le paludisme du Rwanda qui a permis la distribution de 1,4 million de moustiquaires durables imprégnées d'insecticide aux enfants du Rwanda au cours d'une semaine de campagne de vaccination contre la rougeole.

La santé est et reste un des piliers de la coopération belge. Les commissions mixtes qui se sont tenues en ce début d'année avec quatre de nos pays partenaires illustrent l'importance du secteur de la santé dans la coopération belge. Sur les quatre programmes indicatifs de coopération décidés, trois ont retenu la santé comme secteur prioritaire.

En ce qui concerne GAVI, comme signalé précédemment, une réflexion sur une possible collaboration entre la Belgique et l'Alliance mondiale pour les vaccins et l'immunisation a été initiée. Cette réflexion doit toutefois être menée en gardant à l'esprit la logique de concentration qui, dans le but d'éviter une dispersion du budget disponible, préconise une contribution plus significative à un nombre plus restreint d'institutions partenaires. La multiplication actuelle des fonds verticaux peut aller à rencontre de cette tendance. Chaque proposition doit cependant être vue sur base de ses mérites propres.

Vous comprendrez que, vu la réflexion en cours, votre dernière question est prématurée.

Van de acht Millenniumdoelstellingen die België heeft onderschreven, hebben er drie betrekking op de gezondheidszorg. Daarom alleen al is deze sector een van de prioriteitsgebieden van de Belgische samenwerking.

Uit de evaluatie van de Belgische hulp voor de gezondheidssector blijkt dat door de lokale aanpak in de gezondheidsdistricten, onze bijdrage die erin bestaat de primaire gezondheidszorg toegankelijk te maken voor de hele bevolking, kwaliteitsvol is. Met het oog op een duurzame verbetering dient, buiten de lokale projectmatige benadering, ook een structurele ondersteuning van het nationale gezondheidsbeleid en de gezondheidszorg, te worden verzekerd. Voortaan zullen « gezondheidsprojecten » dan ook in de eerste plaats een structurele en duurzame kwaliteitsverbetering van de gezondheidszorg tot doel hebben, met name de zorg die gericht is op de reproductieve gezondheid. Dit behelst een degelijke opleiding van het personeel, een bijdrage leveren aan de preventieve gezondheidszorg via vaccinatiecampagnes, seksuele opvoeding van jongeren, enz. In de strategienota Gezondheidszorg van 2002 die thans wordt bijgewerkt, zal aandacht worden besteed aan deze nieuwe uitdagingen.

De Belgische samenwerking levert tal van bilaterale interventies in de gezondheidssector en er worden ook vaccinatiecampagnes gehouden. Bij wijze van voorbeeld, haal ik twee projecten aan : financiële steun voor het SIS (Sistema Integral de Salud — Integrale gezondheidszorg), die het Peruaanse ministerie van Gezondheid heeft opgezet. Dankzij dit systeem hebben de minstbegoeden toegang tot preventieve en curatieve gezondheidszorg, met inbegrip van vaccinaties. Daarnaast werd steun verleend aan het Nationaal Geïntegreerd Programma ter bestrijding van malaria van Rwanda. Hierdoor konden 1,4 miljoen duurzame geïmpregneerde muskietennetten worden uitgedeeld aan de kinderen in Rwanda die zich tijdens een campagne week tegen mazelen lieten inenten.

Gezondheid is en blijft één van de pijlers van de Belgische Samenwerking. De gemengde commissies die begin dit jaar plaatshadden met vier partnerlanden tonen aan dat de gezondheidssector een belangrijke plaats inneemt in de Belgische Samenwerking. In drie van de vier vastgelegde indicatieve samenwerkingsprogramma's werd gezondheid aangemerkt als prioriteitssector.

Zoals gezegd werd een studie aangevat over een mogelijke samenwerking tussen België en « the Global Alliance for Vaccines and Immunisation » (GAVI). Bij deze studie mag de concentratielogica evenwel niet uit het oog worden verloren. Volgens deze logica moet een grotere bijdrage worden verstrekt aan een kleiner aantal partnerorganisaties, teneinde een versnippering te voorkomen van het beschikbare budget. Omdat het aantal verticale fondsen momenteel alsmaar toeneemt, zou hieraan kunnen worden voorbijgegaan. Het is evenwel zaak elk voorstel op zijn eigen verdiensten te beoordelen.

Aangezien deze studie momenteel wordt uitgevoerd, zult u begrijpen dat ik uw laatste vraag nu nog niet kan beantwoorden.