4-914/1

4-914/1

Belgische Senaat

ZITTING 2007-2008

5 SEPTEMBER 2008


Wetsontwerp houdende instemming met de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar Lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS), gedaan te Brussel op 12 december 2006


INHOUD

  • Memorie van toelichting
  • Wetsontwerp
  • Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar Lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS)
  • Voorontwerp van wet
  • Advies van de Raad van State

  • MEMORIE VAN TOELICHTING


    I. Algemene beschouwingen

    De definitie, de ontwikkeling en de validatie in orbit van het navigatiesysteem GALILEO vormden de eerste fases van een groots opgezet programma bestemd om Europa onafhankelijk te maken op het vlak van satellietnavigatie- en plaatsbepalingstechnologieėn en -diensten.

    Het bleek al snel dat, samen met deze strategische onafhankelijkheid, het terrein van de « GNSS »-toepassingen (dat staat voor « Global Navigation Satellite Systems ») aanzienlijke samenwerkingsmogelijkheden met tal van partners bood : niet alleen regionale samenwerking ter ondersteuning van het Europese toenaderings- of ontwikkelingsbeleid, maar ook bilaterale samenwerking met wereldmachten die beschikken over eersterangs technologische capaciteiten, met name op ruimtevaartgebied.

    Het GALILEO-systeem

    Het GALILEO-systeem steunt op een ruimtesegment bestaande uit 30 satellieten in een middelhoge baan (23 000 km hoog), een grondsegment bestaande uit twee controlecentra (Galileo Control Centers) die zich in Europa bevinden en een twintigtal ontvangstations die zich op verschillende plaatsten in de wereld bevinden. GALILEO onderscheidt zich door zijn autonomie en zijn compatibiliteit.

    GALILEO is een systeem voor civiel gebruik bestemd om talrijke diensten te bieden op uiteenlopende navigatie- en plaatsbepalingsgerelateerde gebieden. Deze diensten kunnen in 5 categorieėn worden ingedeeld :

    1. de open dienst (OS — Open Service) die het resultaat is van een combinatie van open signalen, is gratis voor de gebruiker en levert plaatsbepalings- en synchronisatiegegevens in concurrentie met andere GNSS-systemen;

    2. de levensbeschermingsdienst (SoL — Safety of Life) verbetert de prestaties van de open dienst door de gebruiker op tijd te verwittigen dat bepaalde precisiegraden niet mogelijk zijn (integriteit). Er wordt overwogen een dienstgarantie voor de SoL te verstrekken;

    3. de commerciėle dienst (Commercial Service — CS) geeft toegang tot twee extra signalen om een hoger gegevensdebiet mogelijk te maken en de gebruiker een grotere precisie te verschaffen. Er wordt overwogen een dienstgarantie voor de CS te verstrekken. Deze dienst verschaft ook een beperkte verspreidingscapaciteit voor het doorsturen naar de gebruikers van berichten van de dienstencentra (met 500 bits per seconde);

    4. de gereglementeerde openbare dienstverlening (Public Regulated Service — PRS) verstekt plaatsbepalings- en synchronisatiegegevens aan bepaalde gebruikers die een grotere continue dienstverlening eisen, met toegangscontrole. Twee PRS-navigatiesignalen die gebruikmaken van cijfercodes en -gegevens, zullen beschikbaar zijn;

    5. de zoek- en reddingsdienst (Search and Rescue Service — SAR) verspreidt in de wereld alarmberichten afkomstig van waarschuwingsbakens. Hij zal bijdragen aan het verbeteren van de prestaties van het internationaal zoek- en reddingssysteem COSPAS-SARSAT.

    Er dient te worden opgemerkt dat de nationale overheidsinstanties en de intergouvernementele internationale organisaties toegang zullen kunnen hebben tot de diensten van deze 5 categorieėn. Zij zullen nu eens worden beschouwd als klant van de dienstenleverantiers, dan weer als gebruikers van de veiligheidstoepassingen. Niets sluit uit dat dit gebruik door de regeringen zou kunnen gebeuren in het kader van hun defensie- of veiligheidsbeleid.

    Meer informaties over het GALILEO-systeem kunnen worden verkregen bij ESA (1) of de Europese Commissie (2) .

    Het globaal satellietnavigatiesysteem (GNSS)

    Het doel van GALILEO is zowel Europa onafhankelijk te maken op het gebied van satellietnavigatie als het in staat te stellen deel te nemen aan een « systeem van de systemen » op wereldschaal via een associatie met partners die op dit gebied de technologie en knowhow hebben verworven. Interoperabiliteit is een van de elementen in deze samenwerking. Hetzelfde geldt voor de uitwisseling van expertise of technologie. Deze verruimde samenwerking moet dus van GALILEO een van de elementen maken van het globaal satellietnavigatiesysteem, op dezelfde wijze als het Amerikaanse systeem (GPS), het Russische systeem (GLONASS) of het toekomstige Chinese systeem (BEIDOU). Het is de implementatie van dit globaal systeem (GNSS) die het voorwerp is van de overeenkomst waarop het voorontwerp van wet houdende instemming betrekking heeft.

    De bilaterale samenwerking

    De Commissie heeft dus, vanaf de ontwikkelingsfase van het systeem in partnerschap met de Europese ruimtevaartorganisatie (ESA), een aantal Staten geļdentificeerd die in aanmerking komen om, op verschillende niveaus, mee te werken aan de implementatie en exploitatie van het GALILEO-systeem. Dergelijke samenwerkingsverbanden zijn een waarborg gebleken voor de globaliteit van het systeem en, met name, voor de interoperabiliteit ervan met andere bestaande of toekomstige systemen.

    Het rationele van deze « grootscheepse » samenwerking werd meer bepaald beschreven door het Secretariaat-generaal van de Raad van de Europese Unie (3) als zijnde erop gericht, naast deze interoperabiliteit, de politieke en technische risico's eigen aan het project in te perken, de ontwikkeling en de erkenning van de Europese knowhow aan te moedigen, de levering van afgeleide toepassingen te bevorderen, de dienstenmarkten te ontwikkelen, de voorstellen geformuleerd door de gebruikers voor toekomstige ontwikkelingen te verzamelen en de installatie van componenten van het grondsegment van GALILEO op verschillende plaatsen in de wereld mogelijk te maken.

    Deze internationale samenwerkingsverbanden moeten bovendien een politiek partnerschapsnetwerk verduurzamen dat gericht is de versterking van de globale veiligheid. Dergelijke overeenkomsten zijn ook instrumenten voor de harmonisatie van de verschillende reguleringsprincipes of -normen van de GNSS-toepassingen.

