Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5422

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 1 februari 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee

Algemene staking - Deelname - Federale overheidsdiensten - Overheidsbedrijven - Beleidscellen

staking
stakingsrecht
overheidsapparaat
ministerie
overheidsbedrijf
officiële statistiek
vakbond

Chronologie

1/2/2012Verzending vraag
28/2/2012Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5419
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5420
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5421
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5423
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5424
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5425
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5426
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5427
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5428
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5429
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5430
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5431
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5432
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5433
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5434
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5435
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5436
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-5437

Vraag nr. 5-5422 d.d. 1 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit opiniepeilingen bleek dat amper één op vijf achter de algemene staking van 30 januari 2012 stond. Zelfs binnen de vakbonden waren de meningen daarover verdeeld. Helaas werden heel wat werknemers door het recht op staken gehinderd om hun recht op werken uit te oefenen. Hierdoor ontstaat een vertekend beeld over de werkelijke impact van de staking.

Daarom kreeg ik van de geachte ministers en staatssecretarissen graag een antwoord op de volgende vragen voor de administratieve diensten en eventuele overheidsbedrijven die onder zijn of haar bevoegdheden vallen:

1) (a) Hoeveel personen hebben uit vrije wil deelgenomen aan de algemene staking? (b) Hoeveel van deze personen waren aangesloten bij een vakbond?

2) Hoeveel personen hebben een dag verlof genomen?

3) Hoeveel personen werkten sowieso niet op maandag omwille van tijdskrediet, ouderschapsverlof of een ander themaverlof?

4) Hoeveel personen hebben zich ziek gemeld of waren reeds in ziekteverlof?

5) (a) Hoeveel personen hebben thuis gewerkt? (b) Hoeveel van deze personen werken sowieso thuis op maandag?

6) (a) Hoeveel personen hebben een bewijs van NMBS binnengeleverd om aan te tonen dat ze niet ter plaatse geraakten? (b) Mochten deze personen dat zonder gevolg en betalend thuis blijven of moesten zijn een dag onbetaald of betaald verlof nemen?

7) (a) In welke diensten of bij welke overheidsbedrijven werden werkwilligen gehinderd om aan de slag te gaan? (b) Welke actie werd ondernomen om deze mensen hun recht op arbeid te verzekeren?

8) Hoeveel productiviteitsverlies heeft deze staking opgeleverd voor de diensten?

9) Waren er ook kabinetsmedewerkers die hebben deelgenomen aan de staking?

Antwoord ontvangen op 28 februari 2012 :

In antwoord op de vragen van het geachte lid, kan ik de volgende elementen meedelen :

1. (a) 29 personeelsleden van de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie hebben op 30 januari 2012 gestaakt, terwijl 62 anderen nog geen opgaven hebben gedaan van hun situatie.

(b) Er werd niet gevraagd aan de personeelsleden tot welke vakbond zij behoorden.

2. 122 personeelsleden hebben een jaarlijkse verlofdag genomen en 80 personeelsleden hebben hun overuren opgenomen.

3. 167 personeelsleden.

4. 86 personeelsleden waren ziek.

5. (a) 145 personeelsleden hebben thuis gewerkt.

(b) 57 personeelsleden telewerken gewoonlijk op maandag.

6. (a) 1 009 personeelsleden die elke dag de trein of een ander openbaar vervoeren nemen, konden niet op het werk geraken wegens de algemene staking en hebben een regularisatie aangevraagd voor 30 januari 2012.

(b) De personeelsleden die elke dag de trein of een ander openbaar vervoeren nemen en die wegens de algemene staking niet op het werk konden geraken, worden betaald.

7. (a) In Charleroi kon een deel van het personeel niet werken omwille van de aanwezigheid van een stakingspost.

(b) De toestand in Charleroi is specifiek daar de FOD Economie het gebouw met een privéonderneming deelt.

8. Het is moeilijk om het productiviteitsverlies in te schatten, omdat het werk dat op 30 januari 2012 niet uitgevoerd werd meestal de volgende dagen werd verricht.

9. Neen, er hebben geen medewerkers van mijn kabinet deelgenomen aan de staking.