Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8826

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 22 april 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Pensioenen

Personeel - Federale administratie - Monitoring - Controle e-mails en surfgedrag - Afluisteren telefoongesprekken - Privacy - Klachten - Evaluatie

telefoon- en briefgeheim
eerbiediging van het privé-leven
overheidsapparaat
plichten van de ambtenaar
elektronische post
internet
ministerie
ambtenaar

Chronologie

22/4/2013Verzending vraag
31/5/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8822
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8823
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8824
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8825
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8827
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8828
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8829
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8830
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8831
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8832
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8833
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8834
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8835
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8836
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8837
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8838
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8839
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8840

Vraag nr. 5-8826 d.d. 22 april 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Onlangs werd bericht dat bedrijfsleiders steeds vaker de activiteiten van hun personeel op de computer controleren. Zo zou, volgens een steekproef van 413 deelnemers, een op drie bazen de mails van personeelsleden controleren, de helft controleert het surfgedrag en 5 % luistert zelfs telefoongesprekken af. In bepaalde sectoren wordt de mailaccount van een personeelslid gekoppeld aan een alias. Daardoor kan een overste alle e-mails meelezen.

Graag wil ik u volgende vragen stellen:

1) Hoe evalueert u die berichtgeving? Vindt u het wenselijk dat een overste in staat is om bijvoorbeeld de e-mails of het surfgedrag van een personeelslid te controleren? Vindt u dat een inbreuk op de privacy, of toelaatbaar omdat de controle in een professionele omgeving gebeurt? Vindt u het toelaatbaar indien de werknemer duidelijk weet dat hij of zij gecontroleerd kan worden?

2) Zijn er reeds klachten geweest van personeelsleden over zulke praktijken? Hebben er dus al mensen geklaagd dat hun privacy op zulk een manier geschonden werd? Kunt u dat toelichten met cijfers als die beschikbaar zijn?

3) Zelfs al hebt u geen weet van dergelijke controlepraktijken, weet u of de apparatuur of de IT van uw Federale Overheidsdienst het mogelijk maakt om het surfgedrag te controleren? Worden de mailbox of het mailverkeer gemonitord of actief gecontroleerd? Kan hij toelichten?

4) Is het mogelijk om mee te luisteren naar telefoongesprekken? Indien ja, kunt u toelichten?

5) Worden uw werknemers ingelicht over mogelijke controles en hun privacy? Weten zij aldus wat al dan niet gecontroleerd kan worden? Kunt u toelichten?

6) Kan een werknemer op het internet alle websites bezoeken, of zijn bepaalde websites geblokkeerd? Zo ja, waarom? Kunt u toelichten?

7) Kan bij een evaluatie van de prestaties van een werknemer het resultaat van een dergelijke controle (mails, internet, telefoon, enz.) gebruikt worden? Kunt u toelichten?

Antwoord ontvangen op 31 mei 2013 :

In antwoord op haar vragen kan ik het geachte lid het volgende antwoorden. 

1)      Het blokkeren van ongewenste websites kan structureel en uniform gebeuren voor iedereen. Dit behoort dus niet tot de privésfeer maar betreft een vorm van respect en correct gedrag die van een medewerker in een professionele omgeving wordt verwacht.

Maatregelen in verband met de controle op de tijdsduur van het surfen, op de inhoud van e-mails en het mee beluisteren van telefonische oproepen, zijn bij de Pensioendienst voor de overheidssector (PDOS) niet genomen. De eventuele invoering van dergelijke maatregelen vereist overleg met de vakverenigingen en een duidelijke en nauwkeurige voorafgaandelijke mededeling aan de gebruikers. De PDOS evolueert meer en meer naar een resultaatsgerichte organisatie. Dergelijke individuele controles zijn hierdoor niet aan de orde.

2)      De personeelsleden hebben geen klachten geformuleerd in verband met een eventuele schending van hun privacy als gevolg van controles aangezien deze controles niet worden uitgevoerd.

3)      De tools om de toegang tot internetsites te filteren, worden gebruikt door de RVP bij wie de infrastructuur van de PDOS is ondergebracht. De toegang tot het internet wordt gefilterd via een anti-spam systeem op het niveau van het Extranet van de Sociale Zekerheid. Elke gebruiker wordt ervan op de hoogte gesteld wanneer een bepaalde inhoud als spam wordt gefilterd.

