1. De Grondwet en de basiswetten

De Senaat is, samen met de Kamer en op voet van gelijkheid, bevoegd voor:

2. Andere wetgeving

Voor sommige andere wetten kan de Senaat tussenkomen via de evocatieprocedure. Op verzoek van een meerderheid van de senatoren (én minstens een derde van de senatoren in elke taalgroep) onderzoekt de Senaat een door de Kamer aangenomen wetsontwerp. De Senaat kan het ontwerp amenderen (wijzigen). Na amendering door de Senaat beslist de Kamer of ze de wijzigingen van de Senaat aanvaardt.

3. Informatieverslagen

Een belangrijk deel van het werk van de Senaat bestaat in het opstellen van informatieverslagen over "transversale aangelegenheden". Dit zijn thema's die raakvlakken hebben met de bevoegdheden van verschillende beleidsniveaus (federale Staat, gemeenschappen en gewesten). In de Belgische federale structuur, waarin de bevoegdheden verdeeld zijn maar waarin de federale wetten en de decreten en ordonnanties van de deelstaten dezelfde kracht hebben, is zo’n coördinatie belangrijk.

4. Belangenconflicten

Wanneer een parlementaire assemblee vreest ernstig te worden benadeeld door een ontwerp of een voorstel dat in een andere assemblee werd ingediend, dan kan de Senaat in dit belangenconflict bemiddelen.

5. Internationale dimensie

Via hun Senatoren kunnen de deelstaatparlementen deelnemen aan vergaderingen van internationale parlementaire organisaties. Net als de andere parlementen ziet de Senaat erop toe dat de Europese Unie geen initiatief neemt over een thema dat beter op een ander niveau behandeld wordt. Dit is de subsidiariteitstoets.

6. Samenstelling van hoge rechtsorganen

Kandidaten voor de functie van lid van de Raad van State of rechter in het Grondwettelijk Hof worden om de beurt door de Kamer en door de Senaat voorgedragen. Bovendien benoemt de Senaat de leden niet-magistraten in de Hoge Raad voor de Justitie.