    Door in de rand van haar regionale samenwerking een bilaterale samenwerkingsbenadering te ontwikkelen, heeft de Europese Unie een reeks potentiėle partners geļdentificeerd. De beoogde of nu al gesloten overeenkomsten met sommige onder hen kunnen in drie categorieėn worden ingedeeld :

    — de strategische samenwerkingsovereenkomsten met betrekking tot de implementatie en de exploitatie van een globaal satellietnavigatiesysteem (GALILEO + interoperabiliteit met andere systemen). Het gaat bijvoorbeeld om de overeenkomsten die gesloten zijn, in onderhandeling zijn of beoogd worden met China, Israėl, Marokko, Oekraļne, Argentiniė, Zuid-Korea, Australiė;

    — de specifieke overeenkomsten met betrekking tot de interoperabiliteit met het GPS-systeem. Hun strategisch belang is daarom niet geringer, maar het doel ervan is meer gericht op de technische aspecten van de interoperabiliteit (tot op heden een overeenkomst tussen, enerzijds, de Europese Gemeenschap en haar lidstaten en, anderzijds, de Verenigde Staten van Amerika inzake het gebruik en de compatibiliteit van de GPS en GALILEO-systemen;

    — de technische overeenkomsten met de samenwerkende staten van de Europese Unie en/of de Europese ruimtevaartorganisatie. Gezien de al bestaande nauwe relaties, beperken dergelijke overeenkomsten er zich toe de modaliteiten van de medewerking van deze landen aan het project te verduidelijken (overeenkomsten met de Zwitserse Confederatie, Noorwegen en Canada).

    De bilaterale overeenkomsten zijn gebaseerd op wederkerigheid tussen partners. Deze wederkerigheid komt tot uiting via de deelname aan O&O-projecten, de verdediging van gezamenlijke standpunten in het kader van internationale organisaties (WTO, ITU, enzovoort) of verder nog de naleving van normen inzake uitvoercontrole en niet-proliferatie van verboden technologie. De erkenning van intellectuele eigendomsrechten of de certificering van technische normen en van standaarden zijn eveneens belangrijke actieterreinen.

    De veiligheid

    Ook al worden veiligheid en beveiliging van het systeem omschreven als een doel dat gemeenschappelijk is voor alle partners van het GNSS, toch sluiten de bilaterale overeenkomsten de deelname uit van derde staten aan activiteiten die te maken hebben met het ontwerpen en exploiteren van het GALILEO-systeem op dit gebied. Sommige bepalingen voorzien evenwel in de mogelijkheid van aanvullende regelingen die, zo nodig, de uitwisseling van beveiligde gegevens mogelijk maken.

    De bestaande overeenkomsten bevatten algemeen genomen beperkingen voor de samenwerking op het vlak van veiligheid en uitvoercontrole. Het scala van deze beperkingen verschilt evenwel van de ene tot de andere Staat naar gelang van criteria die verband houden met het deel uitmaken van de Staat van gemeenschappelijke instellingen of overeenkomsten (voorbeelden : EER, ESA, Wassenaar, MTCR).

    De structuren voor deelname aan het GALILEO-project

    De eerste structuur die werd opgezet ten behoeve van de ontwikkelings- en validatiefase van het GALILEO-systeem was de Gemeenschappelijke onderneming. Die werd opgericht door een verordening van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling van haar statuten en omschrijving van haar opdracht (4) . De Europese Gemeenschap en ESA zijn er partij bij. Hoewel deelname voor de privésector openstaat, heeft die nooit van dit prerogatief gebruikgemaakt.

    De opdracht van de Gemeenschappelijke onderneming is vandaag vrijwel voltooid en de overgangsfase is aan de gang teneinde het vervolg van het project toe te vertrouwen aan de Toezichthoudende autoriteit GNSS (5) . Die zal met name tot taak hebben de activiteiten te superviseren van de Concessionaris, een privé-entiteit belast met het bedienen en exploiteren van het GALILEO-systeem.

    De bilaterale samenwerking in gang gezet door de Europese Unie steunt met name op de mogelijkheid van deelname door de partners en hun daartoe aangewezen technische entiteiten aan de structuren voor het beheer of de supervisie van de implementatie en exploitatie van het systeem. Dat was het geval met de medewerking van China — via een daartoe aangewezen nationale entiteit — aan de Gemeenschappelijke onderneming GALILEO. Hetzelfde mechanisme wordt gevolgd voor Israėl en voor Oekraļne.

    De verordening van de Raad tot instelling van de Toezichthoudende autoriteit GNSS die de Gemeenschappelijke onderneming moet aflossen voor de operationele fase voorziet uitdrukkelijk in de mogelijkheid van toetreding door derde staten (die geen lid zijn van de Europese Unie). Deze deelname moet geval per geval door de Raad worden goedgekeurd. Om een dergelijke beslissing te onderbouwen, wordt een vijffasige procedure voorgesteld :

    1. een eerste discussie over de algemene politieke opportuniteit van de toetreding van nieuwe staten tot de Toezichthoudende autoriteit GNSS, waarbij de nadruk wordt gelegd op de wederzijdse rechten en verplichtingen van de leden;

    2. een overzicht van de met de kandidaat-staten bestaande samenwerkingsinstrumenten;

    3. zo nodig de identificatie van de bijsturingen van de met deze staten toepasbare overeenkomsten die noodzakelijk zijn voor hun toetreding tot de Autoriteit;

    4. de onderhandeling op deze basis van de herziening van deze overeenkomsten;

    5. de inpassing in de toekomstige overeenkomsten van de nuttige bepalingen die een deelname mogelijk maken van de staten die partner zijn bij de Autoriteit.

    De samenwerking met Marokko

    Zoals hiervoor opgemerkt, heeft het programma GALILEO door zijn internationale karakter verscheidene landen ertoe aangezet om het afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst met de Europese Unie te vragen. Een van die landen, te weten Marokko, heeft in maart 2000 een associatieovereenkomst gesloten met de Europese Gemeenschap.

    Marokko heeft in augustus 2004 officieel belangstelling getoond. De Europese Commissie heeft op 8 november 2005, op grond van een onderhandelingsmandaat dat haar werd toegekend door de Raad in april 2005, een akkoord geparafeerd met de Marokkaanse autoriteiten.

    De Europese Commissie stelt de Raad voor de ondertekening toe te staan van de samenwerkingsovereenkomst met de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, en het Koninkrijk Marokko.

    In verschillende entiteiten beschikt Marokko over knowhow op het gebied van ruimtetechnologie en -toepassingen. Het wenst enerzijds de werkzaamheden van die verschillende entiteiten samen te voegen met de oprichting van een gemeenschappelijke belangengroepering en anderzijds meer gebruik te maken van de radionavigatie via satelliet op zijn grondgebied en in de omliggende regio's (westelijk deel van de Middellandse Zee en West-Afrika), met aandacht voor specifieke zonegerelateerde toepassingen.

    De eerste contacten betreffende een deelname van Marokko aan het programma GALILEO werden op 24 maart 2004 gelegd tijdens een ontmoeting tussen de Marokkaanse minister van Uitrusting en Transport en de directeur-generaal voor Energie en Transport bij de Europese Commissie.

    Op 9 augustus 2004 heeft de Marokkaanse minister van Uitrusting en Transport de directeur-generaal voor Energie en Transport bij de Europese Commissie een brief bezorgd waarin hij de wens van zijn land uitdrukt om volwaardig partner te worden in het project GALILEO, door aan te sluiten op de gemeenschappelijke onderneming GALILEO.

    Op 6 oktober 2004 werd vergaderd met een delegatie onder leiding van de Marokkaanse minister van Uitrusting en Transport en samengesteld uit vertegenwoordigers van de betrokken Marokkaanse ministeries. De bedoeling was de regels vast te leggen voor de samenwerking tussen Marokko en de Europese Gemeenschap in het kader van een tussen beide partijen af te sluiten overeenkomst.