4)      Het is technisch mogelijk om telefoongesprekken mee te beluisteren. Om de redenen, aangehaald hierboven, wordt dit niet gerealiseerd.

5)      Momenteel worden er geen specifieke controles uitgevoerd. Indien de beslissing zou worden genomen om die controles door te voeren, zullen de gebruikers voorafgaandelijk hiervan verwittigd worden.

6)      Een aantal websites zijn voor de gebruikers afgesloten omwille van het karakter van deze sites (geweld, pornografische inhoud, terrorisme, enz.). De meeste andere websites zijn voor de medewerkers toegankelijk.

7)      Neen, enerzijds gelet op de afwezigheid van controles en anderzijds gelet op een evolutie naar prestatiemetingen op basis van effectieve resultaten. 

Voor de RVP : 

1.     Het beleid van de Rijksdienst voor Pensioenen is toegespitst op de bevordering van de communicatie, zowel binnen de RVP als met derden, zonder de efficiëntie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer evenwel uit het oog te verliezen. Daartoe kunnen de medewerkers van de Rijksdienst voor Pensioenen beschikken over internet, e-mail, fax en een IP-phone voor professioneel gebruik. Een beperkt en occasioneel privégebruik is echter toegestaan (tijdens de pauzes en de middagpauze) op voorwaarde dat dit geen gevolgen heeft voor de goede werking van het netwerk en de productiviteit van de instelling.  

2.     Geen enkele medewerker heeft tot nu toe geklaagd over een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer.  

3.     Om de persoonlijke levenssfeer te beschermen, worden de controles uitgevoerd aan de hand van statistische gegevens die betrekking hebben op de duur of het tijdstip van het gebruik, het surfgedrag, het volume van de gedownloade bestanden, het aantal verstuurde/ontvangen mails en/of faxberichten, het aantal telefoongesprekken, maar niet op de inhoud of de geraadpleegde sites. Indien evenwel misbruiken of overtredingen vermoed worden, kunnen de e-mails, het internet en het fax- en telefoongebruik van iedere medewerker, mits voorafgaande verwittiging, aan een nader en individueel onderzoek onderworpen worden.  

4.     Het is niet mogelijk om mee te luisteren met de telefoongesprekken.  

5.     Aan de hand van een dienstnota, die in onderling overleg met de vakorganisaties werd opgesteld, werd elke medewerker duidelijk op de hoogte gebracht van het beleid ter zake, van de toegelaten sites en van de manier waarop de controles kunnen worden uitgevoerd.  

6.     Elke medewerker heeft toegang tot de websites op basis van een vooraf vastgelegd profiel (Profiel nr. 1 : toegang tot een beperkte lijst van werkgerelateerde websites, Profiel nr. 2: idem + toegang tot de sites van algemeen belang, buiten de werkuren (vóór 07u00, na 18u00 en tijdens de middagpauze van 12u tot 13u), Profiel nr. 3: idem + toegang, tijdens de werkuren, tot sites van algemeen belang en  Profiel nr. 4 : Volledige toegang tot alle categorieën, behalve deze waarvan de inhoud wordt beschouwd als onwettig, kwetsend of ongepast). De medewerkers krijgen standaard profiel 2 toegewezen. Als een medewerker om beroepsredenen toegang moet krijgen tot een hoger profiel wordt een gemotiveerde aanvraag langs hiërarchische weg naar de Service Desk gestuurd. 

7.     Als er bij de statistische controles onregelmatigheden worden vastgesteld (bijvoorbeeld de duur) worden de medewerker en zijn hiërarchische meerdere hiervan op de hoogte gebracht. De medewerker krijgt ook de gelegenheid om te bewijzen dat de bezochte sites werkgerelateerd zijn. Een verantwoordelijke die wordt geconfronteerd met een medewerker die zijn doelstellingen niet behaalt, kan ook op zoek gaan naar de reden ervan, maar mag niet vragen om de bezochte sites of de inhoud van de mails bekend te maken, behalve indien de medewerker hiermee instemt.