Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8834

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 22 april 2013

aan de minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken

Personeel - Federale administratie - Monitoring - Controle e-mails en surfgedrag - Afluisteren telefoongesprekken - Privacy - Klachten - Evaluatie

telefoon- en briefgeheim
eerbiediging van het privé-leven
overheidsapparaat
plichten van de ambtenaar
elektronische post
internet
ministerie
ambtenaar

Chronologie

22/4/2013Verzending vraag
3/6/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8822
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8823
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8824
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8825
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8826
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8827
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8828
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8829
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8830
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8831
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8832
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8833
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8835
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8836
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8837
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8838
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8839
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8840

Vraag nr. 5-8834 d.d. 22 april 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Onlangs werd bericht dat bedrijfsleiders steeds vaker de activiteiten van hun personeel op de computer controleren. Zo zou, volgens een steekproef van 413 deelnemers, een op drie bazen de mails van personeelsleden controleren, de helft controleert het surfgedrag en 5 % luistert zelfs telefoongesprekken af. In bepaalde sectoren wordt de mailaccount van een personeelslid gekoppeld aan een alias. Daardoor kan een overste alle e-mails meelezen.

Graag wil ik u volgende vragen stellen:

1) Hoe evalueert u die berichtgeving? Vindt u het wenselijk dat een overste in staat is om bijvoorbeeld de e-mails of het surfgedrag van een personeelslid te controleren? Vindt u dat een inbreuk op de privacy, of toelaatbaar omdat de controle in een professionele omgeving gebeurt? Vindt u het toelaatbaar indien de werknemer duidelijk weet dat hij of zij gecontroleerd kan worden?

2) Zijn er reeds klachten geweest van personeelsleden over zulke praktijken? Hebben er dus al mensen geklaagd dat hun privacy op zulk een manier geschonden werd? Kunt u dat toelichten met cijfers als die beschikbaar zijn?

3) Zelfs al hebt u geen weet van dergelijke controlepraktijken, weet u of de apparatuur of de IT van uw Federale Overheidsdienst het mogelijk maakt om het surfgedrag te controleren? Worden de mailbox of het mailverkeer gemonitord of actief gecontroleerd? Kan hij toelichten?

4) Is het mogelijk om mee te luisteren naar telefoongesprekken? Indien ja, kunt u toelichten?

5) Worden uw werknemers ingelicht over mogelijke controles en hun privacy? Weten zij aldus wat al dan niet gecontroleerd kan worden? Kunt u toelichten?

6) Kan een werknemer op het internet alle websites bezoeken, of zijn bepaalde websites geblokkeerd? Zo ja, waarom? Kunt u toelichten?

7) Kan bij een evaluatie van de prestaties van een werknemer het resultaat van een dergelijke controle (mails, internet, telefoon, enz.) gebruikt worden? Kunt u toelichten?

Antwoord ontvangen op 3 juni 2013 :

1) De Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën hanteert bij het controleproces van e-mails en/of internetverkeer de deontologische ICT-code van de FOD Financiën. Deze deontologische code werd opgesteld; rekening houdend met de volgende documenten en reglementeringen : 

Deze deontologische ICT-code werd goedgekeurd door het Directiecomité en het tussenoverlegcomité dat het personeel van de FOD Financiën vertegenwoordigt.  

De FOD Financiën respecteert de vertrouwelijkheid van de elektronische privé-post, die als dusdanig geïdentificeerd werd, behalve in gevallen waarin de wet de mogelijkheid biedt om deze vertrouwelijkheid uitdrukkelijk op te heffen of ze ondergeschikt te maken aan andere overwegingen. 

De FOD Financiën verbindt zich ertoe een controle uit te oefenen op het gebruik van zijn informatica- en telecommunicatiesystemen, dit in naleving van de toepasselijke reglementering en de principes die de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 81 van 26 april 2002 regelen. 

2) Er werd geen enkele klacht geregistreerd. 