    Op 13 oktober heeft de minister een tweede brief geschreven aan de directeur-generaal waarin hem de wens van Marokko wordt bevestigd om een samenwerkingsovereenkomst te sluiten met de Europese Gemeenschap betreffende het civiele radionavigatiesysteem via satelliet.

    De Overeenkomst werd uiteindelijk op 12 december 2006 gesloten.

    Het samenwerkingsscenario met Marokko dat tijdens voorafgaande gesprekken werd voorbereid, zou voorzien in multilaterale, industriėle en wetenschappelijke samenwerking, in het bijzonder op het gebied van de toepassingen inzake standaardisering, controle van de regionale integriteit en financiėle investeringen in GALILEO.

    Sinds verscheidene jaren onderhouden Marokkaanse en Europese bedrijven banden op het gebied van industriėle samenwerking inzake ruimtevaart. De basis om de samenwerking op dat extra belangrijk gebied voor beide partijen uit te breiden is dus stevig. Van die overeenkomst zou gebruik moeten worden gemaakt om die belangen veilig te stellen en te ondersteunen en te zoeken naar de manier om de samenwerking tussen bedrijven van beide partijen op te voeren.

    Juridische bevoegdheid

    Aangezien het GALILEO-project betrekking heeft op gedeelde bevoegdheden, waarvan sommige niet aan de Europese Gemeenschap toebehoren, werd de Overeenkomst door de Europese Commissie namens en voor rekening van de lidstaten onderhandeld, maar moet door elk ervan worden gesloten. Dat veronderstelt de voltooiing van de interne procedures van de Europese Gemeenschap alsmede de ratificatie door elke lidstaat.

    Zoals afgeleid uit Artikel 18 van de Overeenkomst, is de ratificatie door de Europese partner ondergeschikt aan de ratificatie door alle lidstaten van de Europese Unie op de dag van de ondertekening van de Overeenkomst (dat wil zeggen 25 lidstaten) en de goedkeuring door de Raad van de Unie volgend op het geheel van deze nationale ratificaties.

    In Belgiė lijkt een identieke oplossing noodzakelijk dan die in het kader van vorige overeenkomsten met betrekking tot GALILEO. De Raad van State heeft de exclusieve bevoegdheid van de federale Staat wat hen betreft in aanmerking genomen.

    II. Artikelsgewijze commentaar

    Preambule

    De Preambule herinnert aan het civiele gebruik van het globaal satellietnavigatiesysteem. Het zou verkeerd zijn te beweren dat alle betrokken partners en staten of gebruikers van het systeem dezelfde opvatting hebben van het begrip civiel gebruik. Dit gebruik houdt niettemin in dat het ontwerp van het systeem uitgaat van behoeften en contingenties van civiele en niet-militaire aard. Voor systemen met hybride gebruik, zoals GPS, zou alleen de civiele component in het globale systeem moeten worden ingepast.

    Het belang van deze samenwerking voor de relaties tussen Marokko en de Europese Unie in het algemeen wordt in het licht gesteld.

    Artikel 1

    Doel van de Overeenkomst

    Het doel van de Overeenkomst is het stimuleren, vergemakkelijken en versterken van de samenwerking tussen de partijen bij de implementatie van GALILEO.

    Artikel 2

    Definities

    Artikel 2 geeft een aantal definities van termen die in de Overeenkomst worden gebruikt. Er wordt met name gerefereerd aan het Europese (EGNOS) « amplificatie »-systeem van de gegevens op basis van het Amerikaanse GPS.

    In dit verband verschaffen de lokale elementen, die eveneens in Artikel 2 worden omschreven, aanvullende informaties aan de gebruikers in specifieke perimeters (luchthaven, stedelijke omgeving, enzovoort).

    Artikel 3

    Beginselen van de samenwerking

    De fundamentele beginselen van de samenwerking zoals uiteengezet in Artikel 3 behelzen met name het beginsel van de toepassing op de Marokkaanse partner van de regels en procedures waaraan het beheer van GALILEO is onderworpen alsmede de uitwisseling van informatie en de bescherming van de intellectuele eigendom.

    Artikel 4

    Bereik van de samenwerkingsactiviteiten

    De vermelde samenwerkingsgebieden (wetenschappelijk onderzoek, industriėle fabricage, opleiding, toepassing, dienst- en marktontwikkeling, certificering, enzovoort) zijn geen exhaustieve lijst.

    Het kan gaan om een samenwerking uitgebreid tot :

    — de zogeheten « gevoelige » technologieėn (dat wil zeggen die waarop de Europese verbintenissen betrekking hebben in het kader van de overeenkomsten van MTCR of van Wassenaar inzake exportcontrole) alsmede cryptografie en signaal- en informatiebeveiligingstechnologieėn;

    — de beveiligingsarchitectuur van de systeemsegmenten;

    — de PRS-diensten (« Public Regulated Service »);

    — de uitwisseling van geclassificeerde informatie betreffende GALILEO.

    Er dient te worden aangestipt dat deze mogelijke uitbreidingsgebieden niet voorkomen in alle andere overeenkomsten (bijvoorbeeld : Overeenkomst met China);

    De samenwerking is niet van invloed op de regelgeving en overeenkomsten die met name van toepassing zijn op het gebied van de beveiliging van informatie en de controle van technologieuitvoer, noch op de oprichtingsbepalingen van de Toezichthoudende autoriteit GNSS.

    Artikel 5

    Samenwerkingsvormen

    De samenwerkingsvormen moeten rekening houden met de regelgeving die op iedere Partij van toepassing is en de wederzijdse medewerking aan de activiteiten van ieder van hen mogelijk maken. De modaliteiten per samenwerkingsgebied zijn vastgelegd in de Artikelen 6 tot 13.

    Artikel 6

    Radiospectrum

    Deze bepaling voorziet in overleg en samenwerking inzake :

    — de toewijzing van radio-elektrische frequenties in het kader van de conferenties van de Internationale Telecommunicatie-unie, ter fine van het « GNSS »-gebruik;

    — de toekenning van frequenties door de bevoegde nationale autoriteiten ten behoeve van het GNSS;

    — de problemen van interferentie of verstoring van het signaal en de oplossingen ervoor.

    De coördinatie van deze problemen behoort tot de verantwoordelijkheid van het Stuurcomité.

    De Overeenkomst bepaalt bovendien dat geen van haar bepalingen het mogelijk maakt af te wijken van de toepasbare bepalingen van de ITU.

    Artikel 7

    Wetenschappelijk onderzoek

    Het wetenschappelijk onderzoek inzake satellietnavigatie wordt ondersteund via de respectieve institutionele programma's (Kaderprogramma van de Unie, ESA-programma's en onderzoeksprogramma's van de Israėlische regering).

    De (wetenschappelijke) opleiding wordt gecoördineerd in het kader van het Stuurcomité.

    Artikel 8

    Industriėle samenwerking

    De industriėle samenwerking steunt met name op de oprichting van gemeenschappelijke ondernemingen (in de zin van joint ventures), zowel voor de ontwikkelings- en validatiefase als voor de operationele fase (ontwikkeling van toepassingen en diensten). Bovendien wordt de medewerking van Europese ondernemingen aan Marokkaanse industriėle associaties en vice versa aangemoedigd.

