BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2010-2011
________
1 april 2011
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-1972

de Martine Taelman (Open Vld)

aan de staatssecretaris voor Sociale Zaken, belast met Personen met een handicap, toegevoegd aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie
________
Buitenlandse reizen - Aantallen - Doelstellingen en resultaten - Kostprijs
________
reis
minister
voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie
officieel bezoek
________
1/4/2011Verzending vraag
19/8/2011Antwoord
________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1953
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1954
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1955
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1956
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1957
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1958
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1959
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1960
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1961
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1962
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1963
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1964
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1965
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1966
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1967
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1968
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1969
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1970
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1971
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1973
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-1972 d.d. 1 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ook een regering van lopende zaken heeft de verantwoordelijkheid om de Belgische belangen ten opzichte van het buitenland te behartigen. Vaak is het hiervoor noodzakelijk dat een minister of staatssecretaris zelf naar het buitenland gaat om deze zaken persoonlijk te bespreken. Onder andere in het kader van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie in de tweede helft van 2010 waren verschillende buitenlandse reizen noodzakelijk. Om de parlementaire controle echter maximaal te kunnen uitoefenen is het noodzakelijk te kunnen nagaan waarheen deze buitenlandse reizen gingen en tot welke resultaten ze geleid hebben.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Welke buitenlandse reizen heeft u gemaakt van 13 juni 2010 tot 31 december 2010? Welke reizen kaderden binnen het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie?

2) Welke reizen heeft u gemaakt sedert 1 januari 2011?

3) Wat was de doelstelling van deze reizen? Werd dit doel bereikt? Graag kreeg ik deze informatie uitgesplitst per reis.

4) Wie was bij deze reizen aanwezig en waarom? Graag kreeg ik deze informatie uitgesplitst per reis.

5) Wat was de kostprijs van deze reizen? Graag kreeg ik deze informatie uitgesplitst per reis.

Antwoord ontvangen op 19 augustus 2011 :

1. Internationale HIV/AIDS (Acquired immune deficiency syndrome)-conferentie “Rights here, right now” in Wenen van 18 tot 23 juli 2010.

1.1.

De heer Jean-Marc Delizée, Staatssecretaris voor Sociale Zaken. De heer Olivier Belle, diplomatiek raadgever van Vice-Eerste Minister Onkelinx.

De heer Delizée verving Minister Onkelinx, die andere verplichtingen had in België. Hij nam aan het debat deel in het kader van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie(EU).

1.2. Doel van de reis

Context

Het betrof de 18de editie van de tweejaarlijkse HIV/AIDS-conferentie, een belangrijke internationale ontmoeting waarbij de balans van de strijd tegen aids wordt opgemaakt. 197 landen namen aan de conferentie deel (circa 25 000 wetenschappers, activisten, ambtenaren, enz.). De Europese Unie speelt hierbij een grote rol. Het voorzitterschap van de Raad van de EU moet er op politiek niveau worden vertegenwoordigd.

Op 8 juli 2010 keurde het Europees Parlement met het oog op deze conferentie een resolutie goed waarin de Commissie en de Raad werden verzocht zich aan hun beloften te houden en meer inspanningen te leveren om het probleem van HIV/AIDS als een prioriteit inzake wereldvolksgezondheid te behandelen en de rechten van de mens op de voorgrond te plaatsen bij preventie alsook bij de behandeling, de geneeskundige verzorging en de ondersteuning bij HIV- en aidspatiënten, ook in het kader van de ontwikkelingssamenwerking van de Europese Unie.

Bijdrage

Staatssecretaris Jean-Marc Delizée trad op als vertegenwoordiger van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie. In zijn uiteenzetting benadrukte hij het belang van verdere samenwerking, zowel op nationaal als op internationaal niveau. Hij bevestigde dat de Raad van de Ministers van Gezondheid van de Europese Unie zich voorneemt een hoofdrol te blijven spelen in de strijd tegen deze ziekte. Meer in het bijzonder verwees hij naar preventie en opsporing en de noodzaak om te strijden tegen het stigmatiserende aspect van de ziekte. Daarnaast benadrukte hij nogmaals dat slachtoffers toegang moeten hebben tot behandelingen.

1.3.

Het doel werd bereikt. Mede door de interventie van Staatssecretaris Delizée, die in naam van de Europese Unie sprak, werd de aandacht van de internationale publieke opinie gevestigd op een ziekte die ondanks de vooruitgang op het vlak van controle en uitroeiing nog steeds een realiteit is en een dreiging vormt. Deze hernieuwde aandacht was precies wat de organisatoren in eerste instantie nastreefden.

1.4. Kostprijs

2 295.16 euro

2. 60ste zitting van het Regionaal Comité van de Wereldgezondheidsorganisatie te Moskou, van 13 tot 16 september 2010.

2.1.

De heer Jean-Marc Delizée, Staatssecretaris voor Sociale Zaken. De heer Olivier Belle, diplomatiek raadgever van Vice-Eerste Minister Onkelinx.

De heer Delizée verving Minister Onkelinx, die andere verplichtingen had in België. Hij nam aan het debat deel in het kader van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie.

2.2.

