BELGISCHE SENAAT | ||||
________ | ||||
Zitting 2010-2011 | ||||
________ | ||||
23 februari 2011 | ||||
________ | ||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-1474 | ||||
de Christine Defraigne (MR) |
||||
aan de minister van Justitie |
||||
________ | ||||
Kinderporno - Cijfers - Veronderstelde vermindering - Verklaring - Strijd - Nieuwe actiemiddelen | ||||
________ | ||||
kinderpornografie kinderbescherming |
||||
________ | ||||
|
||||
________ | ||||
________ | ||||
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-1474 d.d. 23 februari 2011 : (Vraag gesteld in het Frans) | ||||
Op 15 december 2010 las ik in La Derničre Heure dat het aantal nieuwe dossiers bij de federale politie voor het bezit of de verspreiding van kinderporno gedaald is. In 2009 waren er 287 dossiers tegenover 603 in 2008. In het eerste kwartaal van 2010 werden 68 nieuwe dossiers geopend. Die daling zou erop wijzen dat het strenge beleid tegenover dat soort feiten bij Belgische pedofielen effect heeft. Hoewel die cijfers op het eerste gezicht positief lijken, vrezen politie en justitie echter dat ze alleen maar het topje van de ijsberg laten zien. 1) Hoe moeten die cijfers geďnterpreteerd worden? 2) Moeten we echt bang zijn dat achter die cijfers een andere realiteit verborgen zit? 3) Zo ja, denkt u dat de daders die zich schuldig maken aan kinderporno, andere middelen vinden om te vermijden dat ze gevat worden? 4) Wat kunt u doen om dat mogelijk verborgen gedeelte van de ijsberg te onderzoeken? 5) Hebt u er al aan gedacht nieuwe actiemiddelen in te zetten in de strijd tegen eventuele nieuwe strafbare feiten? |