    De industriėle samenwerkingsgebieden betreffen niet alleen de fabricage van satellieten en de bouw van grondstations, maar ook de lancering van de satellieten. Ook de ontwikkeling van toepassingsproducten wordt beoogd.

    Artikel 8 heeft het nogmaals over de noodzaak voor de Partijen de internationale bescherming van de intellectuele eigendom te waarborgen alsmede over de reserves ten aanzien van de controle van technologieuitvoer. Er is bepaald dat de aanvullende overeenkomsten waarvan sprake in Artikel 4, § 2, de passende mechanismen moeten vastleggen om de uitvoer van bepaalde technologieėn te onderwerpen aan de machtiging van de lidstaten van de Europese Unie.

    De versterking van de banden (zo nodig door middel van overeenkomsten) tussen ESA en de Marokkaanse entiteiten wordt aangemoedigd.

    Artikel 9

    Handels- en marktontwikkeling

    Onverminderd de al bestaande rechten en verplichtingen, met name in het kader van de Wereldhandelsorganisatie, van bepaalde non-proliferatieakkoorden of het gemeenschappelijk communautair beleid (GBVB), moedigen de Partijen de gekruiste investeringen aan in de satellietnavigatie-infrastructuur, de uitrusting en de toepassingen van GALILEO.

    De samenwerking heeft ook betrekking op de gemeenschappelijke of respectieve activiteiten voor de bewustmaking van het publiek voor de ontwikkeling van de dienstenmarkt.

    Er zal een gemengd gebruikersforum worden opgericht.

    Artikel 10

    Normen, certificering en regulerende maatregelen

    Normalisatie en certificering van GALILEO-normen en -standaarden vormen uiteraard een aanzienlijke uitdaging, zowel uit politiek oogpunt om de onafhankelijkheid van het systeem te waarborgen als uit commercieel oogpunt om de aan GALILEO gerelateerde industriėle en dienstenmarkten te optimaliseren.

    Het is dus essentieel deze normalisatie en certificering in te passen in de samenwerking met de partners. Dit proces begint met het uitwerken van specifieke « GALILEO »-normen en met het aanmoedigen van het veralgemeend gebruik ervan.

    De goedkeuring van deze standaarden vereist de certificering ervan door de voornaamste gebruikers op wereldvlak, namelijk de ICAO (Internationale Burgerluchtvaartorganisatie), de IMO (Internationale Maritieme Organisatie) en de ITU (Internationale Telecommunicatie-unie).

    Om evenwel de nefaste gevolgen van normalisatie en certificering te voorkomen, is bepaald dat de eisen inzake technische normen zullen moeten steunen op transparante, niet-discriminerende en vooraf vastgestelde criteria.

    Artikel 11

    Ontwikkeling van globale en regionale GNSS-systemen

    Deze bepaling heeft betrekking op de interoperabiliteit van de systemen.

    Op grond van de samenwerking zijn de concipiėring en de bouw in Marokko gepland van een regionaal augmentatiesysteem (dat integriteitsdiensten aanbiedt) op basis van het GALILEO-systeem.

    Het regionaal systeem ontwikkeld voor de behoeften van Marokko wordt tot stand gebracht uitgaande van het EGNOS-systeem, dat zelf is gebaseerd op het Amerikaanse GPS-systeem.

    Er zullen ook lokale elementen worden ontwikkeld.

    Artikel 12

    Beveiliging

    De Partijen erkennen het belang van de samenwerking op het vlak van beveiliging van het systeem en van de noodzaak het te beschermen tegen oneigenlijk gebruik of misbruiken.

    Zij verbinden er zich toe alle mogelijke maatregelen te nemen om de continuļteit en beveiliging van de satellietnavigatiediensten en de gerelateerde infrastructuur op hun grondgebied te waarborgen.

    De uitwisselingen van geclassificeerde informatie is onderworpen aan het afsluiten van een veiligheidsovereenkomst tussen de Partijen.

    Artikel 13

    Aansprakelijkheid en kostendekking

    Deze bepaling heeft betrekking op de aansprakelijkheidsregelingen en de mogelijke kostendekkingen teneinde de, met name, commerciėle aanbieding van civiele GNNS-diensten te vergemakkelijken.

    Artikel 14

    Samenwerkingsmechanismen

    De entiteiten aangewezen door de Partijen teneinde de samenwerkingsactiviteiten te coördineren waarvan sprake in de Overeenkomst zijn :

    — voor Marokko, de regering van het Koninkrijk Marokko;

    — voor de Europese Gemeenschap, de Europese Commissie.

    Beide partijen leggen de samenwerkingsmechanismen vast waarin is voorzien in de Associatieovereenkomst van maart 2000.

    De Overeenkomst biedt Marokko de mogelijkheid deel te nemen aan de Europese Toezichthoudende autoriteit GALILEO.

    Artikel 15

    Financiering

    De financiėle bijdrage van Marokko en de bijbehorende regeling worden in een aparte overeenkomst vastgelegd. Het vrije verkeer van goederen, personen en kapitaal is op die samenwerking van toepassing krachtens de Associatieovereenkomst van 2000.

    Artikel 15 voorziet eveneens in een wederzijdse vrijstelling van belastingen en douanerechten voor de steunverleningen en subsidies van een van de Partijen aan de deelnemers van de andere Partij.

    Artikel 16

    Uitwisseling van informatie

    Deze bepaling voorziet in het instellen van administratieve aanspreekpunten alsmede in het verspreiden van informatie. Er is hiervoor geen enkele specifieke organisatie geļdentificeerd. Deze uitwisselingen moeten gebeuren tussen de wetenschappelijke en industriėle partners.

    Artikel 17

    Overleg en oplossing van geschillen

    Het gaat om een standaardclausule die rekening houdt met de mechanismen die van toepassing zijn in het kader van de Wereldhandelsorganisatie.

    Artikel 18

    Inwerkingtreding en opzegging

    De inwerkingtreding van de Overeenkomst veronderstelt de uitwisseling tussen de Partijen van de kennisgeving van voltooiing door ieder van hen van de formaliteiten die hun respectieve rechtsorde vereist.

    Zo de procedure relatief eenvoudig is van Marokkaanse zijde (in principe goedkeuring door de parlementaire instanties en ratificatie door de regering), is ze complexer, en dus langer, wat de Europese Gemeenschap en haar lidstaten betreft. Deze procedure moet als volgt verlopen :

    1. ratificatie door alle lidstaten van de Europese Unie op de datum van ondertekening van de Overeenkomst (waarschijnlijk na goedkeuring door hun respectieve parlementaire instanties);

    2. beslissing van de Raad van de Europese Unie de overeenkomst te sluiten;

    3. kennisgeving van deze beslissing aan de Marokkaanse autoriteiten.

    Iedere Partij kan de Overeenkomst opzeggen. Er wordt evenwel niet verduidelijkt wat de gevolgen zouden zijn van een opzegging door een van de lidstaten van de Europese Unie. Redelijkerwijs kan worden beschouwd dat deze opzegging slechts te zijnen opzichte gevolgen zou hebben aangezien het parallellismeprincipe een opzegging voorschrijft volgens een procedure equivalent met die welke van toepassing is op de inwerkingtreding.

