BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2012-2013
________
11 juni 2013
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-9314

de Nele Lijnen (Open Vld)

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen
________
Facelift - PRP - "Vampire facelift" - Klachten - Onderzoek
________
plastische chirurgie
cosmetisch product
veiligheid van het product
________
11/6/2013Verzending vraag
18/9/2013Rappel
12/11/2013Rappel
25/2/2014Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-9314 d.d. 11 juni 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

“Een nieuwe techniek om er jonger uit te zien, de facelift zonder operatie, er beter uitzien zonder chemicaliën”... Zo wordt reclame gemaakt voor PRP, beter gekend als de "vampierenfacelift" of "Dracula facelift" of "Selphyl". De techniek bestaat erin bloed af te tappen bij patiënten, het bloed te behandelen in een centrifuge waardoor het PRP (Plaatjes Rijk Plasma) wordt bekomen en dit "bloed" daarna in te spuiten net onder de huidlaag. Men spuit op die manier zogezegd stamcellen en groeifactoren in waardoor de huid er jonger en frisser gaat uitzien. Het wordt ook gebruikt als middel tegen haaruitval en als middel om sneller te genezen na een laserbehandeling. De techniek was reeds langer gekend in Hollywood, waar bepaalde sterren erbij zweren maar tegenwoordig wordt de techniek ook toegepast in België en Nederland. Er is ongeveer 9 ml bloed nodig en zo'n behandeling kost 2 000 euro. De resultaten zijn niet direct zichtbaar maar treden pas na vier weken op. Mogelijke bijwerkingen zijn: zwellingen, kneuzingen, jeuk en infecties. Nederlandse plastische chirurgen waarschuwen voor deze techniek, want de doeltreffendheid ervan is verre van bewezen en men spreekt zelfs van bedrog.

Ik had dan ook volgende vragen voor de geachte minister:

1) Is deze techniek reeds bekend bij u en uw diensten?

2) Heeft u er weet van of deze techniek reeds wordt toegepast in België? Zo ja, heeft u reeds klachten ontvangen?

3) Zo nee, zult u bijkomend onderzoek verrichten naar deze techniek en de mogelijke bijwerkingen?

Antwoord ontvangen op 25 februari 2014 :

Het toepassen van “bloedplaatjes rijk plasma” werd initieel vooral afgetast om een betere wondheling te bekomen en om sport- en orthopedische letsels sneller te genezen.

Later ontstonden hoge verwachtingen voor schoonheidsdoelstellingen: er jonger uitzien, een facelift zonder operatie dankzij “groeifactoren die stamcellen stimuleren en zorgen voor nieuw weefsel”.

Eén van de technieken betreft het gebruiken van autologe of eigen bloedcomponenten van de betrokkene, waarbij het voorafgaand afnemen van wat bloed de verklaring is van de naam “vampire facelift”.

Er bestaat nog geen wetenschappelijke evidentie voor deze technieken. Er gebeurden immers te weinig gerandomiseerde clinical trials om tot een effect of enig nut te besluiten. De verwachtingen voor snellere heling van sportletsels werden inmiddels sterk gereduceerd.

Maar de internationale literatuur wijst erop dat er verder onderzoek gebeurt. Een voorafgaande weigering tot onderzoek zou immers even sectair zijn als een naïeve overtuiging ten voordele van een nieuwe techniek. Momenteel is er dus geen bewijs van enig nut en kwam men ook nog niet tot één gestandardiseerde aanpak wat betreft bereiding, concentratie en frequentie van toediening.

Gelukkig zouden er weinig ernstige complicaties (zoals bijvoorbeeld infecties) zijn bij een deskundige aanpak.

Dit belet niet dat we moeten alert zijn. Er moet vermeden worden dat niet-gefundeerde verwachtingen worden gecreëerd en hoge prijzen zouden worden aangerekend. We hebben geen weet dat de PRP techniek héél frequent in ons land zou toegepast worden en dat hiervoor een ongezonde werving zou gebeuren.

Tot nu toe wijst niets erop dat eventuele aanbieders hun competentie zouden overschrijden.

Deze techniek kan enkel door artsen toegepast worden. Vooreerst bepaalt het artikel 3 van de Wet 5 juli 1994 betreffende bloed en bloedderivaten van menselijke oorsprong, dat deze laatste enkel door een geneesheer of onder diens toezicht mogen worden afgenomen of verbruikt.

De wettelijke bepalingen aangaande de (on)wettige uitoefening van de geneeskunde zijn uiteraard ook relevant. Meer specifiek voor de esthetische indicaties, verwijs ik ook naar de recente Wet van 23 mei 2013 die kwaliteitsgaranties en bevoegdheidsvereisten bepaalt; ondermeer voor “…elke medisch technische ingreep doorheen de huid of de slijmvliezen en waarbij, zonder enig therapeutisch of reconstructief doel, vooral beoogd wordt het uiterlijk van de patiënt om esthetische redenen te veranderen”.

De algemene doelstelling om op te treden tegen reclame voor bepaalde ingrepen van medische esthetiek blijft evenwel zijn nut hebben. Er zal dan ook onderzocht worden welk antwoord kan gegeven worden op de bezwaren van het Grondwettelijk Hof na de vernietiging van de Wet van 6 juli 2011 tot instelling van een verbod op reclame voor ingrepen van medische esthetiek en tot regeling van informatie over dergelijke ingrepen. Om een schending van het gelijkheidsbeginsel te voorkomen, moet een reclameverbod voor een soort ingreep gelden ongeacht wie ze uitvoert of beter mag uitvoeren.

Inmiddels werd de Wet van 23 mei 2013 tot regeling van de vereiste kwalificaties om ingrepen van niet heelkundige esthetische geneeskunde en esthetische heelkunde, gepubliceerd. Er werd een kader voorzien waardoor - ook voor allerlei nieuwe al dan niet gefundeerde technieken - een passend antwoord en veilige context nog beter zal kunnen gegarandeerd worden.