3) Elektronische berichten en het internetverkeer worden gecontroleerd door automatische processen, die bepaalde vormen van verkeer kunnen mogelijk maken of verbieden in functie van diverse, vooraf bepaalde criteria. Deze controles kunnen gaan tot het analyseren van de inhoud van de uitgewisselde informatie (bijvoorbeeld antivirus-filtering, anti-spam-filtering, verbod op uitwisseling met correspondenten die als gevaarlijk worden gezien, verbod op toegang tot immorele of gevaarlijke sites, enz.). 

Wat betreft de logging en auditing van zijn systemen, voert de FOD Financiën zijn controles uit in strikte naleving van de doeleinden en het principe van de evenredigheid. 

De loggegevens worden enkel verzameld en verwerkt met het oog op controle als ze hiervoor strikt noodzakelijk zijn: uitsluitend de gegevens die, rekening houdend met het wettelijk doel dat wordt beoogd door de controle, de meest beperkte inmenging in de persoonlijke levenssfeer van de werknemer met zich meebrengen. Krachtens het evenredigheidsprincipe mag de controle van de logginggegevens geen inmenging in de persoonlijke levenssfeer van de ambtenaar of de medewerker van de FOD Financiën met zich meebrengen.  

De toegang tot het internet wordt verleend aan alle gebruikers van het intranet, rekening houdend met het feit dat de hiërarchische meerdere de intrekking van deze toegang kan vragen in geval van duidelijk vaststaand misbruik. De gemotiveerde vraag om intrekking van de toegang zal langs hiërarchische weg gericht worden aan de directeur van de Stafdienst ICT.

4) Het telefoniesysteem van de FOD Financiën laat niet toe om de gesprekken van de ambtenaren te beluisteren.

Er bestaat wel een instrument waarmee de historiek van de gesprekken op een telefoonlijn (uitgaande/inkomende gesprekken, duur, datum) gedurende verscheidene maanden kan worden bewaard. Dit laat toe om, in geval van een klacht die door de Cel Privacy van de FOD als ontvankelijk wordt beoordeeld, bewijselementen te leveren bij een onderzoek.

5) Elke medewerker van de FOD Financiën heeft een exemplaar van de deontologische ICT-code ontvangen en heeft kennis genomen van de expliciete richtlijnen over de manier waarop hij zich mag en moet bedienen van de informaticamiddelen die hem ter beschikking worden gesteld in het raam van de uitoefening van zijn functies. 

Eveneens kan men op de intranetsite van de FOD Financiën, onder de Dienst Privacy van de FOD Financiën, de nodige formulieren terugvinden met betrekking tot de aanvraag tot raadpleging van de logs van een ambtenaar. 

6) De toegang tot het internet wordt aangeboden als  hulp bij de uitoefening van de functie. Enkel die diensten worden opengesteld die een erkend hulpmiddel vormen en waarvan de toepassing geen onaanvaardbaar risico inhoudt voor de informatica-infrastructuur van de FOD Financiën. 

Elk internetgebruik voor het bezoeken van sites die illegale of immorele informatie of diensten aanbieden, wordt strikt verboden. Het gaat om sites voor illegale downloads (muziek, films, enz.), online kansspelen, pornografische sites, racistische sites,enz. De stafdienst ICT blokkeert de toegang tot deze sites zo veel mogelijk. Bovendien worden internetsites betreffende social networking, zoals facebook slechts tussen 12u en 14u opengesteld. 

7) In het geval van ernstige of herhaalde inbreuken op de deontologische ICT-code van de FOD Financiën behoudt de Stafdienst ICT zich het recht voor om preventieve acties te ondernemen ter bescherming van de informatica-infrastructuur, in afwachting van een definitieve beslissing of oplossing. Dat kan gaan om een onmiddellijke intrekking van het materiaal, de opheffing van de toegang tot de systemen, enz. Deze beslissingen vormen geen sancties, maar uitsluitend preventieve veiligheidsmaatregelen. 

Herhaalde of ernstige inbreuken op de deontologische ICT-code kunnen aanleiding geven tot disciplinaire sancties, zoals bepaald in het statuut van de Staatsambtenaren, in de wetgeving met betrekking tot arbeidscontracten en in het arbeidsreglement. 

Illegale activiteiten kunnen evenwel aanleiding geven tot gerechtelijke vervolging.