    De oorspronkelijke duur van de Overeenkomst is vastgesteld op 5 jaar vanaf de inwerkingtreding ervan. Zij kan automatisch voor opeenvolgende periodes van 5 jaar worden verlengd. Elke opzegging door een Partij moet minstens 3 maanden voor het einde van de aan de gang zijnde periode van 5 jaar gebeuren.

    De Overeenkomst kan bovendien op ieder moment door iedere Partij, met inachtneming van een opzeggingstermijn van één jaar, schriftelijk worden opgezegd.

    De talen van de Europese Unie en het Arabisch zijn de authentieke talen.

    De minister van Buitenlandse Zaken,

    Karel DE GUCHT.

    De minister van Wetenschapsbeleid,

    Sabine LARUELLE.

    De staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister,

    Etienne SCHOUPPE.


    WETSONTWERP


    ALBERT II,

    Koning der Belgen,

    Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen,

    Onze Groet.

    Op de voordracht van Onze minister van Buitenlandse Zaken, van Onze minister van Wetenschapsbeleid en van Onze staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister,

    Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

    Onze minister van Buitenlandse Zaken, Onze minister van Wetenschapsbeleid en Onze staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister, zijn ermee belast het ontwerp van wet, waarvan de tekst hierna volgt, in Onze naam aan de Wetgevende Kamers voor te leggen en bij de Senaat in te dienen :

    Artikel 1

    Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

    Art. 2

    De Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS), gedaan te Brussel op 12 december 2006, zal volkomen gevolg hebben.

    Art. 3

    De wijzigende of aanvullende regels die met toepassing van de artikelen 4, lid 1, 7, tweede alinea en 12, lid 4, van de Samenwerkingsovereenkomst zullen worden aangenomen, zullen volkomen gevolg hebben op de in deze regels vastgestelde datum.

    Gegeven te Brussel, 30 augustus 2008.

    ALBERT

    Van Koningswege :

    De minister van Buitenlandse Zaken,

    Karel DE GUCHT.

    De minister van Wetenschapsbeleid,

    Sabine LARUELLE.

    De staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de eerste minister,

    Etienne SCHOUPPE.


    OVEREENKOMST


    Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar Lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS)

    DE EUROPESE GEMEENSCHAP, hierna « de Gemeenschap » te noemen,

    en

    HET KONINKRIJK BELGIĖ,

    DE TSJECHISCHE REPUBLIEK,

    HET KONINKRIJK DENEMARKEN,

    DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND,

    DE REPUBLIEK ESTLAND,

    DE HELLEENSE REPUBLIEK,

    HET KONINKRIJK SPANJE,

    DE FRANSE REPUBLIEK,

    IERLAND,

    DE ITALIAANSE REPUBLIEK,

    DE REPUBLIEK CYPRUS,

    DE REPUBLIEK LETLAND,

    DE REPUBLIEK LITOUWEN,

    HET GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG,

    DE REPUBLIEK HONGARIJE,

    MALTA,

    HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN,

    DE REPUBLIEK OOSTENRIJK,

    DE REPUBLIEK POLEN,

    DE PORTUGESE REPUBLIEK,

    DE REPUBLIEK SLOVENIĖ,

    DE SLOWAAKSE REPUBLIEK,

    DE REPUBLIEK FINLAND,

    HET KONINKRIJK ZWEDEN,

    HET VERENIGD KONINKRIJK VAN GROOT-BRITTANNIĖ EN NOORD-IERLAND,

    partijen bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, hierna « de lidstaten » te noemen,

    enerzijds,

    en

    HET KONINKRIJK MAROKKO, hierna « Marokko » te noemen,

    anderzijds,

    hierna « de partijen » te noemen,

    GEZIEN de gemeenschappelijke belangen bij de ontwikkeling van een mondiaal satellietnavigatiesysteem (GNSS) voor civiel gebruik,

    ERKENNENDE het belang van Galileo als bijdrage aan de navigatie- en informatie-infrastructuur in de Europese Gemeenschap en Marokko,

    GEZIEN de toenemende ontwikkeling van GNSS-toepassingen in Marokko, de Gemeenschap en andere gebieden in de wereld,

    IN DE WENS de samenwerking tussen Marokko en de Gemeenschap te intensiveren, hierbij rekening houdend met de op 1 maart 2000 in werking getreden Europees-mediterrane overeenkomst waarbij een associatie tot stand wordt gebracht tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds (6) (hierna « de Associatieovereenkomst van maart 2000 » te noemen),

    HEBBEN OVEREENSTEMMING BEREIKT OMTRENT HETGEEN VOLGT :

    Artikel 1

    Doel van de overeenkomst

    De overeenkomst heeft ten doel de samenwerking tussen de partijen in het kader van de bijdragen van Europa en Marokko aan een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (GNSS) te stimuleren, te vergemakkelijken en te verbeteren.

    Artikel 2

    Definities

    In deze overeenkomst wordt verstaan onder :

    — « augmentatie », regionale of lokale mechanismen zoals het « European Geostationary Navigation Overlay System » (EGNOS). Zij bieden aan de gebruikers van satellietgebaseerde navigatie- en tijdssynchronisatiesignalen extra inputinformatie, naast de informatie die afkomstig is van de voornaamste in gebruik zijnde constellaties, alsmede aanvullende afstand/pseudoafstandinput, en correcties dan wel verbeteringen van bestaande pseudoafstandinput. Dankzij deze mechanismen kunnen gebruikers over betere prestatie beschikken, zoals grotere nauwkeurigheid, beschikbaarheid, integriteit en betrouwbaarheid;

    — « GNSS », mondiaal satellietnavigatiesysteem (Global Navigation Satellite System), dat signalen aanlevert voor navigatie en tijdssynchronisatie per satelliet;

    — « Galileo », een autonoom civiel Europees mondiaal satellietnavigatie- en tijdssynchronisatiesysteem dat door de Gemeenschap en haar lidstaten is ontworpen en ontwikkeld. Het systeem staat onder civiele leiding en heeft tot doel GNSS-diensten aan te bieden. De exploitatie van Galileo kan aan een private partij worden overgedragen. Galileo gaat een of meer verschillende diensten aanbieden : open diensten, commerciėle diensten, diensten ter beveiliging van mensenlevens (« Safety of Life ») en opsporings- en reddingsdiensten, alsmede een beveiligde dienst voor de overheid (« Public Regulated Service ») met beperkte toegang, ten behoeve van geautoriseerde gebruikers uit de overheidssector;

    — « lokale componenten van Galileo », de lokale mechanismen die aan de gebruikers van satellietgebaseerde navigatie- en tijdssynchronisatiesignalen van Galileo extra inputinformatie aanbieden naast de informatie die afkomstig is van de voornaamste in gebruik zijnde constellatie. Lokale componenten kunnen worden ingezet met het oog op extra prestaties in gebieden rond luchthavens, zeehavens en in stedelijke of andere geografisch veeleisende omgevingen. Galileo zal generieke modellen voor lokale componenten aanbieden;

