3-115 | 3-115 |
De heer Jan Steverlynck (CD&V). - Internetveilingen kennen steeds meer succes. Niet alleen fervente verzamelaars doen er een beroep op, ook occasionele gebruikers vinden hun weg naar veilingsites. Op eBay en Yezzz, de twee grootste veilingsites in België, worden respectievelijk 190.000 en 270.000 artikelen aangeboden.
Het principe is eenvoudig. Iemand biedt gedurende een bepaalde periode een product te koop aan op een veilingsite. Potentiële kopers kunnen in die tijd een bod uitbrengen. Wanneer de door de verkoper vooraf vastgelegde minimumprijs voor het product wordt gehaald, dan wordt het verkocht aan de hoogste bieder. De betaling van het product gebeurt contant bij het afhalen of vooraf. Om objecten aan te bieden of te kopen, moet men eerst lid worden. Hiervoor volstaan de adresgegevens en een e-mailadres. Verkopen of bieden gebeurt met een zelf te kiezen gebruikersnaam, die gekoppeld is aan de bijbehorende adresgegevens. De gebruikersnaam krijgt de tegenpartij pas te zien bij het afronden van de veiling.
Voor velen is de anonimiteit van gebruikers van een veilingsite een aanzienlijke aantrekkingspool om een product te verhandelen. Toch is het net door die anonimiteit dat het aantal klachten van gedupeerden bij internetveilingen vrij aanzienlijk is. Erik Vangrieken van de veilingsite Yezzz spreekt van een fraudepercentage van 2 tot 3% van de transacties op de site. Consumentenorganisaties zoals Test-Aankoop geven aan dat vooral kopers gedupeerd worden. Bij het merendeel van de fraudegevallen gaat het om betaalde goederen die niet bij de koper terechtkomen.
De meeste veilingsites hebben een eigen methode om fraude te voorkomen. Zo beschikt eBay, de bekendste veilingsite met ruim 140 miljoen leden wereldwijd, over een eigen betalingssysteem, met name PayPal. Daarbij krijgt de aanbieder via een e-mailbericht de toestemming van de koper om een bepaald bedrag van zijn rekening af te schrijven. Verder krijgt de koper bij eBay een bescherming van 250 euro (met een franchise van 50 euro) als de verkoper zijn verplichtingen niet nakomt en de betaling kan worden bewezen. Een andere manier om meer veiligheid in het veilproces in te lassen is werken met een internetwinkel. DROPSTORE is de eerste `echte' winkel in België die van veilen op internet zijn hoofdactiviteit maakt. Eenmaal de goederen zijn afgeleverd in de winkel, zorgt DROPSTORE voor het hele veilproces via eBay, in ruil voor 20 à 30% van de opbrengst.
De anonimiteit van het hele verkoopproces brengt ook met zich mee dat de oorsprong van de producten moeilijker opspoorbaar is. Het lijkt mij niet onlogisch dat veilingsites een ideaal verkoopsmedium vormen om bijvoorbeeld gestolen goederen opnieuw aan de man te brengen. Ook de aard van de producten die aangeboden worden, kan problemen opleveren. In Amerika, de bakermat van de elektronische handel, is het al gebeurd dat organen via veilingsites worden aangeboden.
Er is nog geen specifieke wetgeving voor veilingen op het internet en het is niet duidelijk welke bestaande wetgeving van toepassing kan zijn. Zo verbiedt de wet op de handelspraktijken uitdrukkelijk dat bij aankoop van producten op afstand, vooruit wordt betaald. Bij internetveilingen is dat doorgaans wel het geval.
1.Aan welke wetgeving zijn internetveilingen onderworpen?
2.Acht de minister het noodzakelijk om specifieke wetgeving op te stellen voor internetveilingen? Zijn hiervoor al initiatieven genomen? Hoe ziet de minister dat evolueren?
3.Erkent de minister dat internetveilingen meer mogelijkheden bieden om te frauderen, met de koper als meest voorkomend slachtoffer? Beschikt de minister over cijfers van het aantal en het percentage fraudegevallen bij transacties op veilingsites?
4.Hoe denkt de minister de bescherming van verkopers, en vooral van kopers, te kunnen verhogen? Ziet de minister mogelijkheden om via de elektronische identiteitskaart het aantal fraudegevallen te doen afnemen?
5.Is er op één of andere manier controle op de producten die verhandeld worden? Indien ja, heeft de minister weet van het aantal gestolen goederen dat op jaarbasis via veilingsites in België wordt verhandeld?
Mevrouw Freya Van den Bossche, minister van Werk. - Twee wetten zijn in het bijzonder van toepassing: de wet van 11 maart 2003 betreffende bepaalde juridische aspecten van de informatiemaatschappij en de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. Beide wetten bevatten specifieke maatregelen die de consumenten moeten beschermen.
Toch moet een onderscheid worden gemaakt tussen twee soorten virtuele veilingen: de echte openbare verkopen en de verrichtingen per opbod.