Context

Het Europees Regionaal Comité van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) vergadert elk jaar in september om de belangrijkste activiteiten van het regionaal bureau onder de loep te nemen en om overleg te plegen over de hoofdaccenten van het regionaal gezondheidsbeleid van de WGO.

Tijdens de debatten wordt rekening gehouden met de aandachtspunten van de Europese Unie. De tijdelijke voorzitter van de Raad van de Europese Unie “Gezondheid” wordt er algemeen vertegenwoordigd op beleidsniveau.

Bijdrage

In naam van de Europese Unie nam Staatssecretaris Jean-Marc Delizée meermaals het woord. Tijdens het openingsdebat herhaalde hij dat de EU de WGO steunt. Tevens nam hij de gelegenheid te baat om de voornaamste doelstellingen van het Belgisch voorzitterschap van de EU inzake gezondheid op te sommen. Zo heeft hij kunnen bijdragen tot de belangrijkste conclusies van het debat van de Informele Raad van de Ministers van Gezondheid van juli 2010 over het H1N1-virus, in het bijzonder over de creatie van een mechanisme voor de groepsaankoop van vaccins. Daarnaast heeft de heer Delizée de aandacht gevestigd op het stijgende belang van niet-verdraagbare ziekten en de aandacht voor kanker onder het Belgische Voorzitterschap. Tevens kondigde hij aan dat het Belgisch voorzitterschap een ministeriële conferentie zou organiseren over de dienstverleners in de gezondheidszorg. Ook in de debatten over “Gezondheid en diplomatie” en “Gezondheid en milieu” heeft de heer Delizée in naam van de Europese Unie het woord genomen.

De heer Delizée heeft, zij het dit maal als Belgisch minister, deelgenomen aan een workshop over “de belangrijkste Europese uitdagingen inzake volksgezondheid”. Zijn bijdrage was in hoofdzaak toegespitst op preventie en de efficiëntie van de beschikbare middelen.

2.3.

De doelstellingen werden bereikt. Door in naam van de Europese Unie het woord te nemen en de belangrijkste prioriteiten van het Belgisch Voorzitterschap in de kijker te plaatsen als mogelijke inspiratiebron voor dit forum, werd een substantiële bijdrage geleverd aan de debatten.

2.4. Kostprijs

3 055.76 euro

3. Ministeriële Conferentie Pompidou-groep te Straatsburg, 3 tot 4 november 2010.

3.1.

De heer Jean-Marc Delizée, Staatssecretaris voor Sociale Zaken. De heer Olivier Belle, diplomatiek raadgever van Vice-Eerste Minister Onkelinx.

De heer Delizée verving Minister Onkelinx, die andere verplichtingen had in België.

3.2. Doel van de reis

Context

Het ging om een ministeriële vergadering die om de vier jaar plaatsvindt en de ministers samenbrengt van de landen die deel uitmaken van de Pompidou-groep om zich te buigen over de drugsproblematiek en een beleid te helpen uitstippelen inzake de strijd tegen het druggebruik. De ministeriële conferentie heeft als doel de activiteiten van de groep in grote lijnen vast te leggen en de prioriteiten te bepalen. Daarnaast biedt de conferentie de ministers de kans open en informeel overleg te plegen.

Bijdrage

Staatssecretaris Jean-Marc Delizée heeft onderstreept dat enkel een globaal en geïntegreerd beleid het druggebruik aan banden kan leggen. Als voorbeeld noemde hij de Belgische Interministeriële Conferentie Drugs.

3.3.

Ja, de uiteenzetting van de heer Jean-Marc Delizée werd goed onthaald en vond weerklank bij de meeste interventies die erop volgden. Bovendien werden de beleidsverklaring en het werkprogramma 2011-2014 goedgekeurd.

3.4. Kostprijs

De heer Jean-Marc Delizée en de heer Olivier Belle zijn op 3 november van Brussel naar Straatsburg en terug gereisd. De precieze kostprijs kan niet worden bepaald.

4. Interministeriële Conferentie over de financieringssystemen voor geneeskundige verzorging, Berlijn, 22 tot 23 november 2010.

4.1.

De heer Jean-Marc Delizée, Staatssecretaris voor Sociale Zaken. De heer Olivier Belle, diplomatiek raadgever van Vice-Eerste Minister Onkelinx.

De heer Delizée verving Minister Onkelinx, die andere verplichtingen had in België.

4.2. Doel van de reis

Naar aanleiding van de publicatie van het Verslag over de Wereldgezondheid 2010 door mevrouw Chan, Directeur-generaal van de Wereldgezondheids-organisatie, organiseerden de Duitse gezondheidsinstanties een ministeriële conferentie over het actuele thema “de financiering van de gezondheidszorg”.

4.3.

Staatssecretaris Delizée kreeg de kans in het kader van een rondetafelgesprek een uiteenzetting te geven over het Belgische financieringssysteem inzake geneeskundige verzorging. Tevens sprak hij over de specificiteit van de gezondheidszorg en het niet-commerciële beheer van de dienstverlening, dat in eerste instantie gebaseerd is op solidariteit en bedoeld om de volledige dekking van een kwaliteitsvolle verzorging te verzekeren voor iedereen.

4.4. Kostprijs

1 008,86 euro.