    — « apparatuur voor mondiale navigatie, plaatsbepaling en tijdssynchronisatie » : alle eindgebruikersapparatuur voor civiel gebruik, bestemd om satellietgebaseerde navigatie- of tijdssynchronisatiesignalen uit te zenden, te ontvangen of te verwerken voor het aanbieden van een dienst, of om te worden geėxploiteerd met een regionale augmentatie;

    — « regelgeving », elke wet, regeling, regel, procedure, beslissing, administratieve handeling of soortgelijke handeling van een van de partijen;

    — « interoperabiliteit », op gebruikersniveau, een situatie waarin een tweesystemenontvanger signalen kan gebruiken van ten minste twee systemen, waardoor een gelijke of betere prestatie wordt geleverd dan wanneer slechts één systeem wordt gebruikt;

    — « intellectuele eigendom », intellectuele eigendom in de zin van artikel 2 van het Verdrag van Stockholm van 14 juli 1967 tot oprichting van de Wereldorganisatie voor intellectuele eigendom;

    — « aansprakelijkheid », het feit dat een natuurlijke persoon of een rechtspersoon in overeenstemming met bepaalde rechtsbeginselen en voorschriften juridisch kan worden aangesproken tot vergoeding van de aan een andere natuurlijke persoon of rechtspersoon berokkende schade. Deze verplichting kan in een overeenkomst (contractuele aansprakelijkheid) of in een rechtsnorm (niet-contractuele aansprakelijkheid) zijn vastgelegd;

    — « kostendekking », de mechanismen ter dekking van de kosten van investering in en exploitatie van het systeem;

    — « gerubriceerde informatie », elke vorm van informatie die moet worden beschermd tegen onrechtmatige bekendmaking, waardoor vitale belangen, waaronder de nationale veiligheid, van de partijen of van een bepaalde lidstaat, in uiteenlopende mate zouden kunnen worden geschaad. Het rubriceringsniveau wordt met een specifiek merkteken aangeduid. Deze informatie wordt door de partijen gerubriceerd in overeenstemming met de geldende verordeningen en wetten en moet tegen elk mogelijk verlies aan vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid worden beschermd;

    — « partijen », enerzijds de Gemeenschap of de lidstaten, dan wel de Gemeenschap en haar lidstaten, in overeenstemming met hun respectieve bevoegdheden, en anderzijds Marokko;

    — « grondgebied », ten aanzien van de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, het grondgebied waarop het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, onder de daarin vastgestelde voorwaarden, van toepassing is.

    Artikel 3

    Beginselen van de samenwerking

    De partijen komen overeen de volgende beginselen toe te passen op de samenwerking in de zin van deze overeenkomst :

    1) wederzijds voordeel, dankzij een algemeen evenwicht van de rechten en verplichtingen, waaronder begrepen de bijdragen en retributies;

    2) partnerschap in het Galileo-programma, in overeenstemming met de procedures en regels waaraan het beheer van Galileo is onderworpen;

    3) wederzijdse mogelijkheden om samen te werken in Europese en Marokkaanse GNSS-projecten voor civiel gebruik;

    4) tijdige uitwisseling van informatie die van invloed kan zijn op de samenwerking;

    5) passende bescherming van intellectuele-eigendomsrechten, zoals bedoeld in artikel 8, lid 2;

    6) vrije toegang tot de satellietnavigatiediensten op het grondgebied van de partijen;

    7) vrije handel in GNSS-apparatuur op het grondgebied van de partijen.

    Artikel 4

    Toepassingsgebied van de samenwerking

    1. Samenwerking op het gebied van satellietnavigatie en -tijdssynchronisatie kan worden opgezet in de sectoren wetenschappelijk onderzoek, industriėle fabricage, opleiding, toepassing, ontwikkeling van diensten en markten, handel, radiospectrum, integriteit, normalisering en certificering, en veiligheid. De partijen kunnen, volgens het mechanisme van artikel 14, besluiten deze lijst aan te passen.

    2. Deze overeenkomst is niet van toepassing op samenwerking tussen de partijen op de hieronder in de punten 2.1 tot en met 2.6 vermelde gebieden. De partijen kunnen, indien zij het erover eens zijn dat zulks hun tot wederzijds voordeel zal strekken, de samenwerking tot deze gebieden uitbreiden, mits zij daartoe passende overeenkomsten sluiten; het betreft :

    2.1. gevoelige technologieėn en goederen van Galileo, op grond van exportcontrole- en non-proliferatievoorschriften die van toepassing zijn in de Europese Gemeenschap en haar lidstaten;

    2.2. cryptografie- en belangrijke informatiebeveiligingstechnologieėn en -producten (INFOSEC);

    2.3. de systeembeveiligingsarchitectuur van Galileo (ruimte-, grond- en gebruikerssegment);

    2.4. de veiligheidscontroleaspecten van de mondiale segmenten van Galileo;

    2.5. de Public Regulated Services, in de definitie-, de ontwikkelings-, de implementatie-, de test- en de evaluatiefase, alsmede in de operationele fase (beheer en gebruik);

    2.6. de uitwisseling van gerubriceerde informatie betreffende satellietnavigatie en Galileo.

    3. Deze overeenkomst laat onverlet de wetgeving van de Europese Gemeenschap houdende oprichting van de Europese GNSS-toezichtautoriteit en de institutionele structuur ervan, alsmede de toepasselijke wet- en regelgeving en beleidsmaatregelen ter uitvoering van de non-proliferatieverbintenissen en de exportcontrole betreffende producten voor tweeėrlei gebruik, en voorts de maatregelen van nationaal recht betreffende beveiliging en controles van immateriėle overdracht van technologie.

    Artikel 5

    Vorm van de samenwerking

    1. Onverminderd de toepasselijke regelgeving wordt door de partijen een zo breed mogelijke samenwerking in het kader van deze overeenkomst bevorderd in die zin dat vergelijkbare mogelijkheden worden geboden voor deelname aan de samenwerking in de in artikel 4 genoemde sectoren.

    2. De partijen komen overeen samen te werken zoals is bepaald in de artikelen 6 tot en met 13.

    Artikel 6

    Radiospectrum

    1. Voortbouwend op vroegere successen in het kader van de Internationale Unie voor Telecommunicatie komen de partijen overeen de samenwerking en wederzijdse steun met betrekking tot het radiospectrum voort te zetten.

    2. In samenhang hiermee bevorderen de partijen een adequate frequentietoewijzing voor Galileo, teneinde de beschikbaarheid van Galileo-diensten voor gebruikers wereldwijd, en met name in Marokko en de Gemeenschap, te garanderen.

    3. Bovendien erkennen de partijen het belang van bescherming van het radionavigatiespectrum tegen verstoring en interferentie. Met dit doel bepalen zij de bronnen van interferentie en trachten zij wederzijds aanvaardbare oplossingen ter bestrijding van interferentie te vinden.

    4. Niets in deze overeenkomst mag aldus worden uitgelegd dat mag worden afgeweken van de toepasselijke regelgeving van de Internationale Unie voor Telecommunicatie, met inbegrip van de radiovoorschriften.

    Artikel 7

    Wetenschappelijk onderzoek

    De partijen bevorderen gezamenlijk onderzoek op het gebied van GNSS door middel van communautaire en Marokkaanse onderzoeksprogramma's, in het bijzonder het kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor onderzoek en ontwikkeling, de onderzoeksprogramma's van het Europees Ruimteagentschap en de door Marokkaanse organen opgestelde programma's.