Openbare verkopen worden eerst in het openbaar aangekondigd. Iedereen kan meedingen en de goederen worden in het openbaar toegewezen aan de meestbiedende. In feite vertegenwoordigen die verkopen maar een uiterst klein deel van wat doorgaans `virtuele veilingen' wordt genoemd. Dergelijke verkopen zijn onderworpen aan de specifieke regelgeving over de openbare verkopen vervat in de artikelen 69 en volgende van de wet op de handelspraktijken.
Verrichtingen per opbod die op afstand en op elektronische wijze gebeuren, komen veel meer voor, bijvoorbeeld op de sites eBay en Yezzz.
Die sites vormen een platform waarop kan worden verkocht door handelaars en particulieren.
Professionele Belgische verkopers die gebruik maken van een dergelijk platform, moeten de wet op de handelspraktijken naleven, met name de regels inzake overeenkomsten op afstand.
Particuliere verkopers zijn niet onderworpen aan de verplichtingen van economische aard ter bescherming van de consumenten.
In geval van bedrog, als er sprake is van oplichting, diefstal van identiteit of verkoop van gestolen voorwerpen, is het Strafwetboek van toepassing.
Binnen de algemene directie Controle en Bemiddeling, ADCB, is een opsporingscel Internetbewaking actief die onderzoekt of de websites conform de economische reglementering zijn. De ADCB heeft eBay gevraagd om op zijn website, alvorens iemand zich inschrijft, de exacte regels te vermelden waaraan handelaars zich moeten houden bij een verkoop.
Elektronische handel is meer en meer grensoverschrijdend. De ADCB maakt daarom deel uit van International Consumer Protection and Enforcement Network (ICPEN) dat geregeld internationale Sweep Days organiseert om bedrog op het internet te bestrijden. De ADCB neemt ook deel aan het econsumer.gov-project, een gezamenlijk initiatief van 17 landen voor de uitwisseling van informatie over grensoverschrijdende consumentenproblemen.
Een specifieke Belgische wetgeving zou dus steeds stuiten op het toenemend grensoverschrijdend karakter van dergelijke veilingen. Indien er echter nood is aan een bijkomende bescherming van de consument, zal ik die mogelijkheid zeker onderzoeken.
We beschikken niet over exact cijfermateriaal over het aantal fraudegevallen. De ADCB ontving wel een 60-tal klachten over veilingsites. Uit de diverse klachten van consumenten blijkt echter dat de oplichting vaak gebeurt buiten de bestaande platforms. Het gebruik van pseudoniemen en de diefstal van identiteiten bemoeilijkt de identificatie van de oplichters. De klachten zijn dus veel moeilijker oplosbaar dan de andere consumentenklachten die de algemene directie ontvangt.
Ook de Federal Computer Crime Unit (FCCU) moet de virtuele maatschappij tegen nieuwe vormen van criminaliteit beschermen. De FCCU staat onder de bevoegdheid van de minister van Binnenlandse Zaken.
Naast de reeds vermelde controleactiviteiten, die veeleer ontradend zijn, geeft ook de website van de FOD Economie informatie over aan- en verkopen via het internet.
De FOD Economie zet in samenwerking met de universiteit van Namen een studie op over de problematiek van de derde vertrouwenspersoon. Die studie zal onder meer onderzoeken welke de mogelijkheden zijn om via de tussenkomst van de derde vertrouwenspersoon de betaling pas vrij te geven wanneer de correcte afhandeling van de transactie is gewaarborgd. Met deze techniek kan ongetwijfeld de deur worden dicht gedaan voor een aantal frauduleuze praktijken bij internetveilingen.
Via overleg met de sector trachten we ook een raming te maken van de toestand en van de meest efficiënte middelen voor de bescherming van de consumenten.
De elektronische identiteitskaart is inderdaad een middel om op afstand een persoon te authentificeren. Ik verwijs hiervoor naar de staatssecretaris voor Informatisering van de Staat.
We weten niet hoeveel gestolen goederen op jaarbasis in België op veilingsites worden verhandeld. Natuurlijk kunnen in België alleen goederen worden verkocht die veilig zijn en voldoen aan de diverse wetgevingen. Er bestaat echter geen controle a priori op de te koop aangeboden goederen.
De heer Jan Steverlynck (CD&V). - Bij veilingen op het internet is het vertrouwen uitermate belangrijk. Hopelijk kan de universitaire studie ertoe bijdragen dat het geld pas wordt vrijgemaakt als de transactie als veilig wordt beschouwd.
De echte openbare veilingen onder beroepsmensen moeten normaal volledig voldoen aan de wet op de handelspraktijken. Toch zijn er heel wat mensen die eraan twijfelen of alles wel correct verloopt. Dat is immers niet erg duidelijk. Het is een geruststelling te vernemen dat er voldoende controle is.
Zestig klachten lijkt mij toch weinig; veel mensen doen immers niet de stap om klacht in te dienen. De klachten nemen toe, net als de misbruiken. Een goede voorlichting van de koper is dan ook noodzakelijk. Een strenge controle op de bestaande regelgeving is uiteindelijk de beste oplossing.