De Senaat keurt zijn begroting voor 2021 goed

11/12/2020

Op vrijdag 11 december 2020 keurde de Senaat de uitgaven van het dienstjaar 2019 en de begrotingsvooruitzichten voor het dienstjaar 2021 goed.

De uitgaven van de Senaat zijn sinds de hervorming van de instelling in 2014 gestaag gedaald. In 2014, een overgangsjaar, bedroegen ze nog 64 997 227 euro en daalden vervolgens elk jaar geleidelijk aan. De uitgaven van de Senaat bedroegen op het einde van de zittingsperiode 41 392 999 euro (boekjaar 2019).

Hoewel de daling van de uitgaven grotendeels het gevolg is van de vele afvloeiingen van personeel tijdens de voorbije zittingsperiode – het aantal personeelsleden is in vijf jaar tijd gedaald van 289 tot 186 (voltijdse equivalenten) – moet ook worden opgemerkt dat de diensten de werkingsuitgaven van de instelling stelselmatig hebben geëvalueerd en zo op tal van begrotingsposten besparingen hebben kunnen doorvoeren.

Het Bureau had besloten voor het boekjaar 2019, dat de eerste zittingsperiode van de hervormde Senaat afsloot, een gebaar te stellen, door de dotatie terug te brengen op 40 miljoen euro. Het boekjaar 2019 werd afgesloten met een negatief saldo van 1 380 777 euro. Om dezelfde redenen had het Bureau voor de begroting 2020 beslist de dotatie op 40 miljoen euro te bevriezen.

In 2021 zal de afname van de uitgaven van de Senaat zich doorzetten, zij het in beperktere mate. Voor het eerst zullen de uitgaven die zijn opgenomen in de begroting van de Senaat onder de drempel van 40 miljoen euro zakken. Het bedrag van de uitgaven dat in de begroting is opgenomen bedraagt 39 775 176 euro en het bedrag van de dotatie voor 2021 kan worden verlaagd tot 39 600 000 euro.

Het dossier nr. 7-196 is te raadplegen op de website van de Senaat.

De plenaire vergadering is te herbekijken op het YouTube kanaal van de plenaire vergadering.

De Senaat keurt zijn begroting voor 2021 goed
De Senaat keurt zijn begroting voor 2021 goed