SÉNAT DE BELGIQUE | BELGISCHE SENAAT | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Session 2020-2021 | Zitting 2020-2021 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3 mars 2021 | 3 maart 2021 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Question écrite n° 7-1118 | Schriftelijke vraag nr. 7-1118 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) |
van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
au vice-premier ministre et ministre des Affaires sociales et de la Santé publique |
aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Apnée du sommeil - Traitement - Appareils CPAP - Remboursement | Slaapapneu - Behandeling - CPAP-toestellen - Terugbetaling | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
maladie des voies respiratoires matériel médical assurance maladie remboursement |
ziekte van de luchtwegen medisch en chirurgisch materiaal ziekteverzekering aflossing |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
________ | ________ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Question n° 7-1118 du 3 mars 2021 : (Question posée en néerlandais) | Vraag nr. 7-1118 d.d. 3 maart 2021 : (Vraag gesteld in het Nederlands) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De plus en plus de personnes souffrent de troubles du sommeil, voire du syndrome d'apnée du sommeil. Moyennant le respect de certains paramètres, la mutualité peut prendre en charge les frais de location d'un appareil CPAP («Continuous Positive Airway Pressure»), qui s'avère très efficace pour le traitement de l'apnée du sommeil. Dans combien de cas les frais de location de l'appareil CPAP ont-ils été en grande partie remboursés en 2019 et 2020 ? J'aimerais obtenir les chiffres par Région pour chaque année. Il y a quelques années, il a été décidé, pour des raisons budgétaires, d'imposer un ticket modérateur à charge du patient pour la location de l'appareil CPAP. Pour les années susmentionnées, à combien s'élève l'économie réalisée grâce à cette mesure ? |
Steeds meer mensen lijden aan een slaapstoornis of slaapapneu. Wanneer aan een aantal parameters is voldaan, kan het ziekenfonds instaan voor de terugbetaling van de huur van een CPAP («Continuous Positive Airway Pressure»)-toestel dat heel efficiënt is bij de behandeling van slaapapneu. Kan de geachte minister meedelen in hoeveel gevallen de huur van het CPAP-toestel in 2019 en 2020 (op jaarbasis) grotendeels terugbetaald wordt, opgesplitst per Gewest? Een paar jaar terug werd om begrotingsredenen beslist dat de gebruiker remgeld moest betalen voor de huur van het CPAP-toestel. Hoe groot is de besparing die door deze maatregel is gerealiseerd in de vermelde jaren? |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Réponse reçue le 20 mai 2021 : | Antwoord ontvangen op 20 mei 2021 : | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vous trouverez dans le tableau ci-dessous, pour les années 2019 et 2020, le nombre de patients pour lesquels les hôpitaux ont mis à disposition – dans le cadre de la convention conclue entre certains hôpitaux et le Comité de l’assurance de l’INAMI – un appareil nCPAP avec une intervention de l’assurance maladie. Les données pour 2020 sont une estimation pour toute l’année 2020 (basées sur une extrapolation des données des neuf premiers mois de 2020).
*Données extrapolées (basées sur les 9 premiers mois de 2020) Les données mentionnées sont basées sur les dépenses annuelles comptabilisées par l’assurance maladie et peuvent être influencées par des retards et des accélérations dans la facturation. Pour les traitements par nCPAP, les bénéficiaires doivent déjà payer une intervention personnelle depuis le 1er août 2005 (actuellement 0,25 euros par jour de traitement à domicile), sauf s'ils relèvent du régime préférentiel de l’assurance. Si aucune intervention personnelle n’était due, le coût pour l’assurance maladie pour le traitement par nCPAP aurait été en 2019 et en 2020 respectivement de 8 978 422 euros et de 9 745 222 euros supérieur aux dépenses réelles comptabilisées (après déduction de l’intervention personnelle) qui étaient de respectivement de 72 211 512 euros et 77 947 098 euros. Les montants mentionnés sont une estimation pour toute l’année 2020 (basées sur une extrapolation des montants des 9 premiers mois de 2020). |
U vindt in de tabel hieronder de gegevens voor de jaren 2019 en 2020 betreffende het aantal patiënten aan wie de ziekenhuizen – in het kader van de overeenkomst tussen bepaalde ziekenhuizen en het Verzekeringscomité van het RIZIV – een nCPAP-toestel hebben ter beschikking gesteld, met een tussenkomst van de ziekteverzekering. De gegevens voor 2020 zijn een raming voor het ganse jaar 2020 (op basis van een extrapolatie van de gegevens van de eerste negen maanden van 2020).
*geëxtrapoleerde gegevens (op basis van de eerste 9 maanden van 2020) De vermelde gegevens zijn gebaseerd op de door de ziekteverzekering geboekte uitgaven per jaar en kunnen beïnvloed worden door facturatievertragingen en facturatieversnellingen. Voor nCPAP-behandelingen is reeds een persoonlijk aandeel verschuldigd vanaf 1 augustus 2005 (tegenwoordig 0,25 euro per dag thuisbehandeling), behalve voor rechthebbenden die onder de voorkeurregeling van de ziekteverzekering vallen. Indien er geen persoonlijk aandeel zou verschuldigd zijn, zou de kostprijs van de nCPAP-behandeling voor de ziekteverzekering in 2019 en 2020 respectievelijk 8 978 422 euro en 9 745 222 euro hoger zijn geweest dan de werkelijk geboekte uitgaven (na het aftrekken van het persoonlijk aandeel) van respectievelijk 72 211 512 euro en 77 947 098 euro. De vermelde bedragen voor 2020 zijn ramingen voor het ganse jaar 2020 (op basis van een extrapolatie van de bedragen van de eerste 9 maanden van 2020). |