    Het gezamenlijke onderzoek moet bijdragen aan de planning van de toekomstige ontwikkeling van een GNSS voor civiel gebruik. De partijen komen overeen een mechanisme vast te stellen dat geschikt is om voor nuttige contacten en effectieve deelname aan de onderzoeksprogramma's te zorgen.

    Artikel 8

    Industriėle samenwerking

    1. De partijen stimuleren en steunen de samenwerking tussen hun beider industrieėn, met name door middel van joint ventures en wederzijdse deelname aan ter zake dienende industriėle verenigingen, met als doel het opzetten van het Galileo-systeem en het bevorderen van het gebruik en de ontwikkeling van Galileo-toepassingen en -diensten.

    2. Ten behoeve van de industriėle samenwerking verlenen en waarborgen de partijen, in overeenstemming met de strengste internationale normen, op de gebieden en in de sectoren die van belang zijn voor de ontwikkeling en exploitatie van Galileo/Egnos, een adequate en effectieve bescherming van de rechten van intellectuele, industriėle en commerciėle eigendom, waaronder begrepen effectieve middelen van rechtshandhaving.

    3. De uitvoer door Marokko naar derde landen van gevoelige goederen en technologieėn die specifiek ontwikkeld en gefinancierd worden in het kader van het Galileo-programma moet vooraf door de bevoegde beveiligingsinstantie van Galileo zijn goedgekeurd, indien deze instantie heeft aanbevolen om deze goederen te onderwerpen aan een uitvoervergunning in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving. Voorts voorziet elke in artikel 4, lid 2, bedoelde overeenkomst in een passend mechanisme, volgens hetwelk Marokko kan aanbevelen om bepaalde goederen aan een uitvoervergunning te onderwerpen.

    4. De partijen bevorderen nauwere banden tussen de bevoegde instanties van Marokko en het Europees Ruimteagentschap, teneinde het bereiken van de doelstellingen van de overeenkomst te bevorderen.

    Artikel 9

    Handels- en marktontwikkeling

    1. De partijen stimuleren handel en investeringen in satellietnavigatie-infrastructuur, apparatuur, lokale componenten van Galileo en toepassingen, zowel in Marokko als in de Gemeenschap.

    2. Met dit doel geven de partijen voorlichting over de werkzaamheden op het gebied van Galileo-satellietnavigatie, wijzen zij mogelijke belemmeringen voor de groei in GNSS-toepassingen aan en nemen zij passende maatregelen ter bevordering van die groei.

    3. Om de gebruikersbehoeften te bepalen en daar op doeltreffende wijze aan te voldoen, onderzoeken de Gemeenschap en Marokko de oprichting van een gemengd GNSS-gebruikersforum.

    4. Deze overeenkomst laat de rechten en verplichtingen van de partijen in het kader van de Wereldhandelsorganisatie onverlet.

    Artikel 10

    Normen, certificering en regelgeving

    1. De partijen erkennen het belang van een gecoördineerde benadering inzake mondiale satellietnavigatiediensten op internationale normalisatie- en certificeringsfora. Met name steunen de partijen gezamenlijk de ontwikkeling van Galileo-normen en bevorderen zij de wereldwijde toepassing ervan met bijzondere aandacht voor de interoperabiliteit met andere GNSS-systemen.

    Een van de doelstellingen van de coördinatie is een breed en innovatief gebruik van de Galileo-diensten aan te moedigen door te bevorderen dat wereldwijde navigatie- en tijdbepalingsnormen voor verschillende diensten, te weten open diensten, commerciėle diensten en diensten ter beveiliging van mensenlevens, worden aangenomen. De partijen komen overeen gunstige omstandigheden voor de ontwikkeling van Galileo-toepassingen te creėren.

    2. Bijgevolg werken de partijen, ter bevordering en verwezenlijking van de doelstellingen van deze overeenkomst, in voorkomende gevallen samen in alle GNSS-aangelegenheden die, met name in de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie, de Internationale Maritieme Organisatie en de Internationale Unie voor Telecommunicatie, aan de orde komen.

    3. Op bilateraal niveau zorgen de partijen ervoor dat de regelgeving inzake technische normen en inzake certificerings- en vergunningsvereisten en -procedures betreffende GNSS de handel niet onnodig belemmert. Deze vereisten zijn gebaseerd op objectieve, niet-discriminerende, en vooraf vastgestelde transparante criteria.

    4. De partijen keuren de regelgeving goed die het mogelijk maakt om, op het grondgebied binnen hun rechtsmacht, ten volle gebruik te maken van Galileo, met name van de ontvangers en de grond- en ruimtecomponenten.

    Artikel 11

    Ontwikkeling van mondiale en regionale GNSS-grondaugmentatiesystemen

    1. De partijen werken samen om grondsysteemarchitecturen vast te stellen en te verwezenlijken die een optimale garantie voor de integriteit van Galileo en de continuļteit van de diensten van Galileo bieden.

    2. Zij werken daartoe op regionaal niveau samen aan de verwezenlijking van een op het Egnos-systeem gebaseerd regionaal grondaugmentatiesysteem in Marokko, dat bedoeld is om regionale integriteitsdiensten aan te bieden naast de diensten die door het Galileo-systeem mondiaal worden aangeboden.

    3. Op lokaal niveau wordt door de partijen de ontwikkeling van de lokale componenten van Galileo vergemakkelijkt.

    Artikel 12

    Beveiliging

    1. De partijen onderstrepen de noodzaak om de mondiale navigatiesatellietsystemen te beschermen tegen misbruik, interferentie, verstoring en vijandige handelingen.

    2. De partijen erkennen dat samenwerking ter beveiliging van het Galileo-systeem en de Galileo-diensten, een belangrijke gemeenschappelijke doelstelling is. Zij wijzen in het licht daarvan een instantie aan die belast is met de beveiliging van GNSS en met de raadplegingskanalen. Dit kader zal de continuļteit van de GNSS-diensten beschermen.

    3. De partijen treffen alle haalbare maatregelen om de continuļteit en de beveiliging van de satellietnavigatiediensten en de corresponderende infrastructuur op hun grondgebied te verzekeren. Overlay van Galileo-signalen is zonder voorafgaande toestemming van de andere partij niet toegestaan.

    4. Elke uitwisseling van gerubriceerde informatie als bedoeld in artikel 4, lid 2, punt 6, vergt een veiligheidsovereenkomst tussen de partijen. De beginselen, de procedures en het toepassingsgebied worden door de bevoegde veiligheidsinstanties van de partijen vastgesteld.

    Artikel 13

    Aansprakelijkheid en kostendekking

    De partijen werken in voorkomende gevallen samen om een aansprakelijkheidsregeling en kostendekkingsregelingen vast te stellen en toe te passen, teneinde het aanbieden van civiele GNSS-diensten te vergemakkelijken.

    Artikel 14

    Samenwerkingsmechanisme

    1. De samenwerking krachtens deze overeenkomst wordt, namens Marokko, door de regering van Marokko en, namens de Gemeenschap en haar lidstaten, door de Europese Commissie gecoördineerd en bevorderd.

    2. In overeenstemming met de doelstelling in artikel 1 stellen de partijen, met het oog op het beheer van deze overeenkomst, de in de Associatieovereenkomst van maart 2000 bedoelde samenwerkingsmechanismen vast.

    3. De partijen komen overeen dat Marokko de mogelijkheid wordt geboden om overeenkomstig de toepasselijke wetgeving en procedures deel te nemen aan de werkzaamheden van de Europese GNSS-toezichtautoriteit.

    Artikel 15

    Financiering

    1. Het bedrag van en de modaliteiten inzake de Marokkaanse bijdrage aan het Galileo-programma via de Europese GNSS-toezichtautoriteit maken het voorwerp uit van een afzonderlijke overeenkomst, volgens de institutionele bepalingen van het Gemeenschapsrecht.

    2. Op de samenwerkingsregelingen van de partijen in het kader van deze overeenkomst is, in overeenstemming met de Associatieovereenkomst van maart 2000, het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal van toepassing.

    3. Onverminderd lid 2 zien de partijen, in het geval waarin specifieke samenwerkingsprogramma's van de ene partij voorzien in financiėle steun aan deelnemers van de andere partij, en deze middelen dienen voor de aankoop van apparatuur, erop toe dat de overdracht van deze apparatuur door de ene partij aan de deelnemers van de andere partij vrij van belastingen en douanerechten geschiedt, in overeenstemming met de wet- en regelgeving die op het grondgebied van elke partij van toepassing is.

    Artikel 16

    Uitwisseling van informatie

    1. Ten behoeve van de effectieve toepassing van de bepalingen van deze overeenkomst, voorzien de partijen in administratieve regelingen en in de contactpunten die nodig zijn voor overleg.

    2. De partijen stimuleren verdere uitwisseling van informatie betreffende satellietnavigatie tussen hun beider instellingen en ondernemingen.

    Artikel 17

    Overleg en regeling van geschillen

    1. Op verzoek van een hunner plegen de partijen terstond overleg over iedere vraag omtrent de uitlegging of toepassing van deze overeenkomst. Ieder geschil betreffende de uitlegging of toepassing van deze overeenkomst wordt door de partijen in der minne geschikt.

    2. Indien er geen oplossing wordt gevonden, maken de partijen gebruik van het in artikel 86 van de Associatieovereenkomst van maart 2000 vastgelegde mechanisme voor de regeling van geschillen.

    3. Het bepaalde in de leden 1 en 2 laat onverlet het recht van de partijen om gebruik te maken van het systeem voor de regeling van geschillen waarin de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie voorziet.

    Artikel 18

    Inwerkingtreding en opzegging

    1. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis hebben gesteld dat de interne procedures die voor de inwerkingtreding moeten worden gevolgd, zijn voltooid. De kennisgevingen worden gericht tot de Raad van de Europese Unie, die optreedt als depositaris van de overeenkomst.

    2. Deze overeenkomst kan te allen tijde met één jaar schriftelijk worden opgezegd.

    3. Tenzij anders bepaald, laat de opzegging van deze overeenkomst de geldigheid en de duur van de in het kader van de overeenkomst getroffen regelingen, respectievelijk vastgestelde rechten en verplichtingen, onverlet.

    4. Deze overeenkomst kan door de partijen bij schriftelijke onderlinge overeenkomst worden gewijzigd. De wijzigingen treden in werking op de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop de partijen de diplomatieke nota's hebben uitgewisseld waarin zij elkaar ervan in kennis stellen dat de interne procedures die voor de inwerkingtreding moeten worden gevolgd, zijn voltooid.

    5. Deze overeenkomst wordt gesloten voor een termijn van vijf jaar vanaf de datum van inwerkingtreding. Zij wordt vervolgens telkens automatisch met vijf jaar verlengd, voor zover niet een der partijen de andere partij ten minste drie maanden voor het verstrijken van de vijfjarige termijn schriftelijk in kennis stelt van haar voornemen de overeenkomst niet te verlengen.

    Zij is opgesteld in twee exemplaren in de Arabische, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Ierse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

    Gedaan te Brussel, de 12 december 2006.


    VOORONTWERP VAN WET VOOR ADVIES VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE


    Voorontwerp van wet houdende instemming met de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar Lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS), gedaan te Brussel op 12 december 2006

    Artikel 1

    Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

    Art. 2

    De Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS), gedaan te Brussel op 12 december 2006, zal volkomen gevolg hebben.

    Art. 3

    De wijzigende of aanvullende regels die met toepassing van de artikelen 4, lid 1, 7, tweede alinea en 12, lid 4, van de Samenwerkingsovereenkomst zullen worden aangenomen, zullen volkomen gevolg hebben op de in deze regels vastgestelde datum.


    ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE 44.919/2/V VAN 11 AUGUSTUS 2008


    De RAAD VAN STATE, afdeling wetgeving, tweede vakantiekamer, op 15 juli 2008 door de minister van Buitenlandse Zaken verzocht hem, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een voorontwerp van wet « houdende instemming met de Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en het Koninkrijk Marokko, anderzijds, betreffende een civiel mondiaal satellietnavigatiesysteem (Civil Global Navigation Satellite System) (GNSS), gedaan te Brussel op 12 december 2006 », heeft het volgende advies gegeven :

    Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1ŗ, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het voorontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

    Wat deze drie punten betreft, geeft het voorontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

    De overeenkomst waarmee men beoogt instemming te betuigen gelijkt op een overeenkomst met hetzelfde onderwerp die gesloten is met de Staat Israėl en ten aanzien waarvan over het voorontwerp van instemmingswet op 11 april 2007 advies 42.222/4 is gegeven (7) .

    Het onderzochte voorontwerp van wet geeft derhalve aanleiding tot dezelfde opmerkingen als die welke voor gelijksoortige bepalingen gemaakt zijn in het voornoemde advies 42.222/4, met uitzondering van de opmerking in punt 3, eerste lid, waarop artikel 3 van het onderzochte voorontwerp van wet inspeelt, en van de opmerking in punt 4.

    De kamer was samengesteld uit

    De heer M. HANOTIAU, kamervoorzitter,

    De heren Ph. QUERTAINMONT en J. JAUMOTTE, staatsraden,

    Mevrouw C. GIGOT, griffier.

    Het verslag werd uitgebracht door mevrouw L. VANCRAYEBECK, auditeur.

    De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de heer P. VANDERNOOT, staatsraad.

    De griffier, De voorzitter,
    C. GIGOT. M. HANOTIAU.

    (1) http://www.esa.int.

    (2) http://europa.eu/scadplus/leg/fr/lvb/l24205.htm.

    (3) Zie het document van het Secretariaat-generaal nr. 2025/30 betreffende de regelingen voor de deelname van derde staten aan de Toezichthoudende autoriteit GNSS.

    (4) Verordening EG nr. 876/2002 van 24 mei 2002 (PB L138 van 28 mei 2002).

    (5) Verordening EG nr. 1321/2004 van 12 juli 2004 (PB L246 van 20 juli 2004).

    (6) PB L 70 van 18 maart 2000, blz. 3.

    (7) Gedr. St., Senaat, 2007-2008, nr. 746/1, blz. 30 en 31.