BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2011-2012
________
7 juni 2012
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-6429

de Peter Van Rompuy (CD&V)

aan de vice-eersteminister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee
________
De verbreking van telecomcontracten
________
verbreken van een contract
mobiele telefoon
concurrentiebeperking
bescherming van de consument
mobiele communicatie
________
7/6/2012Verzending vraag
3/1/2013Dossier gesloten
________
Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2167
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-6429 d.d. 7 juni 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Overdreven hoge verbrekingsvergoedingen in contracten voor mobiele telefonie zorgen ervoor dat de normale marktwerking wordt verstoord. Ze zorgen er ook voor dat abonnees die het financieel moeilijk hebben worden geconfronteerd met een aanzienlijke contractuele schadeclaim vanwege de operator. Bovendien stelt de Ombudsdienst Telecommunicatie vast dat de informatie die wordt verstrekt via de telefonische bijstandsdiensten van verschillende telefonieoperatoren vaak te wensen overlaat. De klachten die de Ombudsdienst Telecommunicatie specifiek mocht ontvangen met betrekking tot de verbrekingsvergoedingen zijn talrijk en soms schrijnend. Het betreft een structureel probleem binnen de telecomsector dat vaak een grote impact heeft op de persoonlijke situatie van de consument.

Richtlijn 2009/136/EG van het Europees parlement en de Raad van 25 november 2009 (onderdeel van het zogenaamde Telecompakket) voorziet in een wijziging van artikel 30 van Richtlijn 20002/22/EG, de Universeledienstrichtlijn. Punt 6. van dat nieuwe artikel 30 bepaalt het volgende: " 6. Onverminderd de mogelijkheid van een minimumcontractduur zien de lidstaten erop toe dat de voorwaarden en procedures voor contractbeëindiging de verandering van dienstaanbieder niet ontmoedigen. "

Ik stelde reeds enkele vragen aan uw voorganger over de verbreking van telecomcontracten. Ook diende ik een wetsvoorstel in om de verbrekingsvergoeding te beperken tot 10% van het verschuldigde abonnementsgeld voor de nog resterende duur van het contract met een absoluut maximum van 15 euro.

De Commissie Financiën en Economische aangelegenheden van de Senaat besteedde al enkele vergaderingen aan telecom-aangelegenheden, waaronder de verbrekingsvergoeding. Hier werd gesteld dat de meeste van deze parlementaire initiatieven opgenomen werden in het ontwerp tot omzetting van het Telecompakket. Dit is het antwoord dat we echter al sinds juni vorig jaar, bij de indiening van mijn voorstel, mogen aanhoren. Maar ondertussen werd nog altijd geen wetsontwerp ingediend.

Om deze redenen had ik van de geachte minister graag een antwoord gekregen op de volgende vragen:

Wanneer mag het parlement nu eindelijk het wetsontwerp inzake de omzetting van het Telecompakket verwachten?

Wat zijn de krachtlijnen van dit ontwerp, specifiek voor wat betreft de verbreking van een telecomcontract en de eventueel verschuldigde verbrekingsvergoeding?

Wat is de mening van de minister met betrekking tot het voorliggende wetsvoorstel en de beperking van de verbrekingsvergoeding?