BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2012-2013
________
24 mei 2013
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-9104

de Nele Lijnen (Open Vld)

aan de minister van Middenstand, KMO's, Zelfstandigen en Landbouw
________
Meewerkende echtgenoot - Cijfergegevens - Mini-statuut - Maxi-statuut
________
meewerkende echtgenoot
officiële statistiek
verdeling naar geslacht
sociale bijdrage
________
24/5/2013Verzending vraag
1/7/2013Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 5-9104 d.d. 24 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Graag had ik volgende vragen gesteld aan de geachte minister omtrent meewerkende echtgenoten.

1) Wat is het aantal mannen en vrouwen die het statuut van meewerkende echtgenoot hebben, en dit voor de laatste vijf jaar, graag opgesplitst per jaar en per geslacht?

2) Heeft de minister cijfers over het aantal meewerkende echtgenoten van gepensioneerden? Kan ze deze cijfers opsplitsen voor de laatste vijf jaar, alsook per geslacht?

3) Hoeveel ongehuwde helpers die met een zelfstandige verbonden zijn door een verklaring van wettelijke samenwoning hebben de verklaring afgelegd om het statuut van meewerkende echtgeno(o)t(e) te verkrijgen, en dit voor de laatste vijf jaar, graag opgesplitst per jaar en per geslacht?

4) Hoeveel meewerkende echtgenoten zijn onderworpen aan het zogenaamde maxi-statuut, en dit voor de laatste vijf jaar, graag opgesplitst per jaar en per geslacht?

5) Hoeveel meewerkende echtgenoten zijn onderworpen aan het zogenaamde mini-statuut, en dit voor de laatste vijf jaar, graag opgesplitst per jaar en per geslacht?

6) Welke is de totaliteit van de sociale bijdragen uit hoofde van meewerkende echtgenoten uit het maxi-statuut, en dit voor de laatste vijf jaar, graag opgesplitst per jaar?

7) Welke is de totaliteit van de sociale bijdragen uit hoofde van meewerkende echtgenoten uit het mini-statuut, en dit voor de laatste vijf jaar, graag opgesplitst per jaar?

Antwoord ontvangen op 1 juli 2013 :

1. Onderstaande tabel geeft de evolutie (van 2008 tot 2012) weer van het totaal aantal meewerkende echtgenoten. De verdeling wordt gemaakt volgens het geslacht. De tellingsdatum is telkens 31 december. 

Jaren

M

V

Totaal

2008

4 190

39 952

44 142

2009

4 000

37 200

41 200

2010

3 825

34 295

38 120

2011

3 739

32 242

35 981

2012

3 614

30 121

33 735

2. Geen informatie beschikbaar binnen het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ). 

3. Geen informatie beschikbaar binnen het RSVZ. 

4. Onderstaande tabel geeft de evolutie (van 2008 tot 2012) weer van het aantal meewerkende echtgenoten onderworpen aan het maxi-statuut. De verdeling wordt gemaakt volgens het geslacht. De tellingsdatum is telkens 31 december. 

Jaren

M

V

Totaal

2008

3 221

25 272

28 493

2009

3 164

24 118

27 282

2010

3 111

23 008

26 119

2011

3 107

22 398

25 505

2012

3 074

21 587

24 661

5. Onderstaande tabel geeft de evolutie (van 2008 tot 2012) weer van het aantal meewerkende echtgenoten onderworpen aan het mini-statuut. De verdeling wordt gemaakt volgens het geslacht. De tellingsdatum is telkens 31 december. 

Jaren

M

V

Totaal

2008

969

14 680

15 649

2009

836

13 082

13 918

2010

714

11 287

12 001

2011

632

9 844

10 476

2012

540

8 534

9 074

6. Voorafgaandelijke opmerking : 

Het RSVZ heeft geen officiële statistieken. Zij maakt sedert enige jaren een theoretische berekening van de bijdragenmassa van de verzekeringsplichtige zelfstandigen en help(st)ers.

Daarbij worden de inkomsten, die als basis dienen voor de berekening van deze bijdragen geherwaardeerd. Deze studie kan worden beschouwd als een theoretisch model wat ook inhoudt dat de werkelijk ontvangen bijdragen niet identiek zijn aan de berekende. Dit neemt niet weg dat de in het theoretisch model bekomen bijdragen een wetenschappelijk verantwoord resultaat vertonen. 

Onderstaande tabel geeft de evolutie (van 2008 tot 2012) weer van de theoretische bijdragenmassa (in euro) van de meewerkende echtgenoten onderworpen aan het maxi-statuut. De tellingsdatum is telkens 31 december. 

Jaren

Bijdragenmassa (in euro)

2008

40 738 886,46

2009

52 064 206,50

2010

50 572 844,91

2011

47 597 345,17

2012

47 424 897,41

7. Dezelfde bovenvermelde opmerking is hier ook van toepassing. 

Onderstaande tabel geeft de evolutie (van 2008 tot 2012) weer van de theoretische bijdragenmassa (in euro) van het aantal meewerkende echtgenoten onderworpen aan het mini-statuut. De tellingsdatum is telkens 31 december. 

Jaren

Bijdragenmassa (in euro)

2008

3 358 171,81

2009

3 170 599,16

2010

2 693 956,28

2011

2 276 334,54

2012

1